PlusReconstructie
Hoe kunstobjecten uit de Krim in een Amsterdams depot terechtkwamen
Kunstobjecten uit de Krim liggen sinds 2014 gegijzeld in het depot van het Allard Pierson Museum. Moeten deze terug naar de Krim of naar Kiev? Woensdag komt de zaak voor het eerst voor de rechter. Een reconstructie.
De tentoonstelling De Krim - Goud En Geheimen Van De Zwarte Zee is eind februari 2014 koud drie weken te zien in het Allard Pierson Museum als Russische troepen zich op de Oekraïense Krim beginnen te roeren. Een paar weken later - op 16 maart - kiest de bevolking van de Krim in een referendum voor aansluiting bij Rusland.
Plots zit het Allard Pierson met de geleende Krimcollectie in de maag. Moeten de honderden objecten - waaronder Scytisch goud en bijzondere lakkistjes uit de periode 600 vóór tot 300 na Christus - straks terug naar de vier musea op de Krim, waarvan ze zijn geleend, of moeten ze naar de Oekraïense hoofdstad Kiev? Toen het Allard Pierson de objecten leende waren de Krimmusea immers nog Oekraïens.
Voor Rusland is het duidelijk. In de Russische Doema eist voorzitter Sergej Narisjkin op 31 maart 2014 dat de objecten worden teruggegeven aan de Krim. Een paar dagen daarvoor heeft een vertegenwoordiger van president Vladimir Poetin datzelfde gezegd. Het Allard Pierson is plots nieuws van Rusland tot aan de VS.
Verlengd
"We hadden nooit gedacht dat we met déze tentoonstelling het wereldnieuws gingen halen," zegt Amber van Schagen van het Allard Pierson in die dagen tegen Het Parool. "De Krim is niet iets waar bezoekers direct in groten getale op afkomen. Nu belt The Wall Street Journal."
Het museum weet dan nog niet wat het gaat doen als de tentoonstelling eindigt. Wel is deze verlengd tot en met 31 augustus. Eerder zou de tentoonstelling duren tot en met 18 mei. De bezoekersaantallen van het (normaal niet enorm drukbezochte) Allard Pierson zijn op dat moment met 25 procent gestegen.
"Voor ons is dit best positief," laat directeur Wim Hupperetz zich ontvallen in Folia, het blad van de Universiteit van Amsterdam (UvA), waar het Allard Pierson onderdeel van is. De zaak is dan in Nederland officieel een internationaal vraagstuk geworden. Juristen van het ministerie van Buitenlandse Zaken buigen zich erover.
Erfgoeddeskundige Joris Kila denkt dat dat is omdat Nederland de handelsbelangen met Rusland niet wil schaden, zegt hij in een interview. "We willen Rusland niet voor het hoofd stoten." Andersom is het teruggeven van de kunstschatten aan de Krim ook ingewikkeld. Nederland erkent de annexatie van het gebied niet.
Hermitage
De tentoonstelling eindigt. De objecten die uit een museum in Kiev komen, worden teruggegeven. De overige - honderden - objecten blijven in Amsterdam en verhuizen naar het depot van het Allard Pierson. Het museum wil de handen niet branden aan het Krimse goud.
Een rechter moet beslissen wie de objecten krijgt, zegt het. Rusland heeft zich dan inmiddels ook weer uitgesproken. De directeur van de Hermitage in Sint-Petersburg vindt dat de objecten 'logischerwijs' terug naar de Krim moeten, vertelt hij aan Russische media.
Op de ochtend van 20 november 2014 spreekt Wim Hupperetz de archeologietop van Nederland toe op de Reuvensdagen in Den Haag - een jaarlijks archeologiecongres. In het openbaar onthoudt het museum zich dan al tijden van commentaar op de Krimkwestie.
Procedure
Hupperetz zegt in Den Haag dat hij hoopt dat de Krimmusea of Oekraïne een rechtszaak aanspannen tegen het Allard Pierson. Tot op dat moment is dat nog niet gebeurd, vertelt hij. "De advocaat van de UvA is in gesprek met beide partijen," aldus Hupperetz.
Opvallend genoeg hebben de vier Krimmusea net een dag eerder hun procedure in gang gezet tegen het Allard Pierson Museum, vertelt advocaat Michiel van Leeuwen (Krimmusea) achteraf.
In januari 2015 meldt zowel Oekraïne als de Nederlandse staat zich eveneens bij de rechter. Onverwacht is de inmenging van Nederland. Den Haag doet dit op verzoek van Kiev, vertelt Maarten Sanders, advocaat voor Oekraïne. Op die manier mogen de kunstschatten Nederland pas verlaten als een hoger beroep heeft gediend.
Nederland wil zeker weten dat alle juridische paden bewandeld zijn in deze zaak, die internationaal geen gelijke kent. Alleen de beroemde Elgin Marbles, die in Groot-Brittannië staan, hebben een soortgelijke geschiedenis. Ze werden begin negentiende eeuw meegenomen van het Parthenon in Athene, uit wat toen nog onderdeel van het Ottomaanse Rijk was. Ze staan nog altijd in Londen.
De aanvraag van Nederland wordt overigens later door de rechter afgewezen. De rechtszaak zal gaan tussen Oekraïne, de Krimmusea en het Allard Pierson.
Gouden Kalf
Archeoloog Yuriy Pavlovich Zaytsev zegt rond die tijd in Het Parool dat hij betreurt dat de Krimschatten niet meer te zien zijn op de plek waar ze zijn gevonden.
Hij vertelt over de bijzondere lakkistjes die hij in 1996 op de Krim opgroef en die nu in het depot in Amsterdam liggen. Het restaureren alleen al heeft hem twaalf jaar gekost. "Ik begrijp dat het hier om een groter wereldprobleem gaat, maar op de Krim komen de kistjes het beste tot hun recht," zegt hij.
Documentairemaakster Oeke Hoogendijk, die met haar documentaire over het verbouwde Rijksmuseum een Gouden Kalf won, werkt aan een documentaire over de Krimzaak, blijkt rond diezelfde tijd. Ze zegt dat de kwestie 'heel veel emotie' oproept. "Je denkt heel snel in termen van good guys en bad guys, maar ik kom er nu achter dat het helemaal niet zo simpel is."
Bittere spijt
Enkele maanden later brengt advocaat Michiel van Leeuwen naar buiten dat de eerste openbare zitting over de kunstschatten in november 2015 wordt verwacht. Die datum wordt uitgesteld. Wel meldt de Volkskrant in die maand dat de opslag van het Krimgoud en de bijbehorende rechtszaak het Allard Pierson dan al ruim drie ton heeft gekost.
De Krimmusea schrijven in diezelfde maand in een verklaring 'bittere spijt' te hebben van het uitlenen van hun collectie aan het Allard Pierson.
Het zal dan nog een klein jaar duren voordat de zaak voor een rechter komt.
Woensdag is de eerste dag van de rechtszaak. Een uitspraak wordt later verwacht. Tot die tijd blijft gelden wat het museum in april 2014 al zei. "De stukken gaan terug," vertelde een woordvoerder toen. "We weten alleen niet naar wie."