Jules Tielens
DE VERKIEZING VAN DE AMSTERDAMMER VAN HET JAAR
Jules Tielens (Maastricht, 1960) is psychiater en rockgitarist. Hij hielp twaalf jaar dak- en thuislozen met een psychose; niet door hen plat te spuiten, maar door hen plat te spelen. Dit jaar opende hij een Centrum voor Psychose.
Rocktherapie van de psychiater
Het laatste dat je dus moet doen is op een mens met een psychose toestappen en zeggen: 'Ik kom je helpen.' Want iemand met een psychose vindt zichzelf niet ziek, integendeel, alleen gelooft geen mens hem, en dat is om gek van te worden. Hij zal antwoorden: 'Een psychiater is de laatste die ik nodig heb. De politie moet me helpen of de koningin moet ingrijpen.'
Jules Tielens heeft twaalf jaar de verwarde medemens opgezocht, in vervuilde huizen, pensions, op straat. Zo krijg je vanzelf de geuzentitel 'straatpsychiater'.
Dus Tielens zal niet aan een man in de war op een bankje vragen: 'Wat is je hulpvraag?' Tielens: 'Dan zegt die man: 'Dat jullie opflikkeren, dát is mijn hulpvraag.' Je hebt een speciale tactiek nodig. Je moet verleiden tot zorg.'
Precies daar schreef Tielens een boek over, Bemoeizorg. Eerst vertrouwen winnen, een band opbouwen. Zo help je mensen die niet geholpen willen worden. Het begint met nuttige hulp. Met schuldsanering, of het zoeken van een (betere) woning of een baan, en vooral met sociaal contact.
En wat daarbij altijd helpt: muziek.
In welk opvanghuis Tielens ook komt, altijd staat er wel ergens een gammele gitaar of loopt iemand in een T-shirt van de Ramones. Muziek is de beste ingang om tot contact te komen.
'Je kunt je huis verliezen, je baan, je relatie, maar muziek verlies je nooit. En als je eenmaal de gitaar van iemand hebt gestemd, praat hij later makkelijker met je over zijn problemen.'
Tien jaar geleden begon de gitarist-psychiater de classic-rockgroep The Electric Space Cowboys en het repertoire is niet kinderachtig - denk Jimi Hendrix, The Rolling Stones en veel Herman Brood.
Onder het motto 'Niet platspuiten, maar platspelen' gaan ze op tournee langs psychiatrische klinieken. Patiënten zijn van harte welkom mee te zingen, maar alleen als ze zich serieus voorbereiden. 'Het moet voor anderen ook prettig zijn.'
Rocktherapie noemt hij dat.
'Je moet deze mensen iets aanbieden op niveau. Ik ben anti-kleien en anti-macrameeën. Ze mogen dan gek zijn, achterlijk zijn ze niet.'
Tielens heeft het Rehabteam van Mentrum inmiddels verlaten en hij opende dit jaar een nieuwe polikliniek: Centrum voor Psychose, onderdeel van de zorginstelling MoleMann Mental Health.
Hij heeft een droom. 'Het moet een microsamenleving worden, een plek waar ze graag komen, een springplank terug naar de grote, boze wereld.'
In het centrum kunnen patiënten niet alleen terecht voor zorg, maar ook voor vrijetijdsbesteding, scholing, werk. Ze eten en sporten samen. Nuttig én aantrekkelijk. En het belangrijkste: ze breken uit hun isolement.
Maar voor wat hoort wat: van familieleden wordt een actieve rol verwacht. De ene ouder is handig met de waterpomptang, de ander is gespecialiseerd in het begeleiden naar een nieuwe baan. Schoonmaakwerk, administratie, koken: allemaal expertise die gedeeld gaat worden. 'Juist familieleden snappen het leed, en ze hebben een drive.'
Verder zal het centrum draaien op vrijwilligers. Een yogaleraar mag 's avonds eigen lessen geven in het gebouw, als hij overdag les geeft aan de patiënten. En zo gaat het ook met muzieklessen en sport. En uiteindelijk hopelijk ook met hulp van kleine bedrijven in de buurt, waar de patiënten werkervaring kunnen opdoen. Het liefst had Tielens een eigen muntsoort, zoals de Noppes.
Jules Tielens, idealist, gitarist, straatpsychiater, eeuwig jongetje: 'Mensen zeggen wel eens: 'Ben jij psychiater? Dat had ik niet achter je gezocht. Je doet zo normaal.' Dat is een groot compliment.' (Hans van der Beek)
Foto © Jan van Breda, janvanbreda.com
Je kunt je huis verliezen, je baan, je relatie, maar muziek verlies je nooit