PlusBoekrecensie
Recensie Shy: Max Porters vierde werk weet het niveau van ‘Verdriet is een ding met veren’ niet te evenaren
Van de virtuositeit die Max Porter liet zien in Verdriet is een ding met veren is weinig meer over. Zijn fragmentarische flardenproza voelt vaak als een sleets geworden kunstje.
Max Porter (1981) debuteerde ooit spectaculair met Verdriet is het ding met veren (2015). De rouw(verwerking) van een man en zijn twee jonge zoons, na de plotselinge dood van hun echtgenote en moeder, vervatte hij daarin meesterlijk in een novelle. Eentje die was opgebouwd uit herinneringsflarden, fabelelementen en prozagedichten. En een waarin een deels aan de poëzie van Ted Hughes ontleende Kraai regelmatig zijn ontregelende teksten over de pagina’s kraste: (taal)virtuoos, ongrijpbaar en briljant als het boekje zelf.
Eigenzinnig bleef het steevast compacte werk van de Brit sindsdien, helaas zonder dezelfde betovering teweeg te brengen. Lanny (2019), een van volksverhaalmagie doortrokken verdwenenjongenmysterie, kwam nog in de buurt; mede dankzij de wonderlijke vertelstem van Dode Papa Scheurwortel. Maar het daaropvolgende De dood van Francis Bacon (2021) grensde, zonder grondige kennis van leven en werk van de kunstenaar wiens sterfbedgedachten dit moest behelzen, toch eigenlijk aan het onbegrijpelijke.
Nu is er zijn vierde, Shy, een opnieuw ergens tussen proza en poëzie zwevende vertelling, waarin we goeddeels verkeren in het hoofd van het titelpersonage. En dat blijkt, terwijl hij met een rugzak vol stenen en de koptelefoon van zijn walkman stevig op de oren gedrukt de nacht in wandelt, een nogal onrustige plek.
Drum-’n-bass
Geen wonder ook, gezien wat er langzaam duidelijk wordt uit zijn gedachtestroom. Shy woont in de Laatste Kans School, een tehuis waarin hij wordt omringd door andere ‘zwaar getroebleerde jongemannen’. En als hij daar niet wordt gekweld door zijn medebewoners of de zalvende dooddoeners van (psychiatrische?) behandelaars, dan wel door herinneringen aan de ruzies met zijn ouders en stiefvader of zijn destructieve woedeaanvallen.
Vluchten lukt soms, in drugs of zijn geliefde drum-’n-bass. Maar niettemin lijkt hij hard op weg naar een wanhoopsdaad. Dat laatste verleent Shy een zekere suspense. En de koortsachtige van-de-hak-op-de-takdynamiek en ritmiek van de tekst benaderen soms razendknap die van een oververhit (post)puberbrein.
Maar er komen toch ook nogal platte galmpassages voorbij. (‘De muziek bewaart hij voor later. Het enige wat hij altijd heeft om naar uit te kijken, wat hem nooit teleur zal stellen.’) Momenten waarop dat fragmentarische flardenproza als een sleets geworden kunstje aanvoelt ook. En de slotscène (waarover hier geen spoilers) is welbeschouwd drakerig sentimenteel.
Shy
Max Porter
Vertaald door Saskia van der Lingen,
De Bezige Bij, €21,99
128 blz