PlusAchtergrond
Digitale horloges met een wijzerplaat, elektrische auto’s met een lange neus: waarom nieuw er zo vaak oud uitziet
Waarom ziet een digitaal notitieblok eruit als een papieren kladblok? Wat is de functie van een grille bij een elektrische auto? Skeuomorfisme: een begrip waar je nooit van hebt gehoord, maar iedere dag mee wordt geconfronteerd.
Het woord moet je waarschijnlijk vier keer lezen voor je weet wat er staat, en nog vier keer voor je het kunt uitspreken. Maar als je het begrip eenmaal kent, gaat het nooit meer uit je hoofd en zie je het voortaan overal. Skeuomorfisme.
Voor we bij de definitie uitkomen – en dat wordt nog een heel gedoe – is het wellicht een goed idee om eerst een paar alledaagse voorbeelden te noemen. Het symbool voor e-mail is een envelop. Het icoontje voor opslaan ziet eruit als een floppydisk. En het geluid dat een digitale fotocamera maakt (‘klik!’) is hetzelfde als dat van een analoge camera met een ouderwets filmrolletje.
Begint het te dagen? Dat de notities op telefoons eruitzien als een kladblok, inclusief ringband? Dat veel digitale horloges een ouderwetse wijzerplaat hebben, en vaak zelfs een draaiknopje aan de zijkant, dat suggereert dat je hem kunt opwinden of de wijzers kunt stellen? Of dat elektrische auto’s een gefabriceerd geluid maken van optrekken en remmen, daarmee geluid van een verbrandingsmotor nabootsend? Allemaal skeuomorfisme.
Digitale draaitafel
Zoals al gezegd, een ingewikkeld woord. Skeuomorfisme is de samenvoeging van de Griekse woorden skeuos dat ‘werktuig’ of ‘materiaal’ betekent en morfe, oftewel ‘vorm’. Het woord dook rond 1890 voor het eerst op in de Engelse taal, aldus Wikipedia, dat als definitie geeft: ‘een ontwerpstijl waarin voorwerpen in hun ontwerp een ander materiaal of vorm nabootsen, zonder dat dit door hun functie wordt gerechtvaardigd. Het doel van skeuomorfisme is om objecten te laten lijken op het oorspronkelijke, vertrouwde materiaal.’
Skeuomorfisme is dus dat iets eruitziet als een voorganger. Met name in webdesign struikel je erover. Het icoontje voor de dictafoonfunctie dat eruitziet als een radiomicrofoon van begin vorige eeuw. Folders die eruitzien als daadwerkelijk papieren archiefmappen. En de webshop dat een icoontje voor de winkelwagen gebruikt dat eruitziet als, inderdaad, een ouderwetse winkelwagen.
“Ontwerpers werken volgens het MAYA-principe: most advanced, yet acceptable,” legt Jeroen van Erp uit. Hij was de afgelopen zes jaar hoogleraar concept design aan de TU Delft en is creatief directeur van ontwerpbureau Fabrique. “Als je iets ontwerpt dat te geavanceerd is dan krijg je de gebruiker niet mee. Het is de uitdaging om iets te maken dat nieuw is, maar toch vertrouwd aanvoelt. Neem de digitale draaitafel, waar dj’s mee werken. Die ziet er precies zo uit als een ouderwetse platenspeler, inclusief draaischijf die met je vinger een zetje kunt geven of kunt afremmen. Zo werden dj’s die altijd met vinyl hadden gedraaid verleid om over te stappen naar digitaal.”
Elektrische auto
Ook in de autobranche is skeuomorfisme een bekend fenomeen. Nota bene: de allereerste auto zag eruit als een koets zonder paarden. Pas veel later kregen auto’s de vorm die we nu kennen, met een lange neus en een grille, die zorgt voor de luchttoevoer om de motor te koelen. “Dat is hoe we nu auto’s zien: als een gezicht, met de grille als neus en de koplampen als ogen,” zegt auto-ontwerper Niels van Roy. “We vinden een Volkswagen Kever er vrolijk uitzien vanwege de ronde koplampen, terwijl sportievere auto’s vaak ‘bozer’ uit hun lampen kijken.”
