Opinie
Opinie: ‘Het Amsterdam Museum smijt met onnodig veel miljoenen. En dat alles voor een modegril’
De renovatie van het Amsterdam Museum ligt stil, nu erfgoedverenigingen zich bij de rechter verweren tegen de grootse plannen. Mattijn de Jong steekt de verenigingen een hart onder de riem, en waarschuwt ervoor dat musea zich te veel schikken naar modegrillen.
Dit schreef Het Parool over het Amsterdam Museum
• In januari verloor het Amsterdam Museum een kort geding van twee erfgoedverenigingen over een verbouwing, waarbij de centrale hal en daarmee elementen uit de 17de eeuw verloren gaan.
• Dinsdag diende de tweede rechtszaak. Het Amsterdam Museum stelde dat de vertraging elke maand zo’n 250.000 euro kost.
• Negen prominente Amsterdammers schreven vorig weekend een open brief in deze krant, waarmee ze pleitten voor doorgang van de verbouwing. De erfgoedverenigingen reageerden dinsdag: ‘Wij zijn niet over één nacht ijs gegaan'.
Volgens opvallend veel PvdA-prominenten maakt de VVAB (Vrienden van de Amsterdamse Binnenstad) zich schuldig aan juridisch gekonkel over het Amsterdam Museum, op kosten van de belastingbetaler (Het Parool, 20 mei). Elke Amsterdammer wil toch immers het museum – dat niet meer historisch mag heten – een prominente plek geven in de binnenstad?
Het lijkt alsof deze culturele elite een sluwe CDA-spindoctor à la Jack de Vries inhuurde; de oproep is doorspekt met framing en, bovenal, de kunst van het weglaten. Want niet alleen de VVAB maar ook de gerenommeerde erfgoedvereniging Heemschut tegen de sloop, vernieuwing en renovatie van het museum.
Sloop van monumentale onderdelen van het gebouw wordt in de oproep niet vermeld. Waarom het gebouw zo ingrijpend dient te worden verbouwd, is een groot vraagteken. Waarom grote expositiezalen nodig zijn? Wie zegt het. Een modern museum kan niet zonder, stellen de mensen achter de oproep, maar rechtvaardigt gedeeltelijke sloop van nota bene een historisch gebouw de eisen van de ‘moderne’ tijd? Het is een modegril die tien jaar later al achterhaald zal blijken.
Wat toon je in grote zalen dat werkelijk relevant is? Vernieuwingsdrang zonder onderbouwing – blijkbaar niet alleen eigen aan politici of consultants, maar ook aan de opstellers van het pamflet. Want waarom wil de hedendaagse museumbezoeker grote stukken zien?
Het Centraal Museum in Utrecht heeft sinds enkele jaren de oorspronkelijke ingang weer terug. O, wat vond men vijfentwintig jaar geleden vernieuwing van het museum belangrijk! Een hippe architect ontwierp voor miljoenen een geheel nieuw entreegebouw. De toenmalige museumdirecteur, Sjarel Ex, dreunde daarvoor exact dezelfde motivatie op als de pamflettisten nu.
Nu de oude ingang in ere is hersteld, ligt het vernieuwde entreegebouw er verlaten bij. Om het debacle wat te verzachten, huist daar het museumcafé – je moet wat met mislukte projecten.
Een historisch museum is juist zo aardig vanwege de intimiteit. Dat je rond een maquette loopt, een historische kaart van dichtbij ziet en de voorwerpen bijna kan voelen of aanraken.
De hedendaagse museummode – die nu gedateerd raakt – is vies van educatie, verdieping en intimiteit. Het moet een belevenis zijn zonder dat de bezoeker iets leest of enige moeite doet. Met een vies woord: experience.
Een dat mag wat kosten. Voor heel wat minder miljoenen kan het Amsterdam Museum weer worden wat het was: een historisch museum. Intiem, leerzaam en verdiepend. Het pamflet getuigt van ernstige verdraaiing van de feiten.
Niet de erfgoedbewakers, maar het Amsterdam Museum smijt met onnodig veel miljoenen. En dat alles voor een modegril, het noodzakelijk plasje van de museumdirecteuren. Geheel terecht keren de verenigingen zich tegen een historische fout.
Mattijn de Jong, Utrecht