PlusExclusief
Deze buren regelen, organiseren, helpen en verbinden: ‘Dankzij hem zeggen de buren elkaar nu gedag op straat’
Elke buurt heeft er wel een: de buur die regelt, organiseert, helpt en verbindt. Zoals Sonja in de Bloemenbuurt, Peter in de Diamantbuurt, Harry in Geuzenveld en Aziyme in heel Nieuw-West. ‘Het voelt als een soort familie.’
Sonja Hendriksma (59), Bloemenbuurt, Noord
‘Op een gegeven moment stond ik voor veertig man te koken en werd mijn keuken te klein’
Iedereen in de Bloemenbuurt in Noord kent Sonja Hendriksma (59) – voor de meesten ‘Son’. Is het niet van het koken in jongerencentrum De Valk en Buurthuis Het Anker, dan wel van de bingo, haar kerstcadeautjes of de pannetjes eten die ze aan huis brengt.
“Sonja is een engel,” zegt Netty van den Einde (75), die elke woensdagmiddag aanschuift in Het Anker, waar Hendriksma kookt voor ouderen. Ze heeft net een bord boerenkool op. Hendriksma heeft daar gisteravond nog een paar kilo aardappelen voor geschild. “Sinds ik weduwe ben, komt Sonja vaak een pannetje eten brengen. Ze nodigde me ook uit om op woensdag naar Het Anker te komen. Ik ben blij dat ik dat heb gedaan, want het is er gezellig en ik leerde nieuwe mensen kennen. Het betekent veel voor me omdat het voelt als een soort familie.”
Hendriksma begon tien jaar geleden met koken voor ouderen in Buurtkamer Helio-troop. Ze werkte jarenlang in de catering, dus dat lag haar wel. “Toen corona uitbrak, ben ik thuis maaltijden gaan maken. Die bracht ik aan huis. Eerst deed ik dat voor vijftien mensen, maar langzamerhand werden het er steeds meer. Ouderen die eerder de buurtkamer bezochten, kwamen nu bij me aan de deur: ‘Son, we missen je hachee.’ Of: ‘Heb je nog een pannetje extra soep?’ Op een gegeven moment stond ik voor veertig man te koken en werd mijn keuken te klein. Ik doe het nu samen met vier collega-koks in jongerencentrum De Valk. We bezorgen de maaltijden bij mensen thuis.”
Ria Bezuijen (68), vaste bezoeker van de seniorenmiddagen, helpt Hendriksma inmiddels ook met bezorgen. “Dat doe ik met mijn scootmobiel. Leuk werk, omdat ik daardoor ook weer andere mensen ontmoet. Zelf help ik ook weleens buren, maar bij lange na niet zoveel als Sonja. Ze is altijd bezig en écht een duizendpoot.”
‘Waar haalt ze de energie vandaan?’ verzucht haar 86-jarige buurvrouw weleens als ze Hendriksma weer met dozen vol voorbij ziet draven. “Loopt ze op speciale Duracellbatterijen of zo?”
Hendriksma doet het met plezier. “Ik merk dat mensen steeds meer betrokken raken bij de buurt. Zoals een man van tachtig die samen met zijn vrouw in een driewieler maaltijden bezorgt. Hij kwam voorheen niet meer buiten, maar nu wel. Inmiddels kent hij veel mensen. We houden elkaar ook goed in de gaten. Bij afwezigheid hangen we het tasje met eten aan de deur en maken we een extra rondje om te kijken of het al weg is. Als dat een dag later niet zo is, gaan we uitzoeken wat er aan de hand is en familie of kennissen bellen. Het is belangrijk om naar elkaar om te kijken en zorgzaam te zijn.”
Netty van den Einde heeft dat al meermaals ondervonden. Ze herinnert zich nog goed de verrassing die Hendriksma voor haar regelde. “Ik ben al vanaf mijn twaalfde fan van Elvis Presley. Op een dag stond er een zanger bij me voor de deur. ‘That’s all right, Netty,’ zong hij. Ik schoot vol, zo mooi vond ik het. Nu ik het vertel ben ik weer ontroerd. Kijk, zoiets voor een ander doen: dát is nou Sonja.”
Aziyme Akgun (43), Nieuw-West
‘Ik word gelukkig van mensen helpen en bij elkaar brengen; daar kan niets tegenop’
In Nieuw-West kan niemand om Aziyme Akgun (43) heen. Haar telefoon piept voortdurend. Altijd is er wel iemand in de groepsapp die haar nodig heeft. “Laatst vroeg een moeder om spullen voor een kinderkamer. Tegelijkertijd kreeg ik van een andere buurtbewoner een hele inboedel aangeboden. Die twee koppel ik dan aan elkaar en zo maak ik ze allebei blij.”
