PlusTerugblik

Hoe de 17-jarige John Heitinga debuteerde in een kolkende Kuip

Rafael van der Vaart maakt op 26 augustus 2001 de beslissende goal in De Kuip en viert dat voor een vak woeste Feyenoordsupporters. John Heitinga is eerder ingevallen. Beeld ANP/George Verberne
Rafael van der Vaart maakt op 26 augustus 2001 de beslissende goal in De Kuip en viert dat voor een vak woeste Feyenoordsupporters. John Heitinga is eerder ingevallen.Beeld ANP/George Verberne

John Heitinga staat voor zijn eerste Klassieker als trainer. Bijna 22 jaar geleden maakte hij als 17-jarige jeugdspeler zijn debuut voor Ajax tegen Feyenoord. Een terugblik op een gedenkwaardige wedstrijd in De Kuip.

Dick Sintenie

Het is snikheet op 26 augustus 2001. De competitieleider van de KNVB heeft al vroeg in het seizoen (derde speelronde) een topduel op het programma gezet. Wat hij niet kon voorzien is dat Ajaxtrainer Co Adriaanse op dat moment al onder vuur ligt. Niet alleen bij de buitenwacht, maar ook intern – tot in de directie aan toe – heeft de eigenzinnige coach het verbruid. Zijn hoofd ligt op het hakblok. Na de uitschakeling in de voorronde van de Champions League tegen Celtic zingt het rond: één grote misstap in de competitie, en Adriaanse is gezien.

In die broeierige sfeer leeft Ajax toe naar de confrontatie met Feyenoord in de als vanouds opgefokte Kuip. Adriaanse heeft zijn kwetsbare en jonge elftal voor de gelegenheid in een ander jasje gestoken – in een systeem dat tegenwoordig heel gangbaar is op de Europese velden, met vijf verdedigers. Adriaanse heeft ermee geëxperimenteerd tijdens een oefenwedstrijd in Berlijn, tegen AS Roma. Het wordt prompt omgedoopt tot ‘systeem-Berlijn’, ook vanwege de verstevigde muur in de laatste linie.

Het is niet zoals het hoort bij Ajax, en zeker niet zoals Adriaanse het wil, maar het is zijn respons op de criticasters die zijn plan en aanpak om de club geleidelijk en met herkenbaar voetbal terug te brengen naar de top van Nederland, openlijk ridiculiseren. Volstrekt naïef, is het verwijt.

Het schept een werkklimaat dat voor de voetballers onprettig is, vooral voor de jonge spelers. Zlatan Ibrahimovic, Rafael van der Vaart, Cristian Chivu, Maxwell – het zijn tieners, vroege twintigers die moeite hebben om overeind te blijven. Maar Adriaanse geeft de jeugd de ruimte, hij ziet geen of slechts een marginale rol weggelegd voor routiniers als Aron Winter, Richard Witschge en Jan van Halst.

Gebracht en gehaald door zijn opa

Adriaanse neemt de pas 17-jarige Johnny Heitinga op 26 augustus mee naar De Kuip. Hij kent de jongen uit Alphen aan den Rijn goed, want als hoofd opleidingen van Ajax heeft Adriaanse de jeugdspeler van ARC zelf aangenomen. Dat is overigens een grappig verhaal. De kleine Heitinga is niet via de scouts bij Ajax terechtgekomen, maar omdat zijn moeder hem zijn diepste wens cadeau wilde doen voor zijn verjaardag: deelname aan de talentendagen van zijn favoriete club. Ajax is doorgaans ongevoelig voor dergelijke verzoeken, maar maakte in dit geval een uitzondering. Heitinga werd na de trainingen prompt aangenomen als nieuw talentje.

Een innemende jongen is hij, die in zijn eerste jaren bij Ajax vaak wordt gebracht en gehaald door zijn opa, met wie hij een hechte band heeft. Adriaanse leert de familie goed kennen en heeft een zwak voor de centrale verdediger met de prachtige wreeftrap (rechts én links) en diens soms wat onstuimige duelkracht. Heitinga heeft een hoge pijngrens, is keihard voor zichzelf.

In een jeugdwedstrijd loopt hij eens een breukje op in zijn enkel, maar hij wil voor het laatste kwartier per se het veld weer in. Hij kan met zijn rechtervoet niet meer schieten, maar hij kan toch nog lopen?

Op deze jongen durft Adriaanse wel terug te vallen als dat op zondag 26 augustus in een vijandige Kuip nodig mocht zijn. En het is nodig. Ibrahimovic heeft Ajax in de 64ste minuut op 0-1 gezet, maar vier minuten later krijgt wingback Hatem Trabelsi zijn tweede gele kaart van de wedstrijd, en dus rood.

