De discussie over telefoongebruik op school woedt volop sinds minister Wiersma aankondigde een verbod te onderzoeken. Maar is zo’n verbod anno 2023 nog wel realistisch, en wat lijkt jongeren eigenlijk zelf het beste?
In het kort
– Wel of geen telefoon op school? De meningen zijn verdeeld, zowel onder ouders als op scholen. Wat onder Amsterdamse middelbare scholen vooral opvalt, is dat er geen eenduidige richtlijn is. Experts raden een algeheel verbod af. “We moeten leren hoe we respectvol omgaan met elkaar. Met en zonder telefoon.”
– Frankrijk pakt het radicaal anders aan en heeft zelfs landelijke wetgeving voor smartphones in het onderwijs.
– Nassim (17) had op school wel willen leren hoe hij zich tegen een telefoonverslaving kon wapenen. “Nu is het te laat. Volgend jaar ga ik naar het hbo, ik hoop dat ik tegen die tijd mezelf beter kan beheersen.”
– Praat mee. Geef jouw mening via de link onderaan het artikel.
Van de ouder die de smartphone nog niet in een straal van 100 meter rond de school wil zien, tot de ouder die zijn kind het liefst nog ín het klaslokaal kan bereiken: zoveel ouders, zoveel meningen over het vraagstuk: welke plek verdient de telefoon op school? Directies van Amsterdamse middelbare scholen hebben de meeste – veelal stellige – argumenten wel langs horen komen.
Ergens snapt hij wel dat ouders scholen vragen de toestellen te weren uit de les, zegt directeur Huseyin Asma van het Metis Montessori Lyceum aan de Mauritskade. “Maar iets eerder in de discussie kun je je ook afvragen waarom het kind de telefoon überhaupt mag meenemen náár school van ouders.”
Geen eenduidig beleid
Wat onder Amsterdamse middelbare scholen vooral opvalt, is dat er geen eenduidige richtlijn is ontwikkeld sinds de smartphone zo’n vijftien jaar geleden het dagelijks leven binnendrong. Jolanda Hogewind, directeur van het IJburg College, waar veel met tablets wordt gewerkt, zei eerder in deze krant te begrijpen wat zo’n telefoon met een jongere doet. “Maar onze bedoeling is dat leerlingen devices zo effectief mogelijk leren te gebruiken.”
Daartegenover staat bijvoorbeeld de Kiem Montessori, waar smartphones niet zijn toegestaan in de klas. Het schoolconcept is gericht op bewegen en daar horen geen telefoons bij, is het schoolbrede beleid.
En hoe ziet beleid – als dat er al is – er eigenlijk uit in de praktijk? Bij het Metis Montessori Lyceum leggen ze de verantwoordelijkheid bij leerkrachten, omdat de telefoon in de ene les de leerling kan helpen de lesstof onder de knie te krijgen en in een andere les niet meer dan een stoorzender is. Andere opties: toestellen aan het begin van een lesuur in de telefoonkrat, direct bij binnenkomst in de kluis, of op ‘stil’ – ‘nee, geen tril, want dat leidt af’ – en uit het zicht. Weer elders mag de smartphone op de hoek van de tafel, maar kan het (puber)brein de verleiding dan wel weerstaan? En helemaal van school weren? Of is dat anno 2023 achterhaald?
Onderzoek onderstreepte eerder al de relevantie van de telefoondiscussie: de smartphone kan wel degelijk afleiden van schoolwerk en dus minder goede prestaties in de hand werken. In het najaar van 2021 werd voor de zesde keer het Nederlandse Health Behaviour in School-aged Children (HBSC) onderzoek uitgevoerd.
Daaruit blijkt dat een derde van de scholieren in het voortgezet onderwijs intensief, gedurende bijna de hele dag, online contact heeft met anderen via sociale media. Echt problematisch gebruik (gebaseerd op kenmerken van verslaving) van sociale media wordt bij 5 procent van de leerlingen in het voortgezet onderwijs geconstateerd. Van scholieren ervaart 39 procent dat zij (best of heel) vaak minder tijd besteden aan huiswerk maken of leren voor school vanwege hun smartphonegebruik.
Landelijk verbod
Arjen Lubach noemde eind januari in zijn Avondshow mobieltjes ‘aandachtsgeile verslavingsbommen die ons hele onderwijs naar de t*ring helpen’. “Hoog tijd voor een landelijk smartphoneverbod,” zei hij.
‘Nu de ondernemers in Silicon Valley hun kinderen beginnen weg te houden bij de producten die hen zelf rijk en beroemd maakten, kan de Nederlandse overheid niet achterblijven,’ betoogden Ingrid Schouten en Alexander Rinnooy Kan eerder al in de Volkskrant. Ook nu de prestaties van leerlingen volgens Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (Oeso) in de afgelopen vijftien jaar flink zijn teruggelopen, kan er niet anders dan worden ingegrepen, schreven zij. ‘De scholen zijn gebaat bij een duidelijk signaal; een wetgevend initiatief is onvermijdelijk.’
Na de uitzending van Lubach zei onderwijsminister Wiersma in gesprek te willen met scholen, ouders en wetenschappers en niet uit te sluiten dat er een landelijk verbod komt om smartphones te gebruiken in de klas. Daarmee reageerde hij op signalen van docenten die grote moeite hebben met het weren van de toestellen uit het klaslokaal.
Verantwoord mee leren omgaan
Smartphone weg, probleem opgelost? Dat is te eenzijdig gedacht, zegt Peter Nikken, oud-hoogleraar mediaopvoeding aan de Erasmus Universiteit Rotterdam, nu lector aan de Hogeschool Windesheim in Zwolle. “Zo’n smartphone biedt jongeren enorm veel van wat ze nodig hebben in de levensfase waarin ze zitten. Ze vormen hun identiteit, een telefoon om te communiceren is daarbij ontzettend belangrijk. Ze experimenteren ermee, onderzoeken wat en wie bij hen past.”
Bovendien, zegt mediapedagoog Marije Lagendijk, is de smartphone een wezenlijk deel van ieders leven geworden. “Leerlingen worden op school voorbereid op de toekomst. Als je ze goed wil voorbereiden, móét de telefoon daarin wel een rol spelen. We moeten kinderen met name helpen vaardigheden te ontwikkelen om met hun telefoons om te leren gaan.”
Nikken beaamt dat: “Wie zegt dat het vroeger allemaal ook lukte zonder telefoon, begrijpt de jeugd niet. De telefoon is een verlengstuk geworden, het hoort bij hen. Het onderwijs – en ouders – hebben de taak om jongeren te helpen om verantwoord om te gaan met hun telefoon.”
Nikken wijst daarbij op het dominante en verleidelijke karakter van sociale media. “De techniek daarachter is een hele industrie. Er zijn continu prikkels om ervoor te zorgen iedereen, ook jongeren, te lokken.” Mediawijsheid moet dus net zo goed onderdeel zijn van goed onderwijs. Nikken: “We moeten leren hoe we respectvol omgaan met elkaar online, hoe we tijd en aandacht geven aan elkaar en een echt gesprek aangaan. Met en zonder telefoon. En we moeten leren omgaan met al die berichtjes die binnenkomen. Hoe krijgen we daar regie over?”
Lagendijk: “We zouden met z’n allen moeten nadenken over wat we belangrijk vinden om te kunnen. Focussen is daar een goed voorbeeld van. Als leerlingen dat kunnen, is er een basis waarop een telefoon een prima middel kan zijn om nog meer dingen te leren.”
Een eenduidige richtlijn is er (nog) niet, omdat het eigenlijk ‘kennis in wording’ is, zeggen deskundigen, en het is goed om continu de waarde van nieuwe middelen en mogelijkheden te herzien. We zullen steeds moeten blijven onderzoeken hoe smartphones binnen een gezond onderwijsklimaat passen. Een totaalverbod op scholen zou die ontwikkeling alleen maar in de weg staan. Lagendijk: “We moeten steeds nieuwe uitdagingen herzien en in gesprek blijven met elkaar. Ook met leerlingen. Regels opstellen is niet iets voor alleen volwassenen en van bovenaf. Het moet in overeenstemming mét leerlingen. Zij zijn uiteindelijk de personen die moeten dealen met de gevolgen van de regels.”
