Plus

Museum van Oudheden toont de geschiedenis van het verdwenen land op de Noordzeebodem

In Leiden is een tentoonstelling te zien waarop voor het eerst een poging wordt gedaan de bijna een miljoen jaar durende geschiedenis te vertellen van het naburige, maar verdwenen Doggerland.

Het Parool
Kaart van Doggerland, met in rood de huidige kustlijn van Noordwest-Europa. Beeld Olav Odé voor RMO
Kaart van Doggerland, met in rood de huidige kustlijn van Noordwest-Europa.Beeld Olav Odé voor RMO

Dat de bodem van de Noordzee tussen het Europese vasteland en Groot Brittannië lang droog heeft gelegen, was al langer bekend. Maar dat dat land Doggerland heet, weten we nog maar net. En zoals elk land heeft ook Doggerland een geschiedenis.

Boomstammen die bij laag water voor de kust van Engeland te voorschijn kwamen, botten van onbekende diersoorten die in de netten van vissers terecht kwamen; al aan het einde van de negentiende eeuw rees het vermoeden dat delen van de bodem van de Noordzee ooit droog gelegen moeten hebben.

Begin vorige eeuw kwam dan ook de theorie in zwang dat er in het verleden sprake moet zijn geweest van een landbrug die het continent met het Britse eiland verbond. Een landbrug, die door het stijgen van de zeespiegel in de laatste tienduizend jaar langzaam onder de golven was verdwenen. Dankzij deze ‘landbrugtheorie’ kon men ook verklaren hoe het kwam dat aan beide zijden van de Noordzee vergelijkbare prehistorische vondsten waren gedaan.

Het was vooral de Engelse archeologe Bryony Coles die in 1998 liet zien dat het verdronken landschap veel meer was dan alleen een landbrug. Coles: “Dit gebied was net zo bewoonbaar als alle omringende gebieden. En daarom verdient het ook een eigen naam: Doggerland.”

Die naam is ontleend aan de Doggersbank, de zandbank in het noorden van de Noordzee die rond 5800 voor Christus als laatste door het stijgende zeewater werd overspoeld.

Sindsdien is het onderzoek naar de verdwenen wereld van Doggerland in een stroomversnelling geraakt. Geologisch onderzoek, onder meer voor de exploitatie van de olie- en gasvelden onder de Noordzeebodem, zorgden ervoor dat Doggerland letterlijk in kaart kon worden gebracht. Boormonsters brachten ook de geologische structuur van het gebied aan het licht en opgeviste botten hebben in toenemende mate inzicht gegeven in de fauna van het gebied.

Constante bewoning

De geschiedenis van Doggerland werd sterk bepaald door de enorme klimaatwisselingen van de afgelopen miljoen jaar. Periodes van extreme kou werden afgewisseld door periodes waarin het klimaat weer opwarmde. In de koudere periodes bestond Doggerland vooral uit toendra-achtige vlaktes waar enorme kuddes rendieren en mammoeten doorheen trokken. In de warmere periodes verschenen er naaldwouden en later loofbossen en grote moerassen. Er is zelfs een periode geweest waarbij de temperatuur zo sterk steeg en het ijs ten noorden van Doggerland zo snel smolt dat de zeespiegel steeg tot ver boven het huidige peil. Amersfoort moet enkele duizenden jaren aan zee hebben gelegen.

Een prehistorisch gereedschap van tussen de 9000 en 6000 voor Christus. Beeld Rijksmuseum van Oudheden
Een prehistorisch gereedschap van tussen de 9000 en 6000 voor Christus.Beeld Rijksmuseum van Oudheden

In de lange periodes waarin Doggerland droog lag, is het – afgezien van enkele periodes waarin het te koud was – vrijwel constant bewoond geweest. Die bewoning begon volgens Luc Amkreutz, conservator prehistorie bij het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden en een van de drijvende krachten achter het onderzoek naar de geschiedenis van Doggerland, al ongeveer 950. 000 jaar geleden.

“De eerste mensachtigen behoorden tot de groep die we de Homo antecessor noemen. Deze soort is vooral bekend van enkele vondsten in grotten in Spanje. Ook de Homo heidelbergensis, een andere uitgestorven mensachtige, heeft later door Doggerland getrokken. Rond 400.000 jaar geleden kwamen de eerste neanderthalers. Hun aanwezigheid is niet alleen aangetoond aan de hand van de stenen werktuigen die aan hen worden toegeschreven. Enkele jaren geleden is er voor de kust van Zeeland een stuk bot opgevist dat, na onderzoek, afkomstig bleek te zijn van een neanderthaler.”

