PlusAchtergrond
Tien jaar paus Franciscus: een dorpspriester die geld ‘de ontlasting van de duivel’ noemt
Op 13 maart 2013 presenteert paus Franciscus zich voor het eerst aan de wereld. Met een even simpel als ontwapenend ‘buonasera’ laat hij een radicale stijlverandering zien ten opzichte van zijn wat schuchtere voorganger. Was dit een voorbode van verandering binnen de katholieke kerk?
Het Sint-Pietersplein is halfvol deze woensdagochtend. De wekelijkse audiëntie van paus Franciscus wordt door enkele tienduizenden gelovigen bijgewoond. Carla uit Bologna stond tien jaar geleden ook op het plein. “Een groot man, die warmte hebben we allemaal gevoeld.”
Antoine Bodar, rector van de op een steenworp afstand van de Sint-Pietersbasiliek gelegen Friezenkerk, had er destijds wat moeite mee. “Buonasera, dat zegt een tv-presentator,” zegt hij aan de telefoon. “Dat is natuurlijk buitengemeen vriendelijk, maar dat zijn we niet gewend van een paus.”
De verkiezing van Franciscus was een beetje een verrassing; bij veel Vaticaanwatchers stond kardinaal Jorge Bergoglio uit Buenos Aires heel laag op het favorietenlijstje.
Zijn verandering van toon en zijn aandacht voor de laagsten in de samenleving maken van de Argentijn een geliefde paus. “Een naam, een programma,” zegt theoloog Emmanuel van Lierde, die in het onlangs verschenen boek De conservatieve revolutionair de balans opmaakt van de eerste tien jaar van de nieuwe paus. “Franciscus van Assisi zou van God gehoord hebben ‘bouw mijn kerk weer op’. Het was ook een man die ten tijde van de kruistochten stond voor de interreligieuze dialoog. Dus de keuze van de naam Franciscus is op zichzelf al een breuk met zijn twee voorgangers.”
Dorpspriester
Het verschil met zijn voorgangers vertaalt zich vooral in sociaal-progressieve daden en uitspraken. Zo bezoekt paus Franciscus op zijn allereerste reis in 2013 het eiland Lampedusa, om zijn nabijheid te tonen bij de vele immigranten die al jaren op het eiland aankomen. Over homoseksualiteit zei hij: “Wie ben ik om te oordelen?”
“Het is een paus die de moderne wereld omarmt,” zegt Tom Zwaenepoel. In zijn boek Tegen de stroom in omschrijft hij Franciscus als een pastorale paus, meer een dorpspriester dan een theologische kamergeleerde als zijn voorganger. “De kerk heeft nu een Franciscus nodig.”
Zijn omarming van de bevrijdingstheologie en de afwijzing van ongebreideld kapitalisme – Franciscus noemt geld zelfs ‘de ontlasting van de duivel’ – levert hem het predicaat ‘communist’ op. De kritiek komt vooral van conservatieve bisschoppen uit de Verenigde Staten, zegt Zwaenepoel. “Hij is geen communist, maar hij neemt het wel op voor de armen, omdat dat de kern is van het evangelie.”
Sektarisch
Volgens Antoine Bodar heeft paus Franciscus eraan bijgedragen dat de katholieke kerk nu meer gespleten is dan voorheen. “Er is binnen de kerk een groep, en die vind ik wel een beetje sektarisch worden, die terug wil naar een tijd die niet meer bestaat.”
Bij Franciscus’ aantreden waren de verwachtingen hooggespannen; voor het eerst een Zuid-Amerikaanse paus, voor het eerst iemand die zich uitspreekt over en inzet voor de ‘periferie’.
Afgezien van zijn toon en soberheid – zo weigert Franciscus zijn intrek te nemen in de pauselijke vertrekken – is de grote revolutie in de katholieke kerk tot nu toe echter uitgebleven. Zo blijft de rol van de vrouw binnen de kerk erg dubbel, zegt theoloog Van Lierde. “Aan de ene kant wil hij vrouwen bevorderen in functies. Maar als hij een speech geeft, heeft de vrouw vaak de klassieke rol, die van moeder of grootmoeder.”
Transparantie
Toch verandert het Vaticaan langzaam. In de afgelopen tien jaar is de Romeinse curie hervormd, is de communicatie verbeterd en is de kerk minder gericht op Europa. Paus Franciscus heeft de afgelopen jaren kardinalen uit andere werelddelen op belangrijke plekken neergezet.
Als de audiëntie op het Sint-Pietersplein is afgelopen, volgt na het ‘amen’ nog een welgemeend ‘buona giornata’. Volgens Vaticaankenner Zwaenepoel is transparantie Franciscus’ grootste verdienste. “Hij heeft de deuren geopend naar andersgelovigen en niet-gelovigen.”
Franciscus’ voorganger Benedictus XVI trad na acht jaar af als paus. Zijn opvolger vindt dat ‘het geen trend moet worden,’ ondanks al zijn lichamelijke ongemakken. Toch zei hij afgelopen week in een uitgebreid interview met de Italiaanse krant La Repubblica aftreden te overwegen ‘als de vermoeidheid mij het denken belemmert’.