PlusExclusief
Belarussische schrijver Sasja Filipenko: ‘De wereld verandert om Loekasjenko heen en hij begrijpt het niet’
Sasja Filipenko, journalist en schrijver, bekritiseert president Loekasjenko openlijk, waardoor hij noodgedwongen zijn thuisland moest verlaten. In zijn debuutroman De ex-zoon wordt de coma van het hoofdpersonage een metafoor voor politieke verlamming.
Sasja Filipenko lijkt goedgehumeurd, hoewel het leven van de Belarussische schrijver in korte tijd radicaal is veranderd. Naar zijn geboorteland kan hij op dit moment niet, omdat hij bij aankomst direct gearresteerd zou worden. Daarom woont hij nu permanent in West-Europa. En dit alles omdat hij zich kritisch uitlaat over Aleksandr Loekasjenko en meedeed aan de protesten tegen de herverkiezing van de president iets meer dan één jaar geleden.
Filipenko bouwde een succesvolle carrière op als journalist en presentator in Rusland en richtte zich later op het schrijven van romans. Inmiddels zijn er al vijf boeken in zijn moedertaal, Russisch, gepubliceerd. Zijn eerste boek, De ex-zoon, dat in 2014 voor het eerst werd uitgebracht, verscheen vorige maand ook in een Nederlandse vertaling.
Het boek wordt soms wel profetisch genoemd, omdat het een protest beschrijft dat doet denken aan de gebeurtenissen van 2020. In 2016 won Filipenko er de Roesskaja Premija mee, een belangrijke Russische literatuurprijs. De ex-zoon is inmiddels in Belarus alleen nog onder de toonbank te koop.
In het boek beschrijft Filipenko het leven van Frantsisk, een ongemotiveerde muziekstudent die tien jaar in coma ligt. Als Frantsisk uit zijn coma ontwaakt is er niks wezenlijks veranderd in zijn land; dezelfde president is nog aan de macht en vrienden en familieleden gedragen zich nog hetzelfde als voorheen.
Gloednieuwe auto’s
Alleen het decor is veranderd; op straat staan gloednieuwe auto’s geparkeerd en het restaurant dat tien jaar geleden nog heel chic was, is nu in verval geraakt. De dokter van Frantsisk komt tot de conclusie dat de jongen ‘in het beste land voor ontwakende comapatiënten woont’: ‘er verandert hier geen moer. Het maakt niet uit hoe lang je in coma ligt. Een maand, een paar jaar, een eeuwigheid...’
Daarmee is de coma van Frantsisk een metafoor voor de onveranderlijke politieke situatie in Belarus: het land zelf bevindt zich in een comateuze toestand. Filipenko stelt dat de langdurige regeerperiode van Loekasjenko verlammend werkt en elke vorm van vooruitgang belemmert. Al sinds 1994 zwaait Aleksandr Loekasjenko, die ook wel de ‘laatste dictator van Europa’ wordt genoemd, er de scepter.
En het ziet er niet naar uit dat Loekasjenko, die zich opwerkte van baas van een sovchoz – een collectivistische sovjetboerderij – tot president, snel zijn ambt zal verlaten. Sterker, hij manifesteert zich steeds nadrukkelijker als een leider die zich aan geen enkele regel wil houden, nu hij migranten naar de Pools-Belarussische grens stuurt om zo Europa te destabiliseren.
Zoals Frantsisk ontwaakt en besluit te gaan protesteren uit onvrede over de onveranderlijke politieke omstandigheden, zo is ook Belarus uit zijn coma ontwaakt tijdens de massale protesten van één jaar geleden. “Ik ben er zeker van,” zegt Filipenko stellig. Die protesten volgden op verkiezingen waarbij Loekasjenko opnieuw als winnaar uit de bus kwam. Onterecht volgens de oppositie en internationale waarnemers, die spraken van grootschalige verkiezingsfraude.
Strijd voor vrijheid
De schrijver spreekt van een ‘moreel-ethische revolutie’. “Wij streden en strijden nog steeds voor elementaire vrijheden, mensenrechten. Het was een vredig protest, niemand droeg wapens. Veelzeggend was ook het hartje dat een van de symbolen van de protesten werd.” Dit idealistische gedachtegoed wordt in het boek vaak gecontrasteerd met een dominant materialistisch denkbeeld, bijvoorbeeld in een gesprek tussen de oma van Frantsisk en een caissière:
‘Wilt u een lot?’ ‘Hoezo?’ ‘Voor een appartement...’ ‘Dat heb ik al...’ ‘Nou, dan voor een datsja...’
‘Ik heb al een datsja...’
‘Een auto dan, weet ik veel...’
‘Een auto heb ik ook...’
‘Tja, wat hebt u dan niet, mevrouw?’
‘Vrijheid...’
