Amsterdamse jongeren piekeren te veel
Amsterdamse jongeren tobben te veel. Een beetje is normaal, maar ze denken veel en zorgelijk na. Dat vergroot de kans later op het krijgen van angsten of een depressie. Dat constateert de Amsterdamse GGZ-instelling Arkin.
Alleen groepstrainingen geven blijkt niet genoeg, daarom lanceert Arkin nu een website waar jongeren terechtkunnen met vragen en kunnen nagaan of hun piekergedrag zorgwekkend is.
Nachtenlang nadenken over een onvoldoende, je eindeloos afvragen hoe je overkomt in de klas of constant heen en weer geslingerd worden tussen twee gedachten. Voor veel Amsterdamse kinderen is dat geen onbekend verschijnsel. Ze piekeren veel, signaleert het preventieteam van de Amsterdamse GGZ-instelling Arkin.
'Piekeren is onder jongeren één van de meestgehoorde klachten,' zegt Lizet Gerrits van Arkin. Een beetje piekeren - in zorgelijke zin nadenken over de toekomst of het verleden - is normaal, dat doet iedereen. 'Nadenken over dingen hoort erbij, maar er zijn kinderen, vaker havo/vwo'ers, die de gedachten niet los kunnen laten. Zij kunnen er echt last van hebben, doordat het continu is. Ze hebben een slechte nachtrust, kunnen zich niet concentreren tijdens de les.'
Op langere termijn lopen piekeraars meer risico op ernstigere problemen, zoals neerslachtigheid of depressie. Ook kunnen ze er angsten aan overhouden.
Andere oorzaken
Lieve Lakerveld (14) uit Noord kan erover meepraten. 'Ik voel wel druk. Niet dat mijn ouders of docenten op school me pushen hoor, integendeel juist. Maar ik verwacht veel van mezelf en wil niet falen.'
Het kan ook van een andere aard zijn - zo kunnen meisjes ook wakker liggen over jongens, of met zorgen over anderen. 'Als twee van mijn vriendinnen ruzie met elkaar hebben, kan ik daar echt mee zitten. Ik zit er dan middenin en weet niet wat ik moet doen', zegt Ellen Stalenberg (14) uit Landsmeer.
Voortdurend getob kan ook voortkomen uit perfectionisme en gaat meestal samen met onzekerheid. 'Het zijn kinderen die zich heel bewust zijn van de omgeving en daar graag de controle over willen houden. Ze kunnen zichzelf bijvoorbeeld heel hard toespreken of maar blijven uitzoeken wat ze verkeerd hebben gedaan. Vaak blijven dit soort vragen echter onbeantwoord, waardoor je maar heen en weer blijft zwemmen tussen gedachten en emoties.'
Test
Het is vaak niet iets waar kinderen zelf mee komen, zegt Gerrits. Ze houden hun zorgen voor zichzelf, erover praten is een drempel, terwijl juist dat een preventieve werking kan hebben. Daarom bezoekt het preventieteam al langer Amsterdamse scholen voor voorlichting en groepstrainingen aan derde en vierdeklassers. Maar het was niet genoeg: er bleek meer behoefte te zijn aan een punt waar de jongeren terecht konden met hun vragen.
Daarom bestaat sinds deze week een website (www.mindresolve.nl) met een online vragenlijst, zodat kinderen vanaf dertien en jongeren tot en met drieëntwintig ook daar kunnen testen of hun piekergedrag zorgelijk is. Daarnaast is er een online training en kunnen ze er via de site achter komen wat ze tegen het piekeren kunnen doen en waar ze terecht kunnen met vragen.
Yar Barzangi (16) uit Amsterdam Noord: ‘De eerste twee jaar van de middelbare school deed ik in Amsterdam, daarna verhuisde ik voor het werk van mijn vader een jaar naar Engeland. Toen ik terugkwam, moest ik de derde klas opnieuw doen. De vrienden die ik nog had, zaten inmiddels in de bovenbouw en ik niet. Dat was lastig, ik moest nieuwe vrienden maken. Ik werd er onzeker van en vroeg me af of ik wel leuk genoeg was.'
'Ook over school kan ik weleens piekeren, maar dat komt gewoon doordat ik een beetje lui ben. Ik denk heel vaak: die toets haal ik wel, maar twee dagen voor een tentamen bedenk ik me dan toch dat ik maar eens moet beginnen met leren. Aan het einde van het schooljaar pieker ik meer dan in het begin, nu valt het nog mee. Maar over school lig ik ’s nachts niet wakker, hoor. Dat komt wel goed.'