Plus
Huurders Bernhardpanden: 'In angst dat je je huis uit moet'
De gemeente onderzoekt vermoedens van illegale verhuur aan te grote groepen door prins Bernhard en zijn zakenpartners. De huurders vrezen dat ze hun huis verliezen.
Ze bellen de laatste weken soms al om acht uur 's ochtends aan, de handhavers van de gemeente. De huurders houden zich stil, bang voor wat hun te wachten staat als ze de deur openen, maar uiteindelijk moeten ze de ambtenaren toch binnen laten om inzicht te geven in de manier waarop ze hun kamers huren. En die klopt niet.
Ze wonen met meer dan twee personen in een huis, soms zelfs met groepen van zes of zeven, en daarvoor moet de verhuurder een vergunning hebben. Maar de eigenaren hebben die vergunning niet aangevraagd.
Klachten
Het Parool sprak met meer dan tien huurders van diverse huizen die in het bezit zijn van prins Bernhard van Oranje-Nassau, Coen Groeneveld, Menno de Jong en Paul-Louis Mol.
Van Oranje, Groeneveld en De Jong zijn ook de eigenaren van de Amsterdamse projectontwikkelaar Pinnacle BV. Prins Bernhard, lid van de koninklijke familie, heeft privé en via bedrijven als Pinnacle 590 woningen, kantoren en winkels in bezit, waarvan 349 in Amsterdam.
De gemeente bevestigt dat onderzoek gaande is naar adressen van prins Bernhard, maar doet er tijdens het onderzoek het zwijgen toe. Bij Meldpunt Ongewenst Verhuurgedrag zijn ook klachten binnen gekomen over panden van de prins en zijn zakenpartners: verhuur aan te grote groepen en achterstallig onderhoud. Het steunpunt neemt de klachten serieus. "Ik zie dit als een manier om bewust regels te overtreden," zegt Gert Jan Bakker van het meldpunt.
Sleutelgeld
Vorige maand schreef deze krant al over huurders van Bernhard en zijn zakenpartners, die in te grote groepen in een woning zitten en sleutelgeld hebben betaald, hetgeen niet is toegestaan. Volgens Groeneveld was daar sprake van een tussenpersoon waar zij geen zaken mee doen.
Daarna meldden andere huurders zich die ook vertellen over misstanden in de woningen van Bernhard en zijn compagnons. Hier is geen sprake van een tussenpersoon, zij doen rechtstreeks zaken met het beheerkantoor en de pandeigenaren, zeggen ze. Ze laten contracten zien als bewijs: opgesteld door beheerkantoor Amsterdamse Maatschappij, dat de verhuur regelt voor Bernhard en consorten en ondertekend door 'C. Groeneveld c.s.'
De huurders willen niet met hun naam in de krant, daarvoor is hun positie te kwetsbaar; ze hebben huurcontracten voor een jaar en kunnen zo uit huis worden gezet. Wel geven ze inzage in hun huurcontracten en bankafschriften.
Vrezen voor consequenties
De huurders zijn boos. Zij dachten legaal in de woningen te zitten, maar vinden dat de eigenaar en de beheerder hen nu opzadelen met problemen die ontstaan omdat de regels niet worden gevolgd. De verhuurder is verantwoordelijk voor de vergunningen, niet zij. Nu de gemeente controleert, vrezen de huurders de consequenties.
Ze staan ook niet allemaal op het adres ingeschreven; per huis zijn er één of twee 'spookhuurders', die nog ingeschreven zijn op hun oude adres of bij hun ouders, zodat voor de gemeente onzichtbaar is dat er zoveel mensen wonen. Wel staat hun naam soms op het huurcontract, dus de beheermaatschappij en de eigenaren kunnen weten hoeveel studenten in de panden wonen.
Maar ook als huurders niet op het contract staan, weet de beheermaatschappij hoeveel bewoners in de huizen zitten, vertellen alle huurders stellig. "Ze zeiden dat ze het niet wilden weten en dat ze toch niet kwamen controleren."
Beheermaatschappij
Ook de huur, tussen de 2500 en 3000 euro per verdieping, lijkt erop te wijzen dat de beheermaatschappij weet dat de huurpenningen door een groep worden opgebracht. Eén of twee jonge huurders zouden voor een dergelijk huis niet snel zo'n bedrag op tafel kunnen of willen leggen. Uit een rondgang op Funda blijkt dat deze huren ver boven de marktprijs liggen.
Hoe zit dat dan met de eigenaren? Prins Bernhard en zijn compagnon Coen Groeneveld zeiden eerder tegen deze krant geen weet te hebben van misstanden. Zij zeiden de verhuur van hun panden in handen van een beheermaatschappij te hebben gegeven, met de opdracht volgens de regels te verhuren. Maar de huurders vragen zich af hoe dit is te rijmen met de naam van 'Groeneveld c.s.' op de huurcontracten.
Uit mailcorrespondentie, die de huurders deelden met deze krant, blijkt ook een directe betrokkenheid van Groeneveld bij het beheer van de panden. Hij beantwoordt persoonlijk mails over reparatieverzoeken van de huurders, die hij overigens consequent afwijst met een verwijzing naar het contract, waarin is opgenomen dat de huurder de staat van het huis accepteert, inclusief eventuele gebreken. Reparaties zijn voor kosten van de huurder.
