Amsterdamsche School en Winford gaan fuseren

Winford, die zes particuliere scholen voor basis- en voortgezet onderwijs heeft in onder meer Amsterdam en Den Haag, koopt de aandelen van de Amsterdamsche School.

Beide scholen bieden particulier onderwijs, maar hebben andere specialismen. De Amsterdamsche School, met ongeveer 65 leeringen, bereidt leerlingen voor op het staatsexamen, terwijl Winford, met in Amsterdam 60 leerlingen, het centraal examen volgt.

Toch zijn er meer overeenkomsten dan verschillen, zegt Marc Peters, algemeen directeur en eigenaar van Winford. "We werken beiden met kleine klassen, van maximaal tien kinderen, en zoeken maatwerkoplossingen voor kinderen die reguliere scholen niet bieden."

Expertise
De Amsterdamsche School zocht contact met Winford voor een overname. Directeur en eigenaar Gwen Mertens wilde na twintig jaar weer lesgeven. "Al die tijd is school echt mijn leven geweest. Het was tijd om weer op andere dingen te focussen," zegt Mertens. Ze blijft wel als docent aan Winford verbonden.

"Als eenpitter is het moeilijk om alle veranderingen bij te benen," verklaart Peters. "Nu we samengaan kunnen we nog beter specialistische expertise ontwikkelen."

Dyslexie
Particulier onderwijs speelt in Nederland een marginale rol in vergelijking tot landen als Groot-Brittannië. Bijvoorbeeld hoogbegaafde kinderen volgen particulier onderwijs. Of leerlingen die dyslectisch zijn. Ook weet een groeiende groep leerlingen die is blijven zitten, scholen als Winford te vinden. Mits hun ouders het schoolgeld van jaarlijks 15.000 tot 27.000 euro kunnen betalen natuurlijk.

De Amsterdamsche School zit nu nog in een monumentaal pand aan de Nieuwezijds Voorburgwal. In 2017 zal de school verhuizen naar de Speerstraat in Zuid waar Winford al zit. "We willen iedereen bij elkaar hebben, dat werkt het beste," zegt Peters. "Bovendien is het pand aan de Nieuwezijds erg duur." De school zal dan ongeveer 125 leerlingen tellen.