Helft van geld Amsterdamse basisscholen naar externe bedrijven
De helft van de gemeentelijke miljoenen voor de kwaliteitsaanpak basisscholen is de afgelopen jaren besteed aan externe inhuur, uitbesteed werk en overhead.
Dat blijkt uit antwoorden op schriftelijke vragen van D66. De aanpak is het geesteskind van voormalig PvdA-wethouder Lodewijk Asscher, die besloot om vanaf 2008 de kwaliteit van de basisscholen te verbeteren.
Sinds 2008 is er 35,5 miljoen euro besteed aan de kwaliteitsaanpak. 18,5 miljoen daarvan was voor overhead, salarissen van ambtenaren en externe kosten voor juridische zaken, drukwerk en automatisering en externe inhuur van onder meer onderwijsexperts. Deze experts kostten gemiddeld 127 euro per uur. De overige 17 miljoen euro werd ingezet voor professionalisering van het onderwijspersoneel en het opstellen en uitvoeren van verbeterplannen voor scholen.
Zwakke scholen
Daarbovenop hebben de schoolbesturen zelf 9,3 miljoen euro bijgedragen aan de verbeterplannen.
De informatie komt naar buiten op het moment dat het nieuwe stadsbestuur op initiatief van D66 een einde maakt aan de PvdA-kwaliteitsaanpak. D66-leider Jan Paternotte hield de kiezers tijdens de verkiezingscampagne al voor dat scholen dankzij de PvdA werden belaagd door consultants en dat er onvoldoende geld werd besteed aan de onderwijskwaliteit zelf.
Doelstelling van Asscher en zijn opvolger Pieter Hilhorst was overigens het aantal zwakke en zeer zwakke scholen - toen 44 - drastisch te verlagen. Het aantal zwakke scholen werd teruggebracht naar vier.