“De neanderthalers wisten zich hier ondanks wisselende klimaatomstandigheden ruim 300.000 jaar te handhaven. In de koudere periodes trokken zij achter de grote grazers over de toendra en in extreem koude periodes trokken ze zich in zuidelijker gebieden terug om na opwarming van het klimaat weer terug te keren.”

Dat de neanderthaler en de moderne mens (Homo sapiens) elkaar uiteindelijk in Doggerland zijn tegengekomen, kan volgens Amkreutz niet worden uitgesloten maar waarschijnlijk is het niet. “Als een dergelijke ontmoeting al plaats heeft gevonden, is het in een korte periode geweest voordat het in de laatste ijstijd tijdelijk zo koud werd dat menselijke bewoning in deze streken weer onmogelijk werd. Toen met de laatste opwarming van het klimaat, rond 12.000 voor Christus, Homo sapiens Doggerland begon te kolonialiseren, waren de neanderthalers al definitief van het toneel verdwenen.”

Amateurvondsten

Dat de bewoningsgeschiedenis van Doggerland zo gedetailleerd in kaart gebracht kon worden, is voor een belangrijk deel te danken aan de aanleg van de twee grote Maasvlaktes. Want hoewel vissers met enige regelmaat voorwerpen in hun netten aantreffen die wijzen op menselijke aanwezigheid, is de kennis van de menselijke activiteit in Doggerland toch voor een belangrijk deel bepaald door wat toevallige strandvondsten.

Amkreutz: “De aanleg van de twee grote Maasvlaktes betekende een enorme doorbraak, want met het zand dat afkomstig was van de Noordzeebodem kwamen ook duizenden voorwerpen mee die duidelijk door mensen waren vervaardigd; stenen vuistbijlen en schrapers, speer- en pijlpunten van bot en zelfs doorboorde dierentanden en stukken barnsteen die als sieraad waren gedragen.”

De meeste van die vondsten deden amateurs die soms dagelijks de vloedlijn langs liepen op zoek naar nieuwe stukken. Dankzij een goede samenwerking tussen wetenschappelijke instellingen en amateurs is een groot deel van het gevonden materiaal intussen geïnventariseerd en onderzocht, met als resultaat dat nu zelfs de verschillende periodes in laatste menselijke bewoning van Doggerland van elkaar onderscheiden kunnen worden.

Neanderthaler met vuurstenen werktuig. Deze vroege mensensoort trok rond 400.000 jaar geleden het gebied binnen. Beeld Tom Björklund/Moesgaard Museum, Denemarken
Neanderthaler met vuurstenen werktuig. Deze vroege mensensoort trok rond 400.000 jaar geleden het gebied binnen.Beeld Tom Björklund/Moesgaard Museum, Denemarken

Amkreutz: “Vanaf het moment dat de aarde aan zijn tot nu toe laatste opwarming begon, raakte Doggerland steeds dichter bevolkt. Dankzij oplopende temperaturen en een stijgende zeespiegel veranderde het open toendralandschap via een tussenstadium, waarin Doggerland bedekt was met naald- en later loofwouden, in een aquatisch milieu met moerassen en wetlands en een kuststrook die op de huidige Waddenzee leek. Een type landschap dat ideaal was voor jager-verzamelaars. Die idylle duurde echter niet lang. Ongeveer 6000 jaar hebben verschillende cultuurgroepen geprofiteerd van uitbundige aanwezigheid van wild, vissen en wat de zeekust verder aan voedsel te bieden had.”

Natuurrampen

De zeespiegelstijging, die de inwoners van Doggerland in eerste instantie een groot voordeel opleverde, leidde uiteindelijk tot hun ondergang. Doggerland overstroomde langzaam. Dat proces werd nog versneld door twee enorme natuurrampen. Rond 6450 voor Christus steeg de zeespiegel binnen enkele eeuwen een aantal meters. Oorzaak: op het Amerikaanse continent stroomde op dat moment een binnenzee ter grote van een flink deel van Canada, het Agazzismeer, in korte tijd leeg in de Atlantische Oceaan.

Nog geen 300 jaar later vond er voor de kust van Noorwegen een enorme aardverschuiving plaats. De vloedgolf die daarop volgde, was enorm. Een tientallen meters hoge golf raasde door de Noordzee. Geologisch onderzoek heeft aangetoond dat ook de Nederlandse kust zwaar getroffen moet zijn. Kleiafzettingen uit die periode zijn aangetroffen tot ver in het huidige Westland. Die twee rampen is Doggerland nooit te boven gekomen. Als laatste verdween rond 5800 voor Christus ook de Doggersbank onder water.

Doggerland: Verdwenen wereld in de Noordzee, t/m 31/10 in het Rijkmuseum van Oudheden in Leiden.
Bij de tentoonstelling is ook een boek over Doggerland verschenen.

Wilt u belangrijke informatie delen met Het Parool?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van Het Parool rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@parool .nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden