Aanslag Berlijn
Nabestaanden Duitse terreurslachtoffers willen nationale herdenkingsdag
Drie jaar na de dodelijke aanslag op een kerstmarkt in Berlijn heeft een woordvoerster van de slachtoffers en nabestaanden aangedrongen op een nationale herdenkingsdag.
Op 19 december 2016 reed een vrachtwagen in op het publiek van de markt. Elf mensen kwamen om en meer dan 50 raakten gewond. De dader sloeg op de vlucht en werd enkele dagen later gedood door de Italiaanse politie.
De vrachtwagen met Poolse nummerplaat reed met 20 km per uur over het voetpad, over een afstand van 50 tot 80 meter, tussen de stalletjes door, en maaide tientallen mensen omver. Het gevaarte kwam tot stilstand in de Budapester Strasse.
In de cabine van de vrachtwagen werd het lijk aangetroffen van een man, naar later bleek de oorspronkelijke Poolse chauffeur. Hij was door aanslagpleger vermoord.
Doodgeschoten in Milaan
De dader van de aanslag, de Tunesiër Anis Amri, sloeg na de aanslag op de vlucht en werd vier dagen later bij een routinecontrole doodgeschoten door agenten in het Italiaanse Milaan.
Astrid Passin, die bij de aanslag in Berlijn haar vader verloor, kondigde aan dat ze in de loop van volgend jaar een organisatie in het leven roept die alle Duitse terreurslachtoffers in binnen- en buitenland moet verenigen. “Het eerste doel is een nationale herdenkingsdag te organiseren voor alle slachtoffers, want dat bestaat op dit ogenblik niet,” zei ze tegen de Duitse pers.
Donderdag, exact drie jaar later, vindt een herdenking plaats aan de Breitscheidplatz.