'Amsterdams sisverbod is wassen neus'

De Stichting Stop Straatintimidatie is teleurgesteld in het halfslachtige tempo waarop Amsterdam het aangekondigde verbod op straatintimidatie invoert. "Het is onder Van Aartsen volledig stil komen te liggen," zegt woordvoerder Jessica van der Pluijm van de organisatie.

Het begon twee jaar geleden zo hoopvol. Nadat VVD-raadslid, inmiddels Kamerlid, Dilan Yesilgöz samen met het CDA in 2016 een initiatiefvoorstel had ingediend, bleek er een ruime meerderheid in de gemeenteraad die wel iets zag in een verbod op straatintimidatie.

Onder grote belangstelling was Amsterdam de eerste gemeente in Nederland die zo'n verbod in de gemeentelijke regels, de APV, opnam. De boete werd vastgesteld op 190 euro. Maar ruim twee jaar nadat de politiek groen licht heeft gegeven, is er nog geen sanctie uitgedeeld. Van der Pluijm: "De wet is er, maar er wordt niks mee gedaan. Het is symboolpolitiek. Een wassen neus."

Weinig prioriteit
In 2016 werd het voorstel aangenomen en ging burgemeester Van der Laan er voortvarend mee aan de slag. Maar inmiddels zijn er verkiezingen geweest en is GroenLinks, die tegen het 'sisverbod' stemde, de grootste partij in de stad geworden. Ook tegenstemmer D66 zit in de coalitie.

Het lijkt erop dat de uitvoering van de maat­regel daardoor weinig prioriteit meer krijgt. Het beboeten van daders is tot zeker 2019 uitgesteld. Er is meer tijd nodig voor het opleiden van handhavers die overtreders op heterdaad moeten betrappen, schreef waarnemend burgemeester Jozias van Aartsen in juni in een brief aan de raad.

Hij liet ook weten dat geen bruikbare meldingen van burgers waren binnengekomen. Volgens Van der Pluijm is daar een logische verklaring voor: "De politie beschikt niet over de mogelijkheid om straatintimidatie te registreren."

Black spots
Volgens de stichting doet Rotterdam het veel beter met de invoering van het verbod op straatintimidatie. Na een waarschuwingsperiode van vier maanden zijn handhavers daar al in mei ­begonnen met het vervolgen van verdachten.

Belangrijker: slachtoffers kunnen via een app melding maken van straatintimidatie. Dat leidt niet tot vervolging - een handhaver moet een dader op heterdaad betrappen - maar levert voor de gemeente wel bruikbare informatie op over black spots: plekken waar veel sprake is van straatintimidatie.

Ter plekke wordt gekeken of met straatverlichting of een andere inrichting de veiligheid kan worden vergroot. Vijftien straten zijn op die manier al onder de loep genomen. De app werd in een half jaar 2500 keer gedownload en leverde 1400 meldingen op.

In reactie op de daadkrachtige Rotterdamse aanpak zegt een woordvoerder van burgemeester Femke Halsema: "Wij testen liever eerst voordat we ­met handhaven beginnen."

Lees ook: Drie vrouwen over straatintimidatie: 'Ik word dagelijks nageroepen' en Slachtoffers beschilderen lichaam voor campagne straatintimidatie