Die grille is inmiddels een heet hangijzer voor auto-ontwerpers. De meeste nieuwe modellen die uitkomen zijn inmiddels (deels) elektrisch. En terwijl de functie van een grille altijd was om lucht op te vangen om de motor te koelen ontbreekt hiervoor bij elektrische auto’s de noodzaak. Dus wat te doen met dat gapende gat tussen de twee koplampen?
“Auto-ontwerpers worstelen hiermee,” zegt Van Roij. “Vooral Duitse merken lijken geen idee te hebben wat ze moeten doen. De elektrische modellen van BMW hebben nog steeds een gigantische grille, ook Mercedes-Benz durft er nog geen afscheid van te nemen. Een merk als Volvo is daar eerlijk in: als een model geen verbrandingsmotor heeft zul je ook geen grille voor de sier zien. En Tesla’s hebben natuurlijk ook geen grille.”
Transitiefase
Elmer van Grondelle, docent Advanced Automotive Design aan de TU Delft, hielp mee aan het ontwerpen voor merken als Ford, Lamborghini en Hyundai. “De grille is belangrijk voor de merkherkenning. Dat is voor consumenten heel belangrijk,” zegt hij. “Daarom kan ontwerpen een frustrerend beroep zijn: je bent minstens de helft van de tijd bezig met onderhandelen, vooral met de afdeling marketing. Als je iets nieuws ontwerpt moet het zowel appelleren aan nieuwheid als aan de herkenning. Als een van die twee ontbreekt gaat het mis.”
Kennelijk zijn we zo gehecht geraakt aan het uiterlijk van de auto zoals we die kennen, dat we slechts stapsgewijs verandering accepteren. Want skeuomorfisme zien we niet alleen terug in de grille, feitelijk is er bij een elektrische auto ook geen noodzaak meer voor een grote ‘neus’. Van Roij: “In ons collectief geheugen zit het beeld dat een luxe auto een grote neus heeft, waar een krachtige motor onder zit. Een elektrische motor is zo groot als een forse watermeloen, en de accu kun je makkelijk tussen de wielen kwijt, en ook voor de kreukelzone is die neus niet nodig. Op termijn zullen auto’s er waarschijnlijk wel anders uit gaan zien, maar vooralsnog zitten we in een transitiefase.”
Van Grondelle noemt als voorbeeld de Jaguar I-Pace, met hoge ‘schouders’ vanwege de batterij, en een korte neus. Maar naar verwachting zullen we de komende jaren nog elektrische auto’s zien rondrijden die eruitzien als hun benzine- of dieselslurpende voorgangers.
Ouderwetse rekenmachine
Ook op onze schermen zal skeuomorfisme nooit helemaal verdwijnen. Apple besloot zo’n tien jaar weliswaar over te stappen op zogeheten ‘flat design’, waardoor onder meer het notitieblok met ringband, de houten leesplank en het kompas werden ingeruild voor ontwerpen die niet de indruk wekken alsof onze devices een een-op-een digitale vertaling zijn van de analoge wereld. Maar nog steeds ziet de rekenmachine er min of meer uit als het apparaat waarmee je op de middelbare school de sinus, cosinus en tangens kon berekenen. En het icoontje van de ‘wallet’ is zo’n leren pasjeshouder. En ‘zoek mijn iPhone’ heeft dezelfde interface als zo’n scanner waarmee vermiste schepen worden gezocht.
Als je er op gaat letten is skeuomorfisme overal. “Swipen op een tablet is niet voor niets dezelfde beweging als het omslaan van een bladzijde,” zegt Van Erp. “En de manier waarop je in- of uitzoomt op een scherm is een abstracte vorm van iets groter of kleiner maken met je vingers.” Je ziet het pas als je het doorhebt.