PlusAchtergrond

Is goede voeding het nieuwe medicijn? ‘Straks krijg je bij astma niet alleen een puffertje, maar ook een dieet’

Groenten als broccoli bevatten korteketenvetzuren die een positief effect hebben op MS en reuma.  Beeld Getty Images
Groenten als broccoli bevatten korteketenvetzuren die een positief effect hebben op MS en reuma.Beeld Getty Images

Onderzoeker farmacologie Saskia Braber en haar team onderzochten de geneeskrachtige werking van voeding, door het effect van voedingsstoffen op het afweersysteem in kaart te brengen.

Peter de Jong

Farmacoloog Saskia Braber is dol is op dieren. Braber: “Ik was als kind altijd bij de paarden. Ik wilde iets met dieren gaan doen en ben dierwetenschappen gaan studeren in Wageningen, met specialisatie immunologie. Daar deed ik onderzoek naar de werking van voeding op het dier. Later ben ik overgestapt naar farmacologie, de geneesmiddelenleer, aan de Universiteit Utrecht, waar ik dit onderzoek mocht gaan leiden.”

Naast haar drukke baan als assistent-hoogleraar – ze begeleidt tien promovendi – is Braber moeder en bokst ze tweemaal per week. “Daar kan ik alles van me afslaan,” zegt ze lachend.

Van een traditionele mannenwereld is op haar afdeling geen sprake. “Er werken hier meer vrouwen dan mannen en meer jonge mensen dan oudere,” zegt Braber. “Mensen denken vaak dat het werk van een onderzoeker heel saai is, maar ik heb hier meer feestjes gehad dan in mijn studententijd.”

Wat is gezondheid eigenlijk?

“Fysieke gezondheid is eigenlijk niets meer dan een goed functionerend afweersysteem, de firewall tegen vervelende virussen en bacteriën, om het maar eens in computertaal te zeggen. Bepaalde voedingsstoffen dragen daaraan bij. Uit onderzoek blijkt dat gezonde voeding ook bijdraagt aan de mentale gezondheid.”

Hoe kwam u op het idee dit onderzoek te gaan doen?

“Binnen de Universiteit Utrecht is voedsel en gezondheid sowieso een belangrijk item. We hebben een Future Food-platform, met als inzet een dieet dat goed is voor zowel de planeet als haar bewoners. Op mijn afdeling zijn we al veel langer bezig met onderzoek naar de werking van voedingsstoffen op het menselijke immuunsysteem. Zo kijken we bijvoorbeeld ook of toediening van suikers via verstuiving in de luchtwegen de ontstekingsreactie bij longaandoeningen kan verminderen.”

“De trigger voor dit onderzoek naar de geneeskrachtige werking van voeding was mijn verbazing over de geringe belangstelling daarvoor binnen de geneesmiddelenleer. Farmacologen accepteerden lang de inzichten uit voedingsonderzoek niet. Ze beschouwden voeding als een soort onoverzichtelijke brij van stoffen en substanties die allemaal een verschillende werking hebben. De laatste tijd is die visie wel aan het kantelen. Ons onderzoek is inmiddels gepubliceerd in een farmacologisch vakblad. Dat was vijf of tien jaar geleden niet mogelijk geweest.”

Wat zijn de resultaten uit uw onderzoek?

“Wij zien dat bepaalde voedingsstoffen heel gericht kunnen hechten aan bepaalde receptoren, dat zijn eiwitten, van specifieke cellen. Dat is precies zoals geneesmiddelen dat doen. Van vijftien soorten celreceptoren hebben we bekeken welke voedingsstoffen daarop aangrijpen en welke reacties in het menselijk afweersysteem daarop volgen. Dan moet je denken aan cellen die reageren door bijvoorbeeld een ontstekings­reactie of allergische reactie af te remmen.”

“Dat voedingsstoffen zo gericht de processen in cellen een positieve kant kunnen opduwen, is heel verrassend. De opbrengst van ons onderzoek is een staalkaart van tientallen voedingsstoffen, celreceptoren en de reacties in het afweersysteem die ze teweegbrengen.”

Dat klinkt abstract. Geeft u eens een inkijkje in de resultaten.

“Vitamine D activeert de aanmaak van zogeheten natural killer-cellen, die de strijd aangaan met een longziekte als Covid-19. Covid-patiënten die vitamine D slikken, komen minder snel op de ic, en herstellen sneller. Vitamine D zit onder andere in vette vis, eieren en vlees.”

“Een ander voorbeeld zijn de korteketenvetzuren die in graan, fruit en groente zitten. Die kunnen een positief effect hebben op MS en reuma. Van visolie denken we dat het helpt tegen ontstekingsziekten, zoals de ziekte van Crohn. Daarnaast heeft het mogelijk een remmend effect op ontstekingsreacties bij kankerpatiënten.”

Wat kunnen we met de resultaten van uw onderzoek in de praktijk?

“Met de kennis uit ons onderzoek kun je op maat gesneden diëten maken om bepaalde aandoeningen tegen te gaan. Je kunt bijvoorbeeld bij een bepaalde ziekte nagaan welke immuunreactie daarbij is betrokken. Vervolgens zoek je uit welke cel­receptoren daarvoor verantwoordelijk zijn. En als je die receptor kent, kun je ook nagaan welke voedingsstoffen daarop aangrijpen.”

Wat moet er wat u betreft veranderen binnen de medische sector?

“Er moet meer aandacht van de wetenschap en de farmaceutische industrie komen voor voeding als medicijn. In Amerika zijn ze al een stuk verder, daar heb je voedselapotheken. Hippocrates zei al: ‘Laat voedsel uw medicijn zijn en het medicijn uw voedsel.’ Daarnaast mag er wat mij betreft veel meer samenwerking zijn tussen artsen en voedingsdeskundigen. Daar bedoel ik mee dat de huisarts niet alleen een pilletje voorschrijft om de aandoening te bestrijden, maar bijvoorbeeld ook doorverwijst naar een voedingsdeskundige. Dat je bij astma niet alleen een puffertje krijgt voorgeschreven, maar ook een dieet.”

Kan voeding ook in de plaats komen van medicijnen?

“Voeding kan medicijnen niet vervangen. In een geneesmiddel is de werkende stof sterk geconcentreerd samengepakt in een pil. In een appel of peer is die stof veel meer verspreid over de hele vrucht. Ik zie voeding meer als een ander wapen, dat vaak ondersteunend werkt bij medicatie. Een verhoogd cholesterol kun je bestrijden met pillen, maar ook met een wijziging van het dieet.”

Heeft uw onderzoek nog nader inzicht gegeven in uw eigen voedingspatroon?

“Ha, nee, eigenlijk niet. Ik at al gezond. Verse groente en fruit, weinig zout, volkorenbrood, geen kant-en-klaarmaaltijden en regelmatig sporten. Maar ik eet wel elke dag na het diner een stukje chocola. Heerlijk, en goed voor de mentale gezondheid.”

Saskia Braber Beeld
Saskia Braber

Saskia Braber

13 december 1981, Brielle
Saskia Braber studeerde dierwetenschappen aan de Wageningen Universiteit met celbiologie en immunologie als specialisatie. Ze rondde de studie in 2006 af. Braber promoveerde in 2011 aan de Universiteit Utrecht aan de afdeling farmacologie op het proefschrift met de titel The pathogenesis of lung emphysema. Op dit moment is Braber assistent-hoogleraar aan de afdeling farmacologie van de Universiteit Utrecht.

Wilt u belangrijke informatie delen met Het Parool?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van Het Parool rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@parool .nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden