PlusExclusief

Mee op huisbezoek met team Vangnet van de GGD: ‘Ik val niemand lastig, vraag maar aan de bovenbuurman’

Wijk-GGD’er Titia Sizoo legt samen met een wijkagent huisbezoeken af in Nieuw-West. ‘Ik zie veel schrijnende dingen, dat is wel pittig. Dat je denkt: dat kan anno 2023 toch niet meer.’
 Beeld Hannah Bults
Wijk-GGD’er Titia Sizoo legt samen met een wijkagent huisbezoeken af in Nieuw-West. ‘Ik zie veel schrijnende dingen, dat is wel pittig. Dat je denkt: dat kan anno 2023 toch niet meer.’Beeld Hannah Bults

Zonder dat veel Amsterdammers het weten rijden elke dag sociaalpsychiatrisch wijkverpleegkundigen van team Vangnet door alle stadsdelen. Ze gaan af op meldingen van zorgwekkende situaties – van een verward persoon op straat tot geluidsoverlast of bedreiging.

Jocelyn Vreugdenhil

Het idee dat Amsterdamse hulpinstanties het af laten weten, leeft regelmatig in de stad. Met name wanneer een situatie uit de hand loopt, zoals eind vorig jaar bij een woningbrand met fatale gevolgen, is de verontwaardiging groot. Waar waren de hulpinstanties om deze persoon met ernstig psychische problemen te helpen? “Dit zijn tragische ongelukken die niet mogen gebeuren,” zegt Neel Schouten (54), hoofd Zorg & Overlast, Vangnet GGD Amsterdam. “Vaak is de GGD wel betrokken, maar is dat niet voor iedereen zichtbaar.”

Een betrokkenheid die begint met een melding, bij OGGZ (openbare geestelijke gezondheidszorg) of Meldpunt Zorg en Woonoverlast, van buurtbewoners, familieleden of andere personen over een zorgwekkende situatie. Het Parool loopt een ochtend mee met de GGD-afdeling Vangnet, die achter deze Amsterdamse meldpunten zorg en overlast zit.

Agressieve hond

Wijk-GGD’er Titia Sizoo (50) draait de GGD-auto een straat in Nieuw-West in voor het eerste onaangekondigde bezoek van de dag. Een bezoek waar de wijkagent, iemand van de woningbouwvereniging en een hondengeleider van de politie bij aansluiten. Voor het opgegeven adres staat een man shag te draaien. “Ik ben vergeten stof te zuigen,” antwoordt hij op de vraag van Sizoo of ze naar binnen kunnen. “En de hond is binnen, dus je mag gaan, maar ik denk niet dat je het overleeft.” Als wijkagent Janet (56) vraagt of hij weet waar ze voor komen, geeft hij aan geen idee te hebben. “Ik heb twee doodsbedreigingen tegen me lopen van de buren, misschien is dat het.”

Dat er klachten zijn binnengekomen over geluidsoverlast en intimidatie en dat hij met een niet-gemuilkorfde agressieve hond rondloopt, kan hij zich niet voorstellen. “Vraag maar aan de bovenbuurman, ik val niemand lastig. En wat moet ik dan? Een roze jurk gaan dragen?” Het typeert de man met Amsterdamse tongval, die laat weten verschillende trajecten bij de reclassering en GGZ te hebben lopen en gediagnosticeerd is als bipolair. Via de woningbouwvereniging kwam hij in zijn huidige woning terecht voor een tweede kans, nadat hij uit huis was gezet vanwege overlast en bedreigingen.

Na een gesprek van tien minuten gaan de partijen uit elkaar met de afspraak dat de woningbouw hem een officiële klachtenbrief stuurt. Als de klachten aanhouden, kan er een ontbinding van de huurovereenkomst bij de rechter worden aangevraagd door de woningbouwvereniging en volgt een uithuisplaatsing.

Een wijkagent en Sizoo in gesprek met een man over wie een klacht was ingediend. Beeld Hannah Bults
Een wijkagent en Sizoo in gesprek met een man over wie een klacht was ingediend.Beeld Hannah Bults

Schreeuwend over straat

Sizoo is een van de 25 sociaalpsychiatrisch wijkverpleegkundigen, de wijk-GGD’ers, die werken bij team Vangnet. De dienst is verdeeld in zeven wijken, de stadsdelen, en bereikbaar via twee meldpunten: de 24 uursdienst van OGGZ, voor iedereen die zich zorgen maakt over iemand in de omgeving. Dat kunnen meldingen zijn van personen die ’s nachts schreeuwend over straat gaan tot een vermoeden van verwaarlozing en vervuiling. Daarnaast heeft elk stadsdeel een eigen Meldpunt Zorg en Woonoverlast, ook deze meldingen komen uit bij Vangnet.

Bij klachten over overlast en zorg worden de wijk-GGD’ers ingezet om poolshoogte te nemen, meestal in samenwerking met de politie, woningbouwverenigingen en andere zorgpartijen. En onaangekondigd, omdat de kans groot is dat de persoon in kwestie anders niet aanwezig is en om de situatie goed te kunnen inschatten.

Iedere werkdag begint met het teamoverleg op kantoor, in het GGD-gebouw aan de Nieuwe Achtergracht waar alle wijk-GGD’ers bij aanwezig zijn. Een overleg dat kort en bondig verloopt. Ze bespreken alle meldingen die de afgelopen avond en nacht zijn binnengekomen, eventueel aangevuld met extra informatie, zoals of de persoon al bekend is bij de GGZ of de politie. Nog tijdens de rondgang pakken de eerste teamleden hun spullen in om de wijk in te gaan, want tijd is kostbaar.

“Vaak gaan de meldingen over Amsterdammers die tussen de mazen van de hulpverlening vallen,” vertelt Sizoo in de auto op weg naar Nieuw-West, haar wijk. “Zit er vereenzaming of persoonlijke verwaarlozing achter de overlastklachten en is er sprake psychische problematiek in combinatie met drank- en drugsgebruik. Elke dag loopt anders, dat is er zo leuk aan.”

Geluiden op de trap

Het volgende bezoek betreft een apart geval volgens wijkagent Janet, die Sizoo begeleidt. Het gaat om een alleenstaande man die nog niet zo lang geleden uit zijn huis is gehaald omdat het vol wietplanten stond. “Daarnaast liet hij mannen langskomen voor seksafspraken, al met al een vrij bizar verhaal. Nu begreep ik dat hij weer terug is in hetzelfde huis.”

Sizoo en Janet besluiten een kijkje te nemen omdat deze melding ook binnen was gekomen bij het meldpunt OGGZ met zorgen over deze persoon. De ramen op alle verdiepingen zijn afgeplakt en na een aantal keer kloppen op de deuren en ramen, blijft het stil. Sizoo constateert dat er wel degelijk iemand binnen moet zijn, gezien de spullen in de gang. Janet vraagt het de buren, die zeggen geluiden te hebben gehoord op de trap. Ze beloven Janet op de hoogte te houden en de politie in te seinen als dat nodig is. Janet en Sizoo spreken af binnen een week nog een keer samen poolshoogte te nemen.

“Heerlijk toch dit werk,” verzucht Sizoo, die twaalf jaar geleden bij GGD Vangnet terecht kwam. “Het mooiste werk dat er in mijn vakgebied te vinden is. Ik ben geen behandelaar, maar ga zonder afspraak meldingen langs om te kijken wat er speelt, of er psychische of andere zorg ingezet kan worden. Onze kracht zit in de korte lijnen, met de politie en andere instanties, en de aanpakmentaliteit. Ik zie veel schrijnende dingen, dat is wel pittig. Dat je denkt: dat kan anno 2023 toch niet meer. Zoals een man die ik in de winter in een kaal huis aantrof met midden in de woonkamer een oven om zich aan te verwarmen.”

“Wat ik ook veel tegenkom, en wat de laatste jaren is toegenomen, is het aantal eenzame ouderen, die in zwaar verwaarloosde toestand verkeren. Die niet meer buiten komen en geen eten en drinken in huis hebben. Tijdens corona verergerde dat doordat de zichtbaarheid nog minder was. Deze meldingen komen vaak bij ons binnen via het meldpunt OGGZ doordat een van de buren een sterk vermagerd persoon door de ramen heeft gezien en zich zorgen maakt. Negen van de tien keer moet een ambulance komen omdat ze zo ernstig verwaarloosd zijn.”

