Nieuws
Onderzoek: verschil in opkomst bij raadsverkiezingen is ‘acute bedreiging voor de lokale democratie’
Het verschil in opkomst tussen Amsterdamse wijken en bevolkingsgroepen neemt steeds verder toe. In een enkele wijk stemde dit jaar bij de raadsverkiezingen maar 18 procent van de stemgerechtigden. Dat vormt een ‘acute bedreiging voor de lokale democratie’, aldus een onderzoeksrapport.
De gemeente vroeg onderzoekers van de Universiteit van Amsterdam om na te gaan waarom dit jaar slechts 48 procent van de Amsterdammers is komen opdagen voor de gemeenteraadsverkiezingen. Op basis van de conclusies van het onderzoek wil de gemeente maatregelen nemen om de kloof te verkleinen.
Kloof tussen stadsdelen zorgwekkend
De lage opkomst zelf is geen bedreiging voor de democratie, want die past binnen een trend die al langer gaande is, aldus het onderzoek. Al decennia schommelt de opkomst voor gemeenteraadsverkiezingen rond de 50 procent. Wél zorgwekkend is dat de kloof tussen stadsdelen groeit, want de opkomst daalt het hardst in stadsdelen waar de opkomst al laag was: Noord, Nieuw-West en Zuidoost.
De laagste opkomstcijfers waren te zien in de wijken Osdorp Midden (18 procent), Bijlmer Centrum (22 procent) en Slotervaart Zuid (25 procent). Verder zijn het vooral jongeren, praktisch opgeleiden en mensen met een migratieachtergrond die niet of nauwelijks stemmen en daarom ondervertegenwoordigd zijn.
Ongezien en teleurgesteld
De reden, volgens het onderzoek, is dat zij zich achtergesteld voelen. Ze hebben het gevoel dat politici niet uit hun buurt komen, hen niet begrijpen en niet naar hen luisteren. Verder hebben niet-stemmers over het algemeen weinig of geen interesse in en kennis van de politiek, ze wantrouwen politici en hebben het gevoel dat zij niet gezien worden. Ook gaven sommige Amsterdammers aan dat zij teleurgesteld zijn in de beleidskeuzes van afgelopen jaren, die er in hun ogen voor hebben gezorgd dat hun buurt erop achteruit is gegaan.
Verder geldt voor Amsterdammers zonder Nederlandse nationaliteit, die vaak ook geen Nederlands spreken, dat zij weinig Nederlandstalige informatie tot zich krijgen en ook niet weten hoe lang zij hier nog blijven.
De onderzoekers waarschuwen dat er een vicieuze cirkel ontstaat. Raadsleden richten zich vooral op Amsterdammers die wél stemmen, waardoor de andere inwoners van de stad zich steeds minder gehoord voelen en zich nog verder afkeren van de politiek.
Plan van aanpak
Op basis van dit onderzoek heeft het college een plan van aanpak opgesteld, dat zich in eerste instantie richt op de aanstaande Waterschapsverkiezingen en Provinciale Statenverkiezingen in maart 2023. In een raadsbrief somt burgemeester Halsema enkele punten op. Zo worden in de drie buurten met de laagste opkomst extra verkiezingsborden geplaatst. Ook neemt de gemeente extra maatregelen om de verkiezingen zo toegankelijk mogelijk te maken voor mensen met een fysieke beperking, blinde Amsterdammers en laaggeletterden.
Aan een manier om specifiek jongeren, praktisch opgeleiden en mensen met een migratieachtergrond te bereiken, wordt nog gewerkt. Dit ligt ‘politiek gevoelig’, aldus de burgemeester.
De aanbevelingen van de onderzoekers zelf richten zich er vooral op dat niet-stemmers structureel meer moeten worden betrokken bij de lokale politiek. Zo zouden lokale politici vaker hun gezicht moeten laten zien, écht moeten luisteren naar bewoners en hen zelf aan het woord laten over de politiek en verkiezingen. Ook moet de gemeente blijven investeren in maatschappelijke organisaties, vooral in de wijken met een lage opkomst.
Tip Het Parool via Whatsapp
Heeft u een tip of opmerking voor de redactie? Stuur een bericht naar onze tiplijn.