Column
Giel en Matthijs zongen Merry Christmas en ik gaf ze een euro extra
Giel kreeg maar vijf ton. Ik zag hem hier vaak in de buurt, bij het buurthuis tegenover Albert Heijn.
"Hai, bekende Nederlander," zei hij dan tegen mij. En dan zei ik: "Nee, Giel, ik ben maar een beetje bekende Nederlander."
"Haha gozer, ik vind jou goed man..."
En dan begreep ik het al en greep ik naar mijn portemonnee en kocht ik een daklozen-krantje van hem. Soms ook stopte ik hem zomaar een euro in z'n hand.
Ik heb ook wel eens tegen hem gezegd: "Vraag nou eens wat meer bij de Vara!"
Maar daar wilde hij niets van weten. "Nee," zei hij dan, "ik wil de belastingbetaler en onze socialistische omroep niet het vel over de oren trekken. De Vara doet heel veel voor de gewone man..."
Dan knikte ik. Op een dag - het regende, het was koud, het liep tegen Kerstmis - zag ik Giel Beelen met naast hem, in een oude paardendeken gewikkeld, niemand minder dan Matthijs van Nieuwkerk.
Hij kreeg bij de Vara ook maar een schrieperige vijf ton. Soms veel meer, soms nauwelijks veel minder.
Giel en Matthijs zongen We Wish You a Merry Christmas voor de bezoekers van Albert Heijn en ik gaf beiden toen een euro extra. Ze waren me zeer dankbaar. "God zal je in de hemel een gouden stoel geven, Theodor."
Omdat ik ook een sentimentele man ben, gaf ik beiden een gevulde koek. Als lieve muisjes peuzelden ze het op.
Elke dag zag ik ze daar. Arme jongens. Ik dacht wel eens: kan Marcel van Dam ze niet in huis nemen? Maar Marcel van Dam zat zelf in een plaggenhut in Drenthe.
Ik herinner me nog goed dat het oud en nieuw werd. Ik ging naar Albert om een flesje bessen-appelwijn te kopen, en toen was daar ook Vara's Paul de Leeuw.
Totaal berooid! Hij at blikjes kattenvoer. Dit kon toch zo niet! Er werd nu een morele grens overschreden. Wat rechtvaardigde deze armoede? "Armoede is toch een schande?" zei Paul de Leeuw klein. Ik durfde nauwelijks te knikken.
Omdat ik eigenlijk een activist ben, heb ik een cameraploeg gehuurd. En ben ik nu druk doende een documentaire met deze jongens te maken.
De Slachtoffers van de Arbeidersomroep gaat hij heten. De jongens vinden het een heel spannend idee en ze willen heel graag over alles praten.
Theodor Holman (1953) is columnist, schrijver, televisie- en radiomaker. Elke dag, uitgezonderd zondag, lees je hier zijn column. Reageren? t.holman@parool.nl