PlusAchtergrond

Retrospectief Poolse filmmaker Kieślowski: de maatschappelijke realiteit verdween nooit uit zijn werk

Eye Filmmuseum wijdt de komende weken een uitgebreid retrospectief aan de Poolse filmmaker Krzysztof Kieślowski, die in 1996 stierf op het toppunt van zijn kunnen. In de vroege jaren tachtig zwoor hij de documentaire expliciet af; hij merkte dat zijn camera meer kwaad deed dan goed.

Joost Broeren-Huitenga
Juliette Binoche in ‘Trois couleurs: Bleu’ van Krzysztof Kieślowski, 1993. Beeld AccuSoft Inc
Juliette Binoche in ‘Trois couleurs: Bleu’ van Krzysztof Kieślowski, 1993.Beeld AccuSoft Inc

Het carrièreverloop van filmmaker Krzysztof Kieślowski (1941-1996) wordt vaak al te makkelijk samengevat langs twee breuklijnen. Ten eerste: Kieślowski maakte eerst documentaires en vervolgens fictie. Ten tweede: Kieślowski begon zijn carrière in Polen en eindigde die in Frankrijk.

Nadere beschouwing van het oeuvre van de Poolse cineast, aan wie Eye de komende weken een uitgebreid retrospectief wijdt, toont dat beide tegenstellingen al te simplistisch zijn. De levensloop van Kieślowski laat zich beter vangen in grijstinten – zoals hij er in zijn films ook altijd naar streefde om de mens in zijn volle ambiguïteit te vangen.

In het gevestigde idee rond Kieślowski’s overgang van documentaire naar fictie zit impliciet ook een stilistische breuk vervat. Eerst maakte Kieślowski politiek en maatschappelijk geëngageerde films, zo wil de theorie, en later apolitiek, universeler humanistisch drama.

Problemen met censors

Wat daaraan klopt is dat Kieślowski in de vroege jaren tachtig de documentaire expliciet afzwoor. Omdat het filmen van de realiteit in het communistische Polen hem steeds vaker in problemen bracht met de censors. Maar vooral ook omdat hij merkte dat zijn camera meer kwaad deed dan goed.

Als hij rechtszaken filmde, bleven de gerechtelijke dwalingen die hij vast wilde leggen uit – wat goed was voor de mensen die op dat specifieke moment werden berecht, maar het onmogelijk maakte om het onrecht dat wel plaatsvond aan de kaak te stellen. Nog erger was dat personen met wie hij een vertrouwensband had opgebouwd, en die iets van zichzelf blootgaven in zijn films, daarop vervolgens door de autoriteiten werden veroordeeld – soms letterlijk.

Om de intiemste gebieden van de menselijke ervaring te tonen, zonder daarbij mensen in gevaar te brengen of hun privacy te schenden, moest Kieślowski de documentaire dus vaarwel zeggen. Maar de misvatting is dat hij tot die tijd enkel documentaires maakte.

Al direct na zijn afstuderen van de Poolse filmacademie – waar hij terechtkwam na een gefnuikte poging om brandweerman te worden, met het idee film als opstapje naar theaterregie te kunnen gebruiken – maakte Kieślowski zijn eerste fictiefilms. Dat hij daarvoor samenwerkte met acteur Jerzy Stuhr, die de rest van zijn leven een goede vriend zou blijven en zijn hele carrière rollen in Kieślowski’s films zou blijven spelen, toont vooral de continuïteit van diens oeuvre.

Samenwerkingen

Dat geldt niet alleen voor de films, maar ook achter de schermen. Kieślowski verzamelde in de loop der jaren een gezelschap medemakers om zich heen met wie hij keer op keer samenwerkte: van coscenarist Krzysztof Piesiewicz en componist Zbigniew Preisner tot aan actrice Irène Jacob, die in twee van zijn laatste vier films te zien was en die in Eye aanwezig was bij de opening van het programma.

In die samenwerkingen schuilt een nuttiger kader voor Kieślowski’s oeuvre dan de aloude tegenstelling. Kieślowski was, zo blijkt uit vele interviews met zijn cast- en crewleden, een uitzonderlijk collaboratief filmmaker. Zijn ideeën werden gefilterd door en gespiegeld aan zijn medewerkers, en dus automatisch ook aan de tijd en plaats waarin ze gemaakt werden.

Daarmee is ook het idee dat Kieślowski op een gegeven moment de politieke realiteit terzijde schoof om zich te richten op meer ‘metafysische’ verhalen, te kort door de bocht. Het feit dat Kieślowski zelf die term ‘metafysisch’ enthousiast omarmde, terwijl coscenarist Piesiewicz er niets van moest hebben, is wat dat betreft tekenend.

Weliswaar verdwijnt de expliciete politieke stellingname van zijn vroege Poolse werk, maar dat betekent niet dat de maatschappelijke realiteit uit de films verdween. Het is alleen een groter kader dan het nationale. Dat geldt vooral voor zijn vier laatste, in Frankrijk gemaakte films: La double vie de Véronique en de Trois couleurs-trilogie – alle vier worden nu ook landelijk in de bioscoop heruitgebracht.

Met pensioen

De films zijn tijdloos, maar ook nauw verbonden aan de politieke realiteit van de late jaren tachtig en vroege jaren negentig. De tijd waarin in Europa muren vielen en het continent afstevende op grotere eenwording in de Europese Unie. De tussen Polen en Frankrijk laverende narratieven van zowel Double vie als Trois couleurs: blanc staan met hun poten in die modder. En de gepensioneerde rechter die zijn buren bespioneert in Trois couleurs: rouge is onmogelijk los te zien van het feit dat Kieślowski zijn vormende jaren doorbracht in een communistische surveillancestaat.

Na het maken van Rouge kondigde Kieślowski aan dat hij met pensioen ging – twee jaar later stierf hij na een hartaanval. Hij was pas 54, maar had zich het decennium daarvoor volledig kapotgewerkt – de meesterlijke serie Dekalog meegerekend, maakte hij in nog geen tien jaar tijd zestien films. Dat was zo veel dat men het destijds amper bij kon houden – pas na zijn dood werd zijn meesterschap volledig op waarde geschat.

Het retrospectief De films van Kieślowski is t/m 1 maart te zien in Eye Filmmuseum. La double vie de Véronique en de Trois couleurs-trilogie zijn daarnaast te zien in Cinecenter, Filmhallen, Kriterion, Lab111 en Rialto. Die laatste twee theaters vertonen ook Kieślowski’s laatste Poolse speelfilm Blind Chance.

Wilt u belangrijke informatie delen met Het Parool?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van Het Parool rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@parool .nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden