Thaise premier moet aftreden na veroordeling machtsmisbruik
De Thaise premier Yingluck Shinawatra heeft zich schuldig gemaakt aan machtsmisbruik en moet aftreden. Dat heeft het constitutioneel hof in het Aziatische land vandaag bepaald. Thailand krijgt een interim-regering die de verkiezingen van 20 juli gaat voorbereiden. De regering komt onder leiding te staan van premier Niwatthamrong Boonsongpaisan, die nu minister is.
De zakenvrouw Yingluck Shinawatra volgde haar populaire broer Thaksin in 2011 op nadat de ex-premier, die in het buitenland verblijft, tot een gevangenisstraf was veroordeeld wegens corruptie.
Yinglucks regeerperiode bracht Thailand na hevige straatprotesten relatieve stabiliteit terug. Eind vorig jaar laaide de onrust weer even op. Critici verweten haar dat haar broer in feite de regering controleert.
Bedrijfsleven
Yingluck heeft twee universitaire diploma's in politicologie, maar had voor 2011 nooit een openbaar ambt bekleed. Zij maakte carrière in het bedrijfsleven, 20 jaar op leidinggevende functies. Zo was zij directeur van AIS, het telecombedrijf dat haar broer heeft opgericht.
Thaksins machtsbasis zijn de arme kiezers op het platteland. Dat electoraat bleef Yingluck aan zich binden. Daarnaast verbeterde zij de relaties met het koninklijk paleis en het leger. Thaksin leefde nog erg op gespannen voet met de traditionele elites van Bangkok.
Gedwongen aftreden
Het hof besliste dat negen ministers die betrokken waren bij de schending van de grondwet in 2011, ook moeten vertrekken. De overigen mogen aanblijven. Het is de derde keer dat een rechtbank in Thailand een premier tot aftreden dwingt. In 2008 moesten de premiers Samak Sundaravej en Somchai Wongsawat, die beiden tot de aanhangers van Thaksin Shinawatra behoorden, het veld ruimen.
De opvolger van Yingluck Shinawatra, vicepremier en minister van handel Niwatthamrong Boonsongpaisan, is aangewezen door het demissionaire Thaise kabinet. Normaliter is dat een zaak van de Thaise Tweede Kamer, maar die is in december ontbonden. De verkiezingen van februari zijn ongeldig verklaard, omdat mensen in tientallen gemeenten waren tegengehouden bij hun registratie als kiesgerechtigde. Daardoor is er nog geen nieuwe Kamer geïnstalleerd. Shinawatra had voor 20 juli nieuwe verkiezingen uitgeschreven.