Akgun studeerde marketing en werkte tien jaar bij een bank, totdat ze haar leven een andere wending gaf. “Ik ging me meer verdiepen in mijn religie en wilde graag iets betekenen voor de maatschappij. Naast mijn werk organiseerde ik al veel benefieten, bijvoorbeeld voor Syrische vluchtelingen, maar ik wilde meer. Ik besloot mijn baan op te zeggen en me toe te leggen op maatschappelijke projecten en vrijwilligerswerk.”
Ze richtte stichting ProductieLab op, waarmee ze initiatieven opzet rondom thema’s als huiselijk geweld, armoede, mantelzorg en opvoeding.
Mukaddes Dilek (44) zag Akgun drie jaar geleden voor het eerst, toen ze als vrijwilliger kookte voor daklozen. “Ik dacht: wat gaaf wat zij doet! Later hebben we samen vrijwilligerswerk gedaan. Ze doet alles met zoveel passie. Ook heeft ze veel geduld met mensen, iets wat ik zelf nog weleens lastig vind. In de buurt staat ze bekend als iemand die altijd bereid is te helpen. In eerste instantie lijkt ze nuchter en wat afstandelijk, maar ze heeft heel veel liefde in zich.”
Veel buurtbewoners uit Nieuw-West kennen Akgun van de evenementen en inzamelingsacties die ze organiseert. Zo bedacht ze de Ramadan Minimarkt en de pop-up-weggeefwinkel. Akgun: “Mensen kunnen tijdens de ramadan boodschappen doneren aan de Ramadan Minimarkt. Buurtbewoners die het hard nodig hebben, kunnen de producten daar ophalen. Een soortgelijk initiatief is de weggeefwinkel waar je je mooie, nog bruikbare spullen kunt inleveren. Wie weinig te besteden heeft, kan er gratis iets ophalen.”
Vaak appen mensen haar met vragen of problemen. Als magneten trekken ze naar haar toe, vertelt ze. ‘Ik heb ruzie met de buurman’, ‘Mijn man is ervandoor’, ‘Mijn kinderen luisteren niet’, ‘Mijn vader heeft alzheimer.’
“Daardoor heb ik met veel buurtbewoners een band gekregen. Ik ben geen psycholoog of maatschappelijk werker, maar ik kan ze wel doorverwijzen naar de juiste instantie. Het mooie van een groot netwerk is dat je altijd iemand kunt vinden die kan helpen.”
En al is ze soms zelfs ’s nachts nog bezig, moe wordt Akgun er niet van. “Het is mijn brandstof en geeft me juist energie. Ik word gelukkig van mensen helpen en bij elkaar brengen; daar kan niets tegenop.”
Harry Brok (71), Osdorp en Geuzenveld
‘Na het overlijden van mijn vrouw belandde ik op straat, nu wil ik zelf mensen helpen’
Harry Brok (71) sjouwt af en aan met kratten met groente en fruit bij De Plint Geuzenveld, een locatie van De Groene Kans. Brok is vrijwilliger bij dit initiatief om het verspillen van eten tegen te gaan en buurtbewoners met elkaar te verbinden. “Mensen kunnen hier gratis groente, fruit en brood krijgen. Ik ga met de auto langs winkels en tuinderijen om overgebleven producten op te halen.”
Verschillende buurtbewoners hebben zich verzameld rond een tafel met koffie en lekkernijen. “Harry, niet te zwaar tillen, je bent al 71!” roepen ze tegen hem. Maar Brok heeft jarenlang als cargadoor in de Amsterdamse haven gewerkt en is wel wat gewend. “Dat sjouwen houdt me jong,” lacht hij.
Ooit heeft hij moeilijke tijden gekend. “Na het overlijden van mijn vrouw belandde ik op straat. Dankzij De Regenboog Groep heb ik mijn leven nu weer op de rails. Het heeft me veranderd. Vroeger kon ik de mensen in elke hoek wel schieten en ergerde ik me aan ze. Nu ben ik milder geworden en wil ik ze juist graag helpen, met ze in contact komen.”
Maaike van der Linden (40) oprichter van De Groene Kans, kent Brok goed. “Harry is vrijwilliger bij De Groene Kans in Osdorp en Geuzenveld. Hij is heel sociaal, maakt met iedereen een praatje en weet mensen met elkaar te verbinden. Niet alleen hier, maar in de hele buurt. Zo ruimde hij de woning op van een goede kennis die overleed. Hij deed dat uit respect, om haar een waardig einde te geven. Een buurvrouw die een ongeluk had gehad, hielp hij door boodschappen voor haar te doen en de hond uit te laten.”
Ook Fatima (28) krijgt af en toe hulp van Brok. “Harry is een hartstikke lieve man. Hij gaat soms met me mee naar het Centraal Station om te helpen met flessen zoeken. Die verzamel ik voor het statiegeld. Ik spaar voor een bakfiets, dus alles is welkom. Binnenkort gaan we samen met de trein naar Schiphol om daar winkels te bekijken. Ik ben nog nooit alleen met de trein geweest. Hij wil wel mee om te laten zien hoe dat gaat.”
Peter van Maaren (65), Diamantbuurt
‘Op een dag ben ik de moskee binnengelopen om met verschillende vaders te praten’
Het huisnummer is nauwelijks te onderscheiden tussen het weelderige groen dat opklimt tegen de gevel aan de Saffierstraat. Buurtbewoners hebben dat nummer ook niet nodig. Blindelings weten ze dat daar Peter van Maaren (65) woont. Met mooi weer zit hij buiten voor zijn huis en nodigen de twee lege stoeltjes naast hem uit om bij hem te gaan zitten.
Van Maaren is een opvallende verschijning met zijn grijze baard en snor, voorzien van sierlijke krullen aan de uiteinden. Maar meer nog kennen ze hem omdat hij iedereen een helpende hand biedt, vertier in de buurt brengt, mensen met elkaar verbindt.
Niet voor niets prijkt een paar honderd meter verderop zijn portret, tussen dat van andere bevlogen buurtvrijwilligers op de bakstenen muur van het Badhuis aan het Smaragdplein. Van Maaren, die jarenlang leraar op een deeltijdopleiding voor detailhandel was, staat in de buurt bekend als ‘sleutelfiguur’, ‘bruggenbouwer, ‘burgemeester’ of ‘conciërge’. Het plantsoentje voor zijn huis is zelfs naar hem vernoemd.
Dat is weleens anders geweest. Toen hij 27 jaar geleden in de Diamantbuurt kwam wonen, had hij het als witte homoseksuele man moeilijk. Drie jaar lang werd hij getreiterd en uitgescholden. “Zowel in het onderwijs als in deze buurt hadden Marokkaanse jongeren al gauw in de gaten dat ik homoseksueel was. Nadat in 2004 mijn boek Mijn meester is homo uitkwam, was het algemeen bekend. Ze scholden me uit en bedreigden me. Het deerde me niet. Nooit liep ik voor ze weg. Ik wilde juist met ze in gesprek blijven. Op een dag ben ik de moskee binnengelopen en heb ik daar met verschillende vaders gepraat. Daarna veranderde het. Ze accepteren me en gaven na velen jaren toe dat ze het erg vonden wat ze deden.”
Buurman Vahap Turkmen (70) kent Van Maaren al 23 jaar. Aanvankelijk aarzelde hij. “Zo gaat dat als je iemand niet zo goed kent. Maar ik merkte al gauw dat Peter aardig was en niet discrimineerde. Hij staat voor iedereen open en biedt zijn hulp aan. We komen samen op het pleintje of op het terrasje voor zijn deur. Dankzij hem zeggen de buren elkaar nu gedag op straat. Hij brengt ze bijeen.”
Imane (40) beaamt dat. “Ik ken Peter via mijn broer, die bij hem in de klas zat. Hij is een leuke buurman. Hij helpt bijna de hele Saffierstraat, bijvoorbeeld met klusjes. Rond oud en nieuw brengt hij oliebollen rond bij ouderen. Hij bedacht ook de geveltuinenburendag, waarbij alle tuintjes worden gesnoeid en opgeknapt. Op straat en in de moskee spreekt hij jongeren aan, vraagt hoe het met ze gaat, waar ze mee bezig zijn. Hij is er voor iedereen.”
Een jaar of vijftien geleden haalde Van Maaren een deur uit zijn huis en bouwde daar met een paar schragen een tafel van. “Diezelfde avond kwamen er vijfentwintig mensen eten. Sindsdien organiseren Vahap en ik elk jaar een buurtbarbecue: halal, haram en vegetarisch. Iedereen neemt zelf hapjes mee,” vertelt Van Maaren.
Turkmen: “Peter maakt echt wat van de buurt. We noemen hem de conciërge.”
Imane zette dit jaar samen met Van Maaren de iftar op touw, de maaltijd die gedurende de vastenmaand ramadan door moslims direct na zonsondergang gegeten wordt. “Daar betrok hij ook autochtone buren bij. Ze maakten kennis met Marokkaanse en Turkse gerechten. Peter vertelde ze over de islam en haalde vooroordelen weg.”
Van Maaren doet het omdat hij het mooi vindt om mensen bij elkaar te brengen. “Als leraar wilde ik er graag voor zorgen dat jongeren het leuk vonden om naar school te gaan. In de Diamantbuurt wil ik dat mensen blij zijn om hier te wonen.”
Luister ook de Paroolpodcast Amsterdam wereldstad