“En dan zijn er nog de kwetsbare mensen die de regels en bureaucratie niet meer begrijpen. Dat wanneer de wc verstopt is, ze niet weten bij wie ze moeten zijn om dat te laten repareren en hun behoeftes noodgedwongen in huis doen. Er moet echt meer geld naar de zorg, want niet alle mensen kunnen op hun netwerk en dus de mantelzorg leunen.”

Sizoo: ‘Vaak gaan de meldingen over Amsterdammers die tussen de mazen van de hulpverlening vallen.’ Beeld Hannah Bults
Sizoo: ‘Vaak gaan de meldingen over Amsterdammers die tussen de mazen van de hulpverlening vallen.’Beeld Hannah Bults

Kattenkots op de muren

De ochtend gaat verder met wijkagent Jeff (49). Met hem bezoekt ze een gedateerd appartementencomplex in een wijk waar veel oudbouw wordt gesloopt. Tot hun verbazing wordt er opengedaan, daar waar ze vorige keer ‘moesten oprotten’. Ze stappen de huiskamer in Jordanese stijl binnen, zoals de wijkagent de volle inrichting liefkozend typeert. Hier woont een gepensioneerde vrouw met haar volwassen zoon.

De man is in beeld gekomen nadat hij de meldkamer van de politie had gebeld met de mededeling het Rijksmuseum in de fik te gaan steken. “Hoe moet ik anders duidelijk maken dat dit een noodgeval is? Al jaren geef ik dat bij allerlei instanties aan en niemand helpt mij. Ik wil een eigen huis, zodat ik zelf kan bepalen hoe ik mijn leven leid. Ik sta op het punt om er een einde aan te maken.”

De moeder zucht diep, is zichtbaar niet onder de indruk van het dreigement van haar zoon. Hij heeft hulp gezocht, geprobeerd te werken wat altijd misliep en is draaideur bij de sociale dienst, zoals hij zijn situatie zelf omschrijft. Na ruim een halfuur nemen ze afscheid met de afspraak dat het Leger des Heils ingeschakeld wordt voor hulp.

Het laatste bezoek betreft een melding over vermeende vervuiling en verwaarlozing. “Hij zal ons niet met open armen ontvangen,” zegt Sizoo, voordat ze de bel indrukt. “Dat gebeurt sowieso niet vaak.” De man die opendoet verontschuldigt zich voor de troep en zegt net begonnen te zijn met opruimen. Ze mogen naar binnen en constateren dat het meevalt, hoewel de kattenkots op de muren zit en de kamer vol troep ligt. Sizoo erna: “De katten zagen er gezond uit. De man heeft beloofd alles op te ruimen. En omdat het hier duidelijk om zelfredzame mensen ging, hoeven we met deze melding verder niets meer te doen.”

En zo eindigt de ochtend en maakt Sizoo zich op voor de bezoeken van de middag. Op de vraag of ze denkt de mensen het ergens ook fijn vinden dat ze langskomt, kan ze niet volmondig ja zeggen. “De problemen zijn daar vaak te groot en complex voor. We zijn er ook voor de buren, familieleden en andere betrokkenen. Dat zij zich gehoord voelen, dat geeft genoeg voldoening.”

Zeshonderd meldingen per maand

Hoeveel Amsterdammers momenteel tussen de mazen van de hulpverlening vallen, is lastig te zeggen, volgens Neel Schouten, hoofd Zorg & Overlast, Vangnet GGD Amsterdam. Wel duidelijk zijn de cijfers over de meldingen die binnenkomen voor heel Amsterdam; gemiddeld rond de 600 per maand via beide meldpunten. “Onze taak is erop afgaan, de situatie inschatten en zorg, hulp en begeleiding organiseren waar nodig of wenselijk.”

Het meldpunt OGGZ is er sinds de invoering Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg in 2020 en is 24/7 bereikbaar op 020- 5555 555 met vragen over zorgwekkende situaties of voor het aanmelden van iemand voor zorg. Van de meldingen is 62 procent nieuw en betreft situaties waarin mensen zich zorgen maken, soms in combinatie met overlast, 6 procent is een vervolg op een eerdere melding.

Meldpunt Zorg en Woonoverlast loopt via de stadsdelen en is telefonisch en online bereikbaar. Het totaal aantal meldingen voor de wijk-GGD was in 2021 en in 2022 gemiddeld rond de 220 à 250 per maand.

Wilt u belangrijke informatie delen met Het Parool?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van Het Parool rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@parool .nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden