Als niemand de vluchtelingen op Lesbos helpt, doen deze Amsterdammers het
Het Griekse eiland Lesbos wordt overspoeld door bootvluchtelingen. Amsterdammers Dirk Braam en Emma Blanchard willen een voormalige camping openen als eerste opvang, maar stuiten op verzet van de lokale bevolking.
Toeristen moeten vroeg uit de veren om een glimp op te vangen van de optocht die deel uitmaakt van de dagelijkse routine op het eiland Lesbos. Tussen zeven en acht uur 's ochtends komen de bootjes aan, door de mensensmokkelaars in Turkije volgepropt met dertig tot tachtig mensen.
Op het strandje aan de voet van het huis in Molyvos van Amsterdammers Dirk Braam en Emma Blanchard, die beiden op het eiland werken voor touroperator Corendon, arriveren sinds twee maanden regelmatig bootjes vol vluchtelingen. Blanchard: 'Het is heel aangrijpend. Een wereldprobleem bevindt zich opeens letterlijk in onze achtertuin.'
Betere toekomst
De Amsterdammers willen hun ogen niet sluiten voor het vluchtelingenprobleem. Dirk Braam: 'Het is niet goed voor het toerisme, dat voor 40 procent van de inkomsten op het eiland zorgt. En het is inhumaan.' Al meermalen nam het stel groepjes vluchtelingen in huis. Braam: ''s Avonds waren ze nog niet van de parkeerplaats opgehaald door een bus, dan moet je iets doen. Ik laat geen moeders en baby's op straat slapen.'
Het moeilijkste was de volgende dag weer afscheid te moeten nemen, zegt Blanchard. 'We hebben gepraat, thee gedronken, een sigaret gerookt. We hebben hun kleding gewassen, ze hebben gedoucht. Deze mensen hebben alles achtergelaten in de hoop op een betere toekomst. Je hoopt zo dat ze die ook krijgen.'
Euforische stemming
's Ochtends vroeg gaan ze naar een uitkijkpunt. Als een soort vluchtelingenspotters turen ze met een verrekijker over de zee. Blanchard wijst naar de baai aan de overkant, aan de Turkse kust, vier kilometer hiervandaan: 'Kijk, daar komt een bootje.'
Het komt in rap tempo dichterbij. Met de jeep scheuren ze naar de vloedlijn, waar de vluchtelingen net aan land stappen. Een student Arabische literatuur, haar zusje en haar man, met alleen een rugzak bij zich, stappen het strand op: doodmoe, hun kleren nat, maar in euforische stemming.
De Amsterdammers vatten twee weken geleden het plan op om een verlaten campingterrein aan de rand van Molyvos in te richten als eerste bed-, bad- en broodopvang. 'Alle voorzieningen zijn er, er is ruimte.'
Humane opvang
Het plan leek vorige week nog door te gaan, met instemming van de burgemeester van het eiland. Tot de lokale bewoners besloten om handtekeningen te verzamelen tegen de opvangplek. Ook hoteleigenaren dreigden zich terug te trekken als de opvang open zou gaan. Braam: 'Het zijn lieve mensen, maar ze lijken niet te begrijpen hoe slecht dit is, voor de vluchtelingen én voor het toerisme. Willen ze wachten tot straks de eerste dode langs de weg valt?'
Onlangs kregen de twee te horen dat hulporganisatie Borderline Europe een plan heeft opgesteld voor hulp aan Lesbos. Ze willen de camping op Molyvos inrichten als eerste opvangplek. Braam en Blanchard werken graag mee. Blanchard: 'We hopen dat we het samen voor elkaar kunnen krijgen. We blijven strijden voor een humane opvang.'
48.000 bootvluchtelingen kwamen dit jaar al naar Griekenland via Turkije.
Op Lesbos, slechts 4 kilometer van Turkije, kwamen in januari 737 vluchtelingen aan. In mei waren dat er al 7200.
Honderden vluchtelingen verlaten het eiland elke dag per veerboot naar het vasteland.
Er zijn 2200 tot 2500 mensen op het eiland die hier nog op wachten. In het registratiecentrum in Moria verblijven nu meer dan 1000 mensen, terwijl er officieel plek is voor 410.