Tijdens de protesten van 2020 speelde De ex-zoon een centrale rol. Aangezien het boek nauwgezet aansloot op de werkelijkheid, begon Filipenko een actie, waarin 33 Russische en Belarussische bekendheden uit het boek voorlazen. Toch benadrukt Filipenko dat zijn boek geen protestoproep is, maar in de eerste plaats een roman over het gewone leven en de liefde van een oma voor haar kleinzoon.
Gevlucht of gevangengezet
Loekasjenko sloeg de protesten hard neer en meer dan 25.000 mensen werden opgepakt. Nu, één jaar later, zijn de meeste leiders van het protest gevlucht of gevangengezet. Svetlana Tichanovskaja, die het opnam tegen Loekasjenko in de strijd voor het presidentschap, week uit naar Litouwen, waar zij zich nog steeds inzet voor het lot van de politieke gevangenen in Belarus.
Maria Kolesnikova, de professionele fluitiste die zich in korte tijd ontpopte als een van de aanvoerders van het protest, werd samen met haar collega Maksim Znak op 6 september veroordeeld tot elf jaar cel. “De Belarussische regering doet er alles aan om het land weer in een coma te krijgen, zodat de mensen die nu nog in Belarus wonen, niets zeggen, zodat ze niet gaan protesteren, zodat ze zwijgend stil blijven zitten. De mensen die aan de macht zijn doen er alles aan zodat de coma nog tien of twintig jaar duurt.”
Hoewel het boek De ex-zoon soms als ‘profetisch’ wordt bestempeld, is het verhaal deels gebaseerd op de protesten in Minsk van 2010. Die waren wel een stuk kleiner in omvang: “In 2010 geloofde men niet dat we iets aan het land konden veranderen. Je ging de straat op om niet gek te worden en om te zien dat er mensen waren die hetzelfde dachten als jij. In 2010 voelde het alsof je in je eentje tegen de hele staat protesteerde, in 2020 protesteerde het hele land tegen een persoon.”
Emigranten in eigen land
De titel heeft een dubbele betekenis: aan de ene kant verwijst die naar het hoofdpersonage Frantsisk, die geen vader heeft, maar tegelijkertijd heeft de titel betrekking op de Belarussische samenleving in haar geheel. In de inleiding noemt Filipenko het boek ‘een poging om te doorgronden waarom wij [Belarussen] ex-kinderen worden van ons eigen land en ex-kinderen van ons eigen gezin.’ Daarmee is de titel een ingenieuze woordspeling die in verband staat met de koosnaam van Loekasjenko: batka, dat vader betekent in het Belarussisch. Filipenko schildert de Belarussische bevolking af als ontheemden, ontwortelden, vervreemd van hun eigen land. ‘Pelgrims’ noemt hij zijn landgenoten ook wel, zoekend naar een thuisfront. Deze gedachte wordt in het boek herhaald door oma: ‘we zijn emigranten in ons eigen land’.
Voorlopig zit Loekasjenko nog op het pluche, hoewel hij steeds meer hulp nodig heeft van Poetin om overeind te blijven staan. Op 4 november ondertekenden de twee staatshoofden een akkoord van 28 ‘unieprogramma’s’ die de landen dichter bij elkaar moeten brengen. Naar verluidt omvatten de programma’s plannen om een gemeenschappelijk betalingssysteem te creëren en een gezamenlijk migratiebeleid in te voeren.
Uniestaat met Rusland
De verwezenlijking van de ‘unie-staat’ die in 1999 werd opgericht, maar nooit helemaal tot zijn recht kwam, lijkt een stapje dichterbij te komen. Filipenko: “We weten niet precies hoe de situatie nu is. We weten überhaupt niet of we al deze jaren wel echt onafhankelijk zijn geweest. Misschien maakt Belarus al tien jaar deel uit van Rusland. We hebben onze eigen vlag, ons eigen paspoort, maar we weten niet of we onze onafhankelijkheid vorige week donderdag, vijf jaar geleden of tien jaar geleden verloren. Poetin helpt Loekasjenko, Poetin geeft Loekasjenko geld voor de politie. Als Poetin er niet was, dan zou Loekasjenko er ook allang niet meer zijn.”
Filipenko houdt vol dat Belarus uit zijn coma is ontwaakt, hoewel de grote protesten van vorig jaar voorbij zijn. Volgens hem is de mentaliteit van Belarussen blijvend veranderd. “Er is een nieuwe generatie opgegroeid, die alleen het kapitalistische tijdperk heeft gekend. Deze generatie heeft van jongs af aan een keuze gehad; ze konden kiezen tussen Nike and Adidas, tussen McDonald’s en Burger King.” Men is aan die commerciële keuzevrijheid gewend geraakt. Door die gewenning eist de jonge bevolking nu ook politieke keuzevrijheid en vrijheid van meningsuiting. Op deze manier lijkt de ‘moreel-ethische’ revolutie tot op zekere hoogte ook voort te vloeien uit het moderne materialisme dat Filipenko in De ex-zoon beschrijft.
“Loekasjenko is een beetje te oud voor de moderne wereld,” stelt Filipenko. “De wereld verandert om hem heen en hij begrijpt het niet.”