Inventariseren
De eigenaren en de beheermaatschappij zijn inmiddels druk bezig met inventariseren hoeveel mensen op elk adres wonen, na 'gedoe in de media', blijkt uit telefoongesprekken met de huurders. En, zo laten ze weten, daarna zullen ze bekijken of ze een vergunning gaan aanvragen.
Wethouder Laurens Ivens wil niet op de zaak ingaan, maar laat - in algemene zin - wel weten dat verhuur aan meer dan twee personen zonder vergunning illegaal is. Verhuurders hebben tijd genoeg gehad om vergunningen te regelen, meent Ivens. Ook vóór 1 januari hadden verreweg de meeste verhuurders overigens al een vergunning nodig.
Boetes voor het niet hebben van een vergunning bedragen 6000 tot 18.000 euro. Volgens de regels moeten Bernhard van Oranje en Coen Groeneveld alsnog een vergunning aanvragen. Als ze niet voldoen aan de voorwaarden, moeten ze het aantal huurders terugbrengen naar maximaal twee. Dat zou volgens Ivens moeten gebeuren door vervangende woonruimte aan te bieden, maar de huurders van Bernhard en Groeneveld vrezen het ergste, met hun jaarcontracten. Voor je het weet, staan ze op straat.
Ook Wybren van Haga (VVD) over de schreef
In Amsterdamse huizen van Tweede Kamerlid Wybren van Haga wonen te veel huurders zonder vergunning. Van Haga heeft via zijn bv's meer dan 100 adressen in bezit, vooral in Amsterdam en Haarlem. Hij schat dat in zeven of acht ervan te veel huurders zitten, zonder dat hij daarvoor een vergunning heeft. Om de verhuur te legaliseren, probeert de VVD'er huurcontracten op te zeggen.
Reactie Coen Groeneveld, mede-eigenaar van de woningen
"We weten dat de gemeente onderzoek doet, dat hebben huurders ons gemeld. We hebben contact met de gemeente. We doen zelf ook een inventarisatie en onze eerste voorzichtige conclusie is dat op een paar adressen mogelijk meer mensen wonen dan is toegestaan. We gaan optreden, want we gaan het beleid van de gemeente volgen. Juristen bestuderen nu hoe we dat gaan doen. We willen alsnog vergunningen aanvragen."
Op de vraag waarom dat niet eerder is gedaan - een vergunning is immers al veel langer verplicht: "De regels zijn complex. Ook de gemeente geeft aan dat het allemaal ingewikkelder is dan we eerst dachten. We denken dat we een vergunning hadden gekregen als we die hadden aangevraagd."
"Als we geen vergunning krijgen, dan moeten juristen bepalen wat we gaan doen en of huurders uit hun huis moeten. Dat is niet de bedoeling, ik zou het moeilijk vinden drie startende huurders op straat te zetten. Het zou mooi zijn als we wat respijt krijgen, voor mensen is het erg onprettig als ze voor de kerst weg moeten."
"Bernhard en ik zijn investeerders op afstand. Ik teken de contracten niet zelf,
dat doet ons beheerkantoor in opdracht. Er staat C. Groeneveld c.s. onder de contracten, dat ben ik niet zelf, maar is de naam van onze portefeuille. Als het beheerkantoor ergens niet uitkomt, komt het bij ons terecht. Ik heb de afgelopen jaren zelden contact gehad met huurders."
Nieuwe regels
Een groot deel van de verhuurders in de stad, overtreedt de regels. Dit concludeert wethouder Laurens Ivens, op basis van het geringe aantal vergunningen dat is aangevraagd voor woningdelen. Meer dan 12.000 adressen in Amsterdam worden verhuurd aan meer dan twee personen die geen gezin vormen.
Volgens Ivens is hiervoor al sinds 1993 een vergunning nodig, tenzij sprake is van een geregistreerde woongroep of inwoning. Vorig jaar bleek uit een evaluatie dat deze regels onduidelijk waren en dat veel verhuurders de regels overtraden, zonder dat zij dat wisten.
Daarom heeft de gemeente per 1 januari dit jaar nieuwe regels ingevoerd: voor verhuur aan meer dan twee personen is een vergunning nodig. Altijd. Hiervoor moet de woning een goede geluidsisolatie hebben en een gemeenschappelijke ruimte van minimaal elf vierkante meter. Voor verhuur aan vijf of meer personen gelden zwaardere eisen. Vergunningen aan deze grote groepen worden op dit moment niet verstrekt in Centrum en West.
Als de gemeente bij een controle constateert dat te veel huurders in een huis zitten, zonder vergunning, dan volgt een boete van 6000 tot 18.000 euro. Bovendien moet de verhuurder direct een vergunning aanvragen. Als de verhuurder dat niet wil, of als de woning niet aan de eisen voldoet, dan moet hij het aantal huurders terugbrengen tot twee. De gemeente kan hiertoe een dwangsom opleggen van 50.000 euro.
Volgens Ivens moet de verhuurder hierbij zorgen voor een goed alternatief voor de huurders, bijvoorbeeld door vervangende woonruimte aan te bieden. De aanvraag van de vergunning is geen verantwoordelijkheid van de huurder. Die heeft huurbescherming en mag derhalve niet op straat worden gezet.
Amsterdam is, zoals Ivens het uitdrukt, 'niet op jacht' naar illegale verhuur. Handhavers komen pas in actie bij een melding, bijvoorbeeld van overlast.