Wat bezielt een mens om zichzelf te pijnigen voor een uitputtingsslag als de Ironman? Verslaggever Thomas Sijtsma (33) ging de uitdaging aan: hij zette alles opzij voor deze ‘echte’ triatlon, op zondag 30 juni in Frankfurt.
22 september 2018
Ik: ‘Jacob! Ik doe het. Kom maar op met die schema’s.’
Trainer: ‘Best.’
Ik: ‘Ik heb er zelfs zin in.’
Trainer: ‘Bezint eer ge begint, Sijtsma.’
Met deze mededeling heb ik ja gezegd tegen de uitdaging van een Ironman, een hele triatlon. Ik heb ja gezegd tegen pijn lijden. Ik heb ja gezegd tegen negen maanden trainen. Ik heb ja gezegd tegen 3,8 kilometer zwemmen, 187 kilometer fietsen en 42,2 kilometer hardlopen op 30 juni 2019 in Frankfurt.
Dat kan ik niet alleen en daarom heb ik de hulp ingeroepen van Jacob Veenstra. Jacob begeleidt triatleten met trainingsschema’s en geeft ze tips over onder andere voeding en materiaal. Hij heeft zelf al veertien van deze Ironmans volbracht en zal dus weten waar hij over oreert. De komende negen maanden ontfermt hij zich over mij als sporter.
Mijn ambitie om een Ironman te finishen kwam niet uit de lucht vallen. Op 16 juni 2013 werd ik als stagiair van Het Parool naar een korte triatlon in Nieuw-West gestuurd. Het artikel dat ik schreef (‘De familie moet een triatleet maar dulden’) was minder overtuigend dan de daadkracht die het mij opleverde: ik moest en zou journalist én triatleet worden. Zes jaar later moet die daadkracht worden bekroond met de ultieme sportuitdaging.
15 oktober
Ik: ‘Ben je nog tevreden over je pupil?’
Trainer: ‘Lekker blijven rollen, Thomas. Dan ben ik voorlopig tevreden. En heel blijven.’
Twee weken train ik inmiddels onder de hoede van Jacob. Ons contact bestaat voornamelijk uit korte chatberichten. Jacob is geen beller. Via de app Trainingspeaks krijg ik wekelijks het schema. Meestal is het drie keer zwemmen, drie keer hardlopen, twee keer fietsen en een keer sportschool.
Jacob bepaalt hoe vaak ik sport, wanneer ik sport en met welke intensiteit ik sport. Na elke training vul ik voor hem in de app in hoe zwaar ik het vond zodat hij in de volgende week trainingen kan afstemmen op mijn lichamelijke gesteldheid. Ik betaal Jacob om mijn leven te bepalen. Voorheen zwom, fietste en liep ik in mijn vrije tijd, nu zijn werk en sociale activiteiten hinderlijke onderbrekingen voor mijn trainingssessies. Zo moet ongeveer het leven van een topsporter zijn.
12 december
Ik: ‘Zit als gegoten. Veel te mooi.’
Trainer: ‘Eigenlijk te knap voor jou.’
Een Ironman vraagt niet alleen fysieke en mentale toewijding, ook financieel moeten er offers worden gebracht. Die offers zijn van dusdanige proporties dat uitstappen geen optie is. De grootste aankoop is de tijdritfiets van 2700 euro, met daarbij nog een set wielen voor 500 euro. Veel mensen zouden een Ironman nog niet doen als er een miljoen euro voor ze klaarlag op de finish, ik heb aan inschrijfgeld ongeveer 800 euro overgemaakt.
Daar is het niet bij gebleven. Andere flinke uitgaven in het afgelopen halfjaar: een wetsuit (420 euro), een sporthorloge (500 euro), een ‘bikefitting’ (meting van mijn ideale positie op de fiets, 170 euro), twee paar schoenen (300 euro), een trainer (50 euro per maand) en twee trainingskampen in het buitenland (700 euro). Dan laat ik het entreegeld, 3,75 euro per keer, voor de talloze bezoeken aan het zwembad nog buiten beschouwing. Niet alle aankopen zijn een must voor de triatleet, maar ze helpen wel het moraal hoog te houden en scheppen een verplichting voor een strakke eindtijd.
23 januari 2019
Ik: ‘24 februari tot 2 maart ben ik een weekje fietsen/sporten op Mallorca als dat mag.’
Trainer: ‘Goed bezig. #Kleurenschema.’
De impulsiviteit in mijn dagelijks leven is na drie maanden trainen bij Jacob zo goed als verdwenen. Een weekendje weg of een langere vakantie leg ik eerst aan hem voor. Na goedkeuring volgt een trainingsschema voor de dagen in het buitenland.
Steeds meer mensen in mijn omgeving hebben intussen lucht gekregen van mijn plannen. Meestal volgt de vraag: “Waarom in godsnaam?” De antwoorden die ik geef verschillen. De ene keer zeg ik dat er drie sportevenementen zijn die ik wil volbrengen in mijn leven: de marathon, de Ironman en de Elfstedentocht. Dat antwoord is te makkelijk. Tegen een ander roep ik dat bij mij het talent ontbreekt om topsporter te worden, maar dat ik het gevoel van het uiterste uit jezelf halen wil imiteren.
Het meest in de buurt komt de verklaring dat ik na een ongedisciplineerd studentenleven wil tonen dat er heus doorzettingsvermogen en wilskracht in mijn lijf zitten. Daar komt mijn eeuwige bewijsdrang nog bovenop. Gecombineerd met een klein beetje ijdelheid wellicht. Bovendien heb ik ergens in een interview met een triatleet gelezen dat na het volbrengen van een Ironman het gelegitimeerd is om een leven lang op te scheppen. Dat zie ik wel zitten.
6 april
Ik: ‘Bedankt!’
Jacob: ‘♥’
De negen maanden aanloop naar de Ironman klinken als een lange lijdensweg. Altijd maar zwemmen, fietsen en lopen. Ik kan u vertellen: dat is het niet. Ik ben dan wel een paar keer voor dag en dauw opgestaan om te trainen en heb regelmatig fietstochten ondernomen door de ijzige vrieskou, het afzien wanneer anderen op de bank liggen geeft ook een enorm voldaan gevoel. Door alle trainingen voel je per week de kracht en fitheid toenemen. Door die fitheid ben je tot veel in staat. Op de fiets heb ik het IJsselmeer op een dag gerond (290 kilometer) en ik heb een halve marathon door de Ardennennacht gelopen.
Waarom wordt Alpe d’Huez alleen beklommen voor een goed doel? Of waarom wordt met een inzamelingsactie een reden gezocht om een marathon te lopen? Het is toch al waanzinnig mooi om de uitdaging voor jezelf aan te gaan? Op 6 april liep ik een persoonlijk record op de tien kilometer. De trainingen betalen zich blijkbaar uit. Zo passeren in de maanden tot de grootste sportuitdaging uit mijn leven verschillende succesmomenten. Elke verbetering smaakt naar meer. Elke keer is het een flinke stimulans. De methode van Jacob werkt.
30 mei
Ik: ‘Slijmbeursontsteking.’
Trainer: ‘Au. Hoe dan?’
Ik: ‘Denk te veel achter bureau zitten. Wel idioot pijnlijk. Kan er vrijwel niks mee. Hardlopen een beetje, maar doet ook pijn.’
Trainer: ‘Mooi kloten. Wat zijn de prognoses? Beter even niet forceren. Je wint er niks mee.’
De weerstand is niet meer wat het geweest is. In de laatste maanden van de voorbereiding word ik twee keer flink ziek en krijg ik een slijmbeursvliesontsteking in mijn elleboog. Die is heftig, zelfs hardlopen is door de pijn in het gewricht drie dagen ondraaglijk. Het is het zoveelste teken dat ik tegen mijn grenzen aanhik. Intussen nemen de kopzorgen toe over de gemiste trainingen.
Ik train hard-harder-hardst. Soms te hard, tot groot ongenoegen van Jacob, die dat in niet mis te verstane bewoordingen laat weten. Ik moet meer mijn kop gebruiken. Soms zijn meer rust en betere voeding nodig. Het eten is niet alleen tijdens de wedstrijd een puzzel, ook in de aanloop is het een vraagstuk. Vooral in de weekenden wanneer Jacob me meerdere keren per dag laat sporten. Tegen de calorieverslindende trainingsdagen kan ik eettechnisch niet op. En dus val ik af.
23 juni
Ik: ‘37 graden zondag. Hoe ga ik die hitte te lijf?’
Trainer: ‘Er gaan mensen in elkaar donderen. Zorg dat jij het niet bent.’
De laatste weken kruipt de twijfel in het hoofd. Kan ik het wel? Heb ik genoeg getraind? Heb ik het ergens laten liggen? Had ik meer rust moeten nemen? Minder moeten werken? Het weerbericht voorspelt ook nog eens een temperatuur rond de 35 graden op de wedstrijddag. Zwemmend is dat geen probleem, fietsend ook niet, maar afsluiten met een marathon in tropische omstandigheden kan gevaarlijk zijn.
Trainer Jacob pareert alle onzekerheden en komt met een heus hittebestrijdingsplan. Is het verstandig? Nee. Is het mogelijk? Ja, met de nodige voorzorgsmaatregelen. Het stelt me gerust. Hij drukt mij op het hart dat ik het voor elkaar ga krijgen.
En dan volgen, na een halve dag sporten, de vier woorden: ‘You are an Ironman.’ Daarna ga ik er vijftig jaar over opscheppen.
Hoe vergaat het Thomas Sijtsma in Frankfurt op zondag 30 juni? U leest het maandag 1 juli in Het Parool.
Op weg naar Ironman
Aantal weken schema: 38
Aantal keer gesport: 314 (gemiddeld ruim acht keer per week)
Totaal aantal uur: 432
Per sport
Zwemmen: 90 keer (80 uur)
Fietsen: 83 keer (203 uur)
Hardlopen: 117 keer (122 uur)
Sportschool: 24 keer (27 uur)