Plus
Deze melk wordt gemaakt op fietsafstand
Vanuit hun eigen fabriek in Ouderkerk aan de Amstel maken de Boeren van Amstel melk die 10 kilometer verderop in de Amsterdamse winkels ligt. Uit kruidenrijk gras dat een zoete inval is voor weidevogels.
In de Ronde Hoep stijgt een zwerm grutto’s op zodra een meeuw aan de horizon verschijnt. “Daar komt de luchtmacht,” zegt Mark Kuiper, die de vogelstand in de polder bij Amstelveen al bijna vijftig jaar volgt.
Tussen de melkkoeien is het goed toeven voor weidevogels: in de uitgestrekte polder zien ze de meeuw die het op hun kuikens gemunt kan hebben al van verre aankomen. Het weiland is verder lekker gevarieerd, met hier en daar een greppeltje. Geen monocultuur van één grassoort.
Helaas geldt dat voor de rest van Nederland wel steeds meer. “Nog maar 4 procent bestaat uit kruidenrijk grasland, terwijl dat waanzinnig belangrijk is voor de grutto,” zegt Kuiper. “In de jaren vijftig was het nog de helft.” Voor de intensieve veehouderij is de verleiding groot om weiland vol te leggen met Engels raaigras. Dan is de opbrengst aan veevoer maximaal, maar voor de weidevogelkuikens zijn er minder insecten te vinden. “Als je voetbalveldgras hebt, krijg je geen weidevogels.”
Grutto en tureluur
Twintig boeren in de Ronde Hoep zijn daarom samen een nieuwe coöperatie begonnen. Met hun eigen melkfabriek in Ouderkerk aan de Amstel brengen ze een nieuw zuivelmerk op de markt: Boeren van Amstel. De opbrengst komt ten goede aan de weidevogels.
Er zijn al subsidies die boeren compenseren als ze aan ‘agrarisch natuurbeheer’ doen. Maar door hun eigen weidemelk te verkopen aan consumenten die daar iets extra’s voor over hebben, hopen de boeren er zelfs aan te verdienen als ze het de grutto naar de zin te maken. Leden van de coöperatie delen mee in de winst en des te meer naarmate ze weiland inrichten met kruidenrijk grasland of laat in het seizoen maaien in de wei waar de kuikens van de grutto en de tureluur opgroeien.
Bijkomend voordeel is dat de melk niet meer van hot naar her wordt gesleept. “Tussen gras en glas zit hier maar tien kilometer,” zegt boer Wes Korrel. Nu is hun melk honderden kilometers onderweg naar zuivelgigant FrieslandCampina en daarna weer naar winkels in het hele land. Geen kwaad woord over FrieslandCampina verder. Dat geeft de boeren de ruimte om maximaal dertig procent van hun melk zelf op de markt te brengen. Daarmee kan Boeren van Amstel groeien naar 5 miljoen liter per jaar. Maar ze beginnen klein. “Straks neemt ook Marqt onze melk af en dan gaan we 1500 liter per keer produceren.”
Romig
Drie keer per week staat Korrel sinds kort in de melkfabriek, vertelt hij tijdens een rondleiding langs de machines. Het werk op de boerderij - 85 melkkoeien - laat hij over aan zijn compagnon. Vooralsnog maken de Boeren van Amstel alleen volle melk, maar uiteindelijk willen ze ook yoghurt en kwark op de markt brengen. Er zijn vier biologische boeren bij, dus plannen voor biologische melk zijn er ook al.
Maar smaakt de melk van Boeren van Amstel ook anders? Korrel denkt van wel. “Onze melk smaakt best romig.” Een smaakverschil zou ook logisch zijn omdat deze melk niet eerst vanuit het hele land in grote melkfabrieken bijeengebracht is in tanks van 200.000 liter. Het kruidenrijke gras speelt ook een rol. “Wat een koe eet, vertaalt zich uiteindelijk ook in de smaak.” Van boerderijen uit Brabant is bekend dat de melk er wat anders kan smaken doordat de koeien daar vaker maïs krijgen. “En van boerderijen waar ze uien gevoerd krijgen wil FrieslandCampina de melk niet eens hebben.”
Deze week kreeg de Amsterdamse wethouder (van o.a. Groen en Dierenwelzijn) Laurens Ivens het eerste melkpak overhandigd. Over twee weken ligt Boeren van Amstel in de schappen bij de zeventien Amsterdamse filialen van Marqt en nu al bij winkels in Amstelveen en Ouderkerk aan de Amstel.
Verder wil Boeren van Amstel zijn zuivel leveren aan cateraars en de Amsterdamse horeca. Het is het voordeel van boeren onder de rook van Amsterdam: hier zijn veel kapitaalkrachtige en milieubewuste consumenten. Zo is het idee vier jaar geleden ook ontstaan, zegt Kees de Pater van de Vogelbescherming. “Ontzettend veel Amsterdammers genieten nu al van de natuur in Amstelland. Iedereen die een beetje een goede fiets heeft kent toch het rondje om de Ronde Hoep?”