Bij Paon Bali op het KNSM-eiland wordt authentiek en supervers Balinees gekookt. Culinair recensent Mara Grimm kon haar geluk niet op – en dat voor maar 15 euro.
Je ziet ze meteen als je binnenkomt: prachtige potten traditioneel aardewerk vol Balinese gerechten. Achter die potten staan de twee eigenaren met een enorme glimlach op hun gezicht. De Balinese kok Dian Suryani en haar partner, voormalig fotograaf Steven van Noort, doen alles samen. Ik kende ze al van de saté die ik er tijdens de lockdown afhaalde, maar gegeten had ik er nog nooit.
Uitgebreid dineren kan hier sowieso niet, want Paon Bali is een traditionele warung. Dat betekent dat er de hele dag door wordt gekookt en dat alles aan het eind van de dag wordt verkocht – tot het op is. Een prima manier van werken, want zo wordt er niet alleen nauwelijks voedsel verspild, maar weet je zeker dat je supervers eet. In sommige warungs kun je alleen afhalen of eten aan een bar, bij Paon Bali staan tafels en stoelen en is zelfs een klein terras met picknicktafels.
Er is iedere dag een ander menu (15 euro), dat steeds op de website wordt aangekondigd, maar het is zonder uitzondering traditioneel Balinees. Ter verduidelijking: de Balinese keuken is vrij pittig en minder zoet dan bijvoorbeeld de Javaanse. Bovendien wordt er geen rundvlees gebruikt, maar des te meer kip en varkensvlees.
Huiselijk
Wij zijn er op een vrijdag, dan is er Nasi Paon Bali en kun je – net als op zaterdag – ook vega eten. We bestellen een portie mét en een zonder vlees. Bediening is er niet; bestek en glazen staan klaar op tafel en drankjes pak je zelf uit de koeling. Dat klinkt misschien ongezellig, maar het zorgt voor een huiselijke sfeer. Alle andere (overduidelijk vaste) gasten lijken Paon Bali zelfs als een verlengstuk van hun eigen keukentafel te beschouwen. Naast ons zit een moeder met haar dochtertje een boodschappenlijst te maken, even verderop bladert een stel tijdens het eten door een paar kookboeken en er lopen vrijwel continu buurtbewoners binnen om af te halen.
Na een paar happen snap ik waarom: als ik hier in de buurt zou wonen, zou ik ook de deur platlopen. We krijgen allebei een groot emaillen bord met een bananenblad. Daarop ligt wat gestoomde rijst met eromheen verschillende gerechten die samen een rijk, gevarieerd en vooral superauthentiek smakenpalet vormen. Zonder twijfel het beste dat we proeven is de babi kecap: extreem mals buikspek in een kruidige, zachtzoete saus. Ook de saté is precies zoals hij hoort: klein maar fijn, lichtzoet en lekker pittig en – en dat maakt hem wat mij betreft zo onweerstaanbaar – een krokant laagje van de gebrande ketjap manis. Bij navraag blijkt bovendien dat de saté wordt gemaakt van procureur van het Spaanse ibericovarken – snappen we meteen waarom het vlees zo vol van smaak is.
Ayam sisit pelalah – kip in een spicy maar frisse marinade – is het derde vleesgerecht. Dat lijkt een beetje te veel van het goede, maar het zijn kleine porties. Wie toch wil minderen met vlees bestelt de vegetarische variant. Daarin zijn de vleesgerechten vervangen door een sticky tempé en tofu in gele curry. Vooral die laatste is fantastisch: mild, romig en superaromatisch.
De overige gerechten zijn zowel voor de vleeseter als de vegetariër hetzelfde. Daarbij komen we eigenlijk maar één misser tegen; de udang goreng is een krokant gebakken garnaal die allang niet meer krokant is. Wél weer uitstekend zijn de beetgare groenten met geraspte kokos (jukut urab) en een half in gekruid water gekookt eitje (telur pindang).
Bittermeloen
Maar het geheim van Paon Bali zit ’m net als bij alles in het leven in de details: gebakken pinda’s bijvoorbeeld, en jukut paye. Voor wie het niet kent: dat is roergebakken bittermeloen, sopropo of balsempeer. Het lijkt op een stekelige klein komkommertje en heeft een verslavend bittere smaak. En dan is er ook nog sambal terasi: uiteraard huisgemaakt en flink spicy, maar zo lekker dat we er onmogelijk van af kunnen blijven.
Afblussen doen we met een Bintangbiertje uit de koeling. Daar staan ook flessen Jamu, een elixer van kurkuma, gember, tamarinde, citroengras, kokossuiker en limoen die van oudsher veel wordt gedronken in Indonesië. Je kunt het zien als de Indonesische equivalent van een gembershotje, maar aangelengd met wat spa is het ook een perfect dorstlessend drankje voor bij het eten.
Jammer dat ze alleen grote flessen verkopen (€17,50), want die kun je onmogelijk in één keer opdrinken. Wij nemen meer dan de helft mee naar huis en doen er bijna de hele week mee.
Eigenlijk best fijn: hebben we meteen een souvenir van dit korte, maar onvergetelijke reisje naar Bali.
Paon Bali
Levantplein 184
06-58991855 (alleen voor sms en Whatsapp)
wo-za 17.30-21.00 uur
Best
Babi Kecap: extreem mals buikspek in een kruidige en zachtzoete saus.
Minder
De udang goreng: de krokant gebakken garnaal is verre van krokant.
Opvallend
Reserveren kan door een sms of WhatsApp-berichtje te sturen. Niet bellen!
Leukste tafel
De gemeenschappelijke tafel op de begane grond.
Bekijk ook: dit zijn volgens Mara Grimm de beste restaurants in Amsterdam en hier vind je alle afleveringen van Proefwerk.