Plus
Mocromode: Wie nep draagt, krijgt klappen
Voor veel Marokkaans-Nederlandse jongeren is peperdure merkkleding onmisbaar om mee te komen in een groep. De docu Mocromode onderzoekt het hoe en waarom.
Een jasje van Dsquared2 à 400 euro. Een Versaceshirtje van 480 euro, een muts van Louis Vuitton van 405 euro en een bijpassende sjaal van 410 euro. Het kan zomaar de outfit zijn van Omar Lachiri (24) of Moggie Sghiri (22), twee Rotterdamse neven die de hoofdrol spelen in de documentaire Mocromode.
De jongens leggen hun dagelijks leven vast op vlogs, die dermate goed worden bekeken dat ze zo'n tweeduizend euro per maand verdienen aan advertenties op YouTube.
Het overgrote deel gaat naar dure designerkleding. Kappersbezoek en schoonheidsbehandelingen krijgen ze gesponsord. Hun uiterlijk is extreem belangrijk om status te krijgen in de wijk Charlois, niet bepaald het meest welvarende gedeelte van de stad.
"Als ik iemand zie met schoenen van 2000 euro, sta ik op om hem een handje te geven," zegt Sghiri. Het werkt ook andersom: wie 'nep' draagt, kan de hele dag plagerijen verwachten of zelfs klappen krijgen.
Soufyan el Hammouti (28), een van de makers van Mocromode, groeide op in Geuzenveld-Slotermeer. Zo'n tien jaar geleden raakte hij geïnteresseerd in de aantrekkingskracht van designerkleding op zijn medejongeren.
Niet dat hij zelf graag dure spullen droeg. "Ik zat op school in Heemstede. Daar hebben ze zoveel geld, dat ze het niet met kleding hoeven te bewijzen."
Achtergesteld
Zijn zusje introduceerde hem in de wereld van merkkleding, toen ze rond haar vijftiende bezeten raakte door het Britse merk Burberry. "Ze werkte bij Albert Heijn en spaarde maanden om een sjaal, trenchcoat, jas of shirtje te kopen. Als het maar van Burberry was, dan was het goed."
Toen hij een paar jaar later antropologie studeerde aan de Universiteit van Amsterdam, ging hij in zijn scriptie op zoek naar een verklaring voor het fenomeen. De betekenis van merkkleding gaat volgens hem dieper dan het verwerven van status.
"Natuurlijk is het voor deze achtergestelde jongeren een manier om te compenseren, om bovenop de apenrots te staan. Maar die kleding zorgt ook voor aandacht, genegenheid en liefde. Ook geeft het ze een bepaalde identiteit, het gevoel bij een groep te horen. Daar zijn we toch allemaal naar op zoek?"
Misgunning
Die motieven worden geïllustreerd in Mocromode, die hij maakte met Elise Roodenburg (29), eveneens antropoloog en UvA-alumnus.
Ze wilden graag jongens met een Marokkaanse achtergrond portretteren. Roodenburg: "Misschien wel de meest gestigmatiseerde groep van Nederland."
Wanneer ze aan vrienden vertelde over de documentaire, begonnen die meestal over criminaliteit. "Het kon toch niet kloppen dat zij al die dure dingen kunnen betalen? Terwijl er genoeg Marokkaanse jongens zijn die er hard voor werken, kleren met elkaar uitwisselen of maar een paar items hebben. Ze krijgen door de rest van de Nederlandse samenleving onterecht allemaal de status van crimineel."
Na veel vruchteloze gesprekken met jongeren in Geuzenveld - de doelgroep is niet bepaald happig op de media - wisten de filmmakers het vertrouwen van Lachiri en Sghiri te winnen.
Mocromode is onbedoeld ook een portret geworden van de bijzondere band tussen de neven, die elkaars beste vriend zijn en 'een kogel voor elkaar zouden eten'. Het jaar voordat de opnames begonnen, gingen ze intensief met de jongens om: samen eten, waterpijp roken en videoclips kijken.
Lachiri en Sghiri waren niet bang het achterste van hun tong te laten zien, waardoor de complexiteit van het onderwerp kon worden belicht. Zo geven de jongens in de film toe regelmatig gek te worden van de roddels en 'misgunning' in hun buurt.
Lachiri: "Eigenlijk draag ik liever alleen maar trainingspakken en sportschoenen: dat zit lekkerder en is goedkoper. Maar dan kun je bepaalde lounges niet binnen, of kun je meisjes niet krijgen. Maar het is moeilijk om die switch te maken: geen merk meer, geen lounge."
Mocromode (VPRO Dorst) is zondag 15 juli om 23.30 uur te zien op NPO 3 en op vpro.nl/mocromode