Gejuich op stadhuis na vonnis Yab Yum
De uitspraak die de Raad van State (RvS) gisteren deed over de sluiting van bordeel Yab Yum, kan op het Amsterdamse stadhuis in een lijstje aan de muur. Het is precies de steun in de rug waarop de specialisten in het 'bestuurlijk bestrijden' van de misdaad hadden gehoopt.
Zij zijn al jaren op zoek naar de precieze grenzen van de wet Bibob (Bevordering Integriteitsbeoordelingen door het Openbaar Bestuur). Met die wet in de hand kunnen ze malafide ondernemers vergunningen afnemen zodra aannemelijk is gemaakt dat de bedrijven als vehikels voor misdrijven misbruikt dreigen te worden. De grote vraag is wat 'aannemelijk' betekent.
Onlangs had de Raad van State al geoordeeld dat zelfs anonieme informatie van de 'geheime dienst' van de recherche, de Criminele Inlichtingeneenheid, soms mag worden meegeteld. Dergelijke informatie mag in strafzaken in principe juist níet meetellen als bewijs.
In de Yab Yumzaak telt de Raad nu ook uitdrukkelijk dossiers mee die strafrechters en civiele rechtbanken eerder juist van tafel hebben geveegd. In het onderhavige geval gaat het om stukken uit de mislukte strafzaak tegen 22 Hells Angels - waarin justitie door een reeks blunders 'niet-ontvankelijk' is verklaard - en om 'bewijzen' die het Openbaar Ministerie tevergeefs had ingebracht in een serie rechtszaken waarin het de Hells Angels als club wilde laten verbieden.
Dat genoemde zaken tegen de Hells Angels stukliepen 'brengt' volgens de Raad 'niet met zich mee dat de beschuldiging en de feitelijke grondslag daarvan' niet mogen meewegen in de Bibobzaak. Ergo: de lat voor het bewijs ligt in Bibobzaken nu ook officieel veel lager.
Overigens tellen ook stokoude veroordelingen mee, zoals hier de veroordelingen voor (poging tot zware) mishandeling die de Hells Angel Harrie Stoeltie in 1993 en 1994 opliep. Bovendien worden ook de misdrijven waarvan andere Hells Angels werden verdacht, Stoeltie aangerekend. Hij was immers jarenlang één van de leiders van de Amsterdamse Angels en heeft zich nooit gedistantieerd van misdrijven door andere clubleden. Waar de verdenking van lidmaatschap van een criminele organisatie in andere zaken niet is bewezen, wordt die beschuldiging Stoeltie in de Bibobzaak via de achterdeur toch funest.
In zijn uitspraak over Yab Yum gaat de Raad ook op een ander punt verder dan de rechtbank die met sluiting van de seksclub akkoord ging. De Raad ziet namelijk wél voldoende aanwijzingen dat de Hells Angels het bordeel in 1999 afpersten van eigenaar Theo Heuft; samen met de beruchte en inmiddels geliquideerde topcriminelen Johnny Mieremet en Sam Klepper.
Dat Heuft en zijn gezin voorafgaand aan de verkoop ernstig zijn bedreigd, staat voor de Raad vast. Die kent daarbij veel gewicht toe aan een bezoek dat Klepper, Mieremet en vijf Angels op 16 december 1998 aan de Yab Yum brachten, op zoek naar Heuft. Mieremet had een mes en zei de barkeeper dat hij 'straks zijn baas zou zijn'.
Vervolgens heeft Heuft zijn zaak voor een bedrag ver onder de marktwaarde aan zijn belagers verkocht en kreeg hij evenmin iets voor de goodwill. Bovendien moest hij de hele koopsom onderhands lenen aan de 'kopers', zonder dat daar zekerheden tegenover stonden. De Raad oordeelt dat 'een redelijk vermoeden bestaat dat de Amsterdamse Hells Angels, inclusief Stoeltie, in relatie staan tot de onregelmatige overname van Yab Yum door bedreiging en mogelijke afpersing'. De Hells Angels benoemden Stoeltie tot 'vice-president' en hij werd tegen 'een bovengemiddeld salaris' bedrijfsleider van de seksclub.
De Raad vindt het allemaal ruim voldoende om het luxebordeel nu definitief te sluiten - en brengt Stoeltie en de Amsterdamse Angels daarmee een gevoeliger slag toe dan justitie ooit wist te doen. De familie Barazani, die een trits zaken aan het Damrak bezit, en eigenaar Marcel Kaatee van twee speelautomatenhallen op de Wallen zullen zich extra zorgen maken aangezien ook zij nog in grote Bibobzaken zijn verwikkeld. (PAUL VUGTS)