PlusExpositie
Wisselend en sfeerbepalend: kleur maakt alle verschil
In de tentoonstellingsruimte van Arti et Amicitiae is een omarming van kleuren te zien. Botsend, wisselend en sfeerbepalend: Kleur maakt alle verschil.
Er ligt een loper in de tentoonstellingsruimte van Arti et Amicitiae, zo’n twaalf meter lang. Geen traditioneel rode maar een lappendeken van hard botsende kleuren. Aan de uiteinden plaatste Fransje Killaars knielende mannequins, gehuld in een witte en een zwarte mantel. Zij zijn de Alfa en Omega van een spectrum.
Het titelloze werk van Killaars is letterlijk en figuurlijk de spil van We Wonder Where The White Went. De tentoonstelling gaat over kleur en de verschillende manieren waarop kunstenaars ermee omgaan. Dat is een dun, rood draadje voor een heel breed onderwerp, maar het biedt net genoeg houvast voor een tochtje langs een dozijn heel verschillende oeuvres.
We Wonder Where The White Went
Fransje Killaars, Erik Mattijssen e.a.
Waar Arti et Amicitiae, Rokin 112
Te zien t/m 26 mei
Erik Mattijssen is een blijmoedig omarmer van kleur. Zijn slaapkamer met bed, kast, potjes, lege vogelkooi en vingerplant is een excuus om eens lekker uit te pakken met uitgesproken tinten en stevige contrasten. In het nachtkastje staan kunstboeken met de namen van historische grootheden op de rug. De vergelijking met Matisse dringt zich op en Mattijssen heeft de titel Twelve Scissors ongetwijfeld ook bedoeld als verwijzing naar de colorist, die aan het einde van zijn leven papieren knipsels maakte. Gekleurd papier komt bij Mattijssen terug in de vorm van monochrome vellen papier die los op de gouache zijn aangebracht en lijken op kleurreferenties aan de randen van drukwerk. Een zelfbewuste en hedendaagse toevoeging.
Bij Gé-Karel van der Sterren openen kleuren de deur naar een ander bewustzijn. Een rivier wordt bij hem een hallucinante lavastroom. Uit een kinderbox stijgt een groene, giftig ogende damp op, alsof we getuige zijn van de spontane zelfontbranding van een kleuter. Daar tegenover staat de esthetische benadering van Harry Markusse en Marianne Roodenburg, die hun geometrische voorstellingen met kleur net wat warmer, menselijker maken.
Naast die schilderkunstige omgang met kleur – erg bedoeld voor de ogen – doet het sculptuur van Ad de Jong bijzonder lichamelijk aan. Het kleurpigment in de half doorzichtige epoxyhars glimt en dooft als je er omheen loopt.
In het laatste zaaltje is Camera Obscura van Jan Theun van Rees te zien. Meerdere dia’s worden over elkaar heen geprojecteerd. Telkens een muur, wat losse stenen en een raam, maar afhankelijk van het kleurfilter dat er overheen schuift, wisselen sfeer en uitstraling: van historiserend tot horror. Kleur maakt alle verschil.