PlusAchtergrond

John Constable: een van de beste landschapschilders ooit

John Constable geldt als een van de beste landschapschilders ooit. Vooral zijn revolutionaire olieverfschetsen van weersveranderingen maken indruk op een tentoonstelling in Teylers Museum, Haarlem.

Kees Keijer
John Constable (1776-1837). Het strand bij Osmington Mills, 1816. Beeld Collectie David Thomson
John Constable (1776-1837). Het strand bij Osmington Mills, 1816.Beeld Collectie David Thomson

Eén voorstelling, twee schilders. In Teylers Museum hangen nu twee schilderijen naast elkaar met dezelfde windmolens bij Haarlem. Links Jacob van Ruisdael uit 1655. Rechts de kopie die John Constable in 1831 maakte. Tot zover niets bijzonders. Het kopiëren van bestaande kunstwerken was vroeger een gangbare praktijk om hoofd en hand te trainen en was onderdeel van het lesprogramma van elke academie. De kopie is echter niet gemaakt door een jonge schilder die de kneepjes van het vak moest leren, maar door een vijftiