Plus
Zo gaat het gigantische metrostation De Pijp eruit zien
Station De Pijp, het diepste metrostation van Amsterdam, is zo goed als klaar. Bouwers leggen de laatste hand aan het interieur.
De Pijp is veruit het spannendste deel van de Amsterdamse metrobouw geweest. Daar staan de tijdens revolutiebouw uit de grond gestampte fragiele huizen. Experts waren er dan ook niet helemaal zeker van dat die oude woningen allemaal de metro-aanleg zouden overleven. Maar dat viel nog reuze mee.
Intussen is het metrostation De Pijp in de Ferdinand Bolstraat bijna klaar. Jan Benthem van Benthem Crouwel Architects gunt Het Parool graag een kijkje tot aan het diepste punt van de metro.
De sporen konden door de smalle straat niet naast elkaar liggen. Daarom werden er twee perrons boven elkaar gebouwd, waarvan de onderste op 26,5 meter diep ligt. De Pijp is daarmee ook het diepste station van Nederland.
Onder de huizen
"En dit is de enige plek waar de Noord/Zuidlijn ook echt onder de huizen doorgaat," zegt Benthem, terwijl hij naar de noordzijde van de Albert Cuypmarkt wijst. "Dat was ook een experiment." Alle Amsterdamse metrostations zijn in dezelfde stijl gebouwd, met zeer bescheiden gekleurde glasplaten en een grijze vloer, te zien als een voortzetting van het trottoir, waarbij vooral de kunstwerken het de verschillen tussen de stations benadrukken. In De Pijp is voor kunstenares Amalia Pica een hoofdrol weggelegd.
Benthem heeft met zijn team de stations getekend, maar is toch ook zelf nog onder de indruk als hij er doorheen loopt. "Het is gebouwd als verlengstuk van de openbare ruimte," zegt hij. Mensen lopen vanaf de straat ongehinderd, zonder deuren door te moeten, de hal door. Zelfs de verlichting sluit aan op de sfeer van de lampen buiten. Mensen moeten daardoor het gevoel krijgen dat de metro van hen is.
"Dit station in De Pijp is ook nog veel groter dan ik dacht," zegt Benthem. "Dit zijn grote stadstations. Bij het ontwerp heb je het station in je hoofd zitten. Je kunt er bewijze van spreken doorheen lopen. De kunst is om het beeld dat je hebt ook precies in de juiste schaal in gedachten te hebben. Maar dit station is toch echt tien tot vijftien procent groter dan ik gedacht had. En, je kunt je al helemaal niet voorstellen dat je hier direct onder de Ferdinand Bolstraat staat."
De bouwers hebben er een kleine tien jaar over gedaan om het station te maken. Benthem vindt dat niet eens zo gek lang, als men zich bedenkt hoe ingewikkeld dit is. Als de bouw nou niet was vertraagd door de twee lekkages aan de diepwanden van station Vijzelgracht in 2008, waarbij monumentale wevershuisjes verzakten, dan had De Pijp veel sneller klaar gemoeten. Dat had ook wel gekund, zegt Benthem, maar dat had nog meer improviseerkunst van zijn organisatie gevergd.
De filosofie van de aanpak van de metrostations was, zegt Benthem, niet anders dan die van de NS-stations die met hulp van de architect zijn verbouwd; die van Amsterdam, Rotterdam, De Haag en Utrecht. Uitgangspunt was steeds dat de stations publiek domein zouden worden, wat voor de geprivatiseerde spoorbedrijven een revolutie was.
Voor de metro geldt hetzelfde. En: weinig reclame, waardoor de heldere stijl van de door bureau Mijksenaar gemaakte bewegwijzering - de borden, de pijlen, de pictogrammen - extra accent krijgt.
Benthem is er blij mee. "Het mooie is ook dat we bij de treinstations al zien dat het werkt. Nergens zit graffiti. In Rotterdam! Dat is echt onvoorstelbaar."
"Dit station in De Pijp is ook nog veel groter dan ik dacht," zegt Benthem. "Dit zijn grote stadstations. Bij het ontwerp heb je het station in je hoofd zitten. Je kunt er bewijze van spreken doorheen lopen. De kunst is om het beeld dat je hebt ook precies in de juiste schaal in gedachten te hebben. Maar dit station is toch echt tien tot vijftien procent groter dan ik gedacht had. En, je kunt je al helemaal niet voorstellen dat je hier direct onder de Ferdinand Bolstraat staat."
De bouwers hebben er een kleine tien jaar over gedaan om het station te maken. Benthem vindt dat niet eens zo gek lang, als men zich bedenkt hoe ingewikkeld dit is. Als de bouw nou niet was vertraagd door de twee lekkages aan de diepwanden van station Vijzelgracht in 2008, waarbij monumentale wevershuisjes verzakten, dan had De Pijp veel sneller klaar gemoeten. Dat had ook wel gekund, zegt Benthem, maar dat had nog meer improviseerkunst van zijn organisatie gevergd.
De filosofie van de aanpak van de metrostations was, zegt Benthem, niet anders dan die van de NS-stations die met hulp van de architect zijn verbouwd; die van Amsterdam, Rotterdam, De Haag en Utrecht. Uitgangspunt was steeds dat de stations publiek domein zouden worden, wat voor de geprivatiseerde spoorbedrijven een revolutie was.
Voor de metro geldt hetzelfde. En: weinig reclame, waardoor de heldere stijl van de door bureau Mijksenaar gemaakte bewegwijzering - de borden, de pijlen, de pictogrammen - extra accent krijgt.
Benthem is er blij mee. "Het mooie is ook dat we bij de treinstations al zien dat het werkt. Nergens zit graffiti. In Rotterdam! Dat is echt onvoorstelbaar."
Lees ook: Woningen zweven boven de ingang metrostation De Pijp