Alle van Steenis, bestuurder van de Montessori Scholengemeenschap Amsterdam benadrukt dat leraren professionals zijn. “Ik denk dat de minister wel wat beters te doen heeft dan zich bemoeien met het pedagogisch-didactisch klimaat op school. Met zo’n verbod blijft hij tornen aan het imago van de leraar. Zij beheersen hun vak en kunnen zelf afspraken met hun leerlingen maken.”
Sterker: zouden leerlingen inmiddels niet meer kennis over dit onderwerp kunnen hebben dan oudere generaties die niet zijn opgegroeid in het smartphonetijdperk? Niet eerder was er een generatie die al sinds hun jonge jaren navigeert tussen een on- en offline leven, en daarin niet noodzakelijkerwijs onderscheid maakt. Weten ze zelf wanneer de smartphone van slechte invloed is?
“Ja,” zegt de 13-jarige Tesse die in de eerste/tweede klas van het Fons Vitae Lyceum in Zuid zit, stellig. “Ik weet heel goed wanneer mijn telefoon mij afleidt en wanneer juist niet. Bijvoorbeeld bij wiskunde, dan pak ik hem omdat ik het te moeilijk vind. Ik vind het dan juist goed als de meester zegt dat we onze telefoons moeten inleveren. Maar bij Engels vind ik het juist handig om snel woordjes op te zoeken of een Engelse film alvast op te zoeken.”
De leeftijdsgenoten met wie Tesse na schooltijd rondhangt, zijn het eens. “Maar de regels moeten wel voor iedereen tegelijkertijd gelden,” vult haar 13-jarige klasgenoot aan. “Anders krijg je dat de een op zijn telefoon zit en de ander wil praten. Dat is niet leuk.”
De 17-jarige Nassim, die op het Sweelinck College in Zuid zit, heeft ook de nodige zelfkennis op dit gebied: zijn telefoon kan maar beter verboden worden op school. “Ik vind wel dat ik ermee moet leren omgaan, maar ik kan dat nog niet. Als de meester aan het begin van de les vraagt of ik van mijn telefoon kan afblijven, zeg ik eerlijk nee. Ik heb liever dat ik mijn telefoon inlever en verplicht ben om op te letten. Anders leid ik mezelf af met wat er op SnapChat gebeurt.”
Of hij ooit heeft geleerd op een verantwoorde manier om te gaan met zijn telefoon? “Ik heb er nooit iets over gehoord. Wel over cyberpesten enzo. Maar niet hoe ik een telefoonverslaving voorkom. Nu is het te laat. Volgend jaar ga ik naar het hbo, ik hoop dat ik tegen die tijd mezelf beter kan beheersen.”
Hoe is het in andere landen?
In Frankrijk laten ze het beleid niet afhangen van dialogen met leerlingen of van de professionaliteit van leerkrachten. Emmanuel Macron beloofde tijdens zijn campagne dat als hij president zou worden, wettelijk geregeld zou worden dat telefoons uit het klaslokaal zouden verdwijnen. Hij werd president en daarom geldt sinds 2018 een verbod op smartphones op scholen in Frankrijk.
Het was het eerste land dat zo resoluut de telefoons in de ban deed, maar andere landen volgden. In Australië zijn telefoons verboden op school en ook in de regio Madrid bijvoorbeeld is het gebruik van mobiele telefoons in de klaslokalen sinds 2020 verboden. Daarvoor werd scholen al wel geadviseerd een verbod toe te passen, maar was dat niet verplicht. Andere landen, zoals Zwitserland, Duitsland, Finland en België hebben ook een landelijk beleid om smartphones te reguleren in het onderwijs.
Meepraten?
Welke plek verdient de telefoon op school? Geef je mening in circa 150 woorden en mail ons op hethoogstewoord@parool.nl onder vermelding van je volledige naam (voor- en achternaam) en woonplaats.