Jongste bediende

Adriaanse handelt meteen: spits Shota Arveladze naar de kant, verdediger Heitinga erin. “Er was geen tijd om na te denken,” vertelde Heitinga later over zijn debuut. “En ook niet om zenuwachtig te worden. Kort voordat ik inviel, werd ik nog als jongste bediende de catacomben ingestuurd. Andre Bergdølmo had een gebroken nop, ik moest andere schoenen voor hem halen uit de kleedkamer. Vijf minuten later stond ik ineens zelf in het veld.”

In dat veld gaat het er stevig aan toe, op de tribunes is de sfeer grimmig als altijd. Heitinga pakt snel een gele kaart – het zal niet de laatste zijn van zijn carrière – als hij Pierre van Hooijdonk, toch geen kleine jongen, ondersteboven kegelt. In de 82ste minuut beslist een andere jongeling de Klassieker. Rafael van der Vaart ontwijkt op de linkerflank een tackle van Ferry de Haan en zoekt de kortste weg naar het doel van Jerzy Dudek, die hij in de lange hoek passeert.

Van der Vaart viert zijn treffer voor een vak woedende Feyenoordsupporters. Wat niemand weet – en Van der Vaart wel – is dat daar ook ergens een jeugdvriend (en Feyenoordfan) van de Ajacied op de tribune zit. Het pesterijtje van Van der Vaart kost Bergdølmo een hoofdwond als hij bij het juichen wordt geraakt door een uit het publiek gegooide aansteker.

(Jaren later, als de jonge voetballers van Ajax zijn uitgevlogen, komen ze elkaar tegen in Madrid, waar Heitinga voor Atlético speelt en Van der Vaart en Wesley Sneijder uitkomen voor Real. Tijdens een fotoshoot halen Van der Vaart en Heitinga herinneringen op aan die bijzondere Klassieker en aan die tweede goal. Heitinga: “Waar is die Ferry de Haan eigenlijk gebleven?” Sneijder: “Die ligt daar nog steeds.”)

Vergelijkbaar met Schreuder

De zege in De Kuip kan Adriaanse slechts tijdelijk helpen. Twee maanden later wordt hij alsnog ontslagen. Het sentiment rond de trainer is zwaar negatief, vergelijkbaar met de positie waarin Alfred Schreuder verkeerde in zijn laatste weken als trainer van Ajax. In de laatste wedstrijd van Adriaanse, thuis tegen FC Twente, met Heitinga in de basis, buigt Ajax een 2-0 achterstand om in een 3-2 zege, maar Ronald Koeman staat in de coulissen al klaar om het stokje over te nemen.

Het zijn harde lessen voor jonge profvoetballers die moeten overleven in een onvoorspelbare en onnavolgbare wereld vol opgeblazen ego’s, eigenbelangen en dubbele agenda’s. Een wereld waarin je ook volledig op jezelf kan worden teruggeworpen.

Heitinga maakte het mee kort na het ontslag van Adriaanse. Hij werd twee keer geopereerd aan zijn rechterknie en kort na zijn rentree scheurde hij de voorste kruisband van zijn linkerknie. Hij ging in de slotfase van een wedstrijd tegen NAC te druistig het duel aan met Csaba Fehér en ook bij deze zware blessure ging hij tóch nog terug het veld in. Na de diagnose volgde de totale ontreddering.

Verwende voetballers

In 2002, het jaar na zijn debuutseizoen, lag Heitinga vaker in een ziekenhuisbed dan dat hij op het voetbalveld stond. Hij zat enkele maanden intern op het KNVB-sportcentrum in Zeist om te revalideren. De jonge voetballer had het moeilijk, en leunde zwaar op de steun van familie en specialisten. “Ik ben een luie flikker. Op het voetbalveld ga ik tot het uiterste, daarbuiten is het wel anders. Als ik even de stad in moet, pak ik de auto. Voetballers worden toch te veel verwend. Je bent achttien en je krijgt een auto. Je rijdt hem in de prak en twee minuten later staat er een nieuwe. In deze situatie kan ik me nergens achter verschuilen.”

Vooral die eerste periode in Ajax 1 heeft hem gevormd tot de voetballer die hij is geworden, maar ook tot de trainer die hij is en wil zijn. Heitinga hecht aan een relatie met zijn spelers. Zijn credo: “Hoe meer je van hen weet, hoe meer je eruit kan halen.” Hij houdt rekening met de jeugd van nu. “Ik probeer in hun taal te praten. De besprekingen zijn allemaal heel kort. En het allerbelangrijkste: duidelijkheid.”

Dat klinkt een beetje als Louis van Gaal, en als Co Adriaanse, die hem liet debuteren. “Allebei trainers die de discipline hoog hebben zitten en denken vanuit de Ajaxfilosofie. Hoe we nu met de backs spelen, aanvallend, zo speelde Ajax vroeger met een inschuivende laatste man om een extra mannetje op het middenveld te creëren. Toen was onder anderen Co iemand die altijd met lef en initiatief zorgde dat je de baas bent op het veld. Dat hoort bij Ajax.”

Luister onze Ajaxpodcast Branie:

Wilt u belangrijke informatie delen met Het Parool?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van Het Parool rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@parool .nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden