Spagaat
Voorwoord PS van de Week
Het is een normale menselijke eigenschap om weg te blijven van zaken waarin we niet goed zijn of waarvoor we een afkeer hebben. Dat zit zelfs in onze taal ingebakken: ‘Schoenmaker blijf bij je leest.’ Of: ‘Wat de boer niet kent dat eet hij niet.’
Het kan ook anders. Schrijver Arnon Grunberg, recent geëerd met de P.C. Hooft-prijs, heeft een grote angst voor dansen. Dus besloot hij danser te worden. Dat idee ontstond tijdens een briefwisseling met dichter Charlotte Van den Broeck. Grunberg meldde zich bij het NDT, dat hem doorverwees naar choreografe Nicole Beutler. Met haar en Charlotte maakte hij een voorstelling. Zo moest hij opeens zijn angsten voor zijn bewegende, dansende lijf overwinnen, ‘toch weer anders dan al die andere schaamtes’.
De afgelopen maanden moest de schrijver zich redden in een taal die hij nog niet kende. ‘Als de taal van het lichaam de taal van de liefde is, dan ben ik mij in deze studio een laaggeletterde gaan voelen.’ Grunberg ziet in eerste instantie tijdens repetities vooral ‘de haren op de armen, de kleine en grotere littekens, en verdwaalde blauwe plekken.’
Voor PS hield hij een dagboek bij. Dat werd een gevoelig verslag over angst, intimiteit en gêne. En ik kan ook alvast onthullen: met een (redelijk) goede afloop. Wie danst, kan zich nergens meer achter verbergen.