‘Getuigenissen over Josef Kotalla waren vals’

De beruchte Duitse oorlogsmisdadiger Josef Kotalla, één van de Drie van Breda, is na de oorlog deels onterecht veroordeeld. Hij zat tot zijn dood in een Nederlandse gevangenis.

Richard Hoving
Josef Johann Kotalla (L), die optrad als waarnemend kampcommandant in Kamp Amersfoort. Beeld ANP
Josef Johann Kotalla (L), die optrad als waarnemend kampcommandant in Kamp Amersfoort.Beeld ANP

Getuigenissen die na de oorlog zijn afgelegd over de Duitser Josef Kotalla waren vals. Ze werden grotendeels ingegeven door wraak. Kotalla werd hierdoor ten onrechte ter dood veroordeeld voor het doodslaan en -schoppen van gevangenen in Kamp Amersfoort.

Dat stelt historicus en journalist van het AD, Richard Hoving, in zijn biografie van de SS’er Kotalla die donderdag verschijnt. De Duitser, die tussen 1942 en 1945 in het gevangenenkamp in de bossen ten zuiden van Amersfoort werkte, werd in 1948 veroordeeld voor 77 executies en meerdere dodelijke mishandelingen.

Dat de plaatsvervangend kampcommandant deelnam en leiding gaf aan de executies staat vast. De Duitser gaf dat toe tijdens zijn proces, maar beriep zich op overmacht. Hij voerde naar eigen zeggen bevelen uit. Andere Duitsers die veroordeeld werden voor executies kwamen veelal na enkele jaren gevangenschap vrij. Kotalla bleef mede gevangen zitten omdat hij ook nog eens was veroordeeld voor dodelijke mishandelingen, aldus Hoving in zijn biografie.

Wraak

De valse verklaringen over de mishandelingen werden deels bewust afgelegd. Gevangenen hadden tijdens de oorlog afgesproken wraak te nemen op de man die hun verblijf in het gevangenenkamp tot een hel had gemaakt. Andere gevangenen leken zich te vergissen in de dader bij hun getuigenissen. Nader onderzoek levert ook geen namen van gevangenen op die door Kotalla zouden zijn doodgeslagen of doodgeschopt.

De beul van Amersfoort is de eerste biografie van Josef Kotalla, die geldt als een van de meest beruchte Duitsers die in de oorlog in het bezette Nederland rondliep. Zijn doodvonnis werd in 1951 door koningin Juliana door gratie omgezet in een levenslange gevangenisstraf. Samen met twee Duitse Jodenvervolgers, Franz Fischer en Ferdinand aus der Fünten, behoorde Kotalla tot de Drie van Breda, de laatste Duitse oorlogsmisdadigers die in Nederland gevangen zaten. Kotalla was de enige van de ruim tweehonderd na de oorlog veroordeelde Duitsers die tot aan zijn dood in een Nederlandse gevangenis zat. Veertig jaar geleden overleed hij in zijn cel in de koepelgevangenis in Breda.

Toen de dood naderde, probeerden Kotalla’s advocaten hem vrij te krijgen. Volgens Hoving hielden vertegenwoordigers van het voormalig verzet en oorlogsslachtoffers de vrijlating van de doodzieke Duitser tegen. Voor deze groeperingen wogen de psychische gevolgen voor de oorlogsgetroffenen van Kotalla’s vrijlating zwaarder dan zijn uitzichtloze situatie. “Kotalla was gedoemd te sterven in gevangenschap.”

Wilt u belangrijke informatie delen met Het Parool?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van Het Parool rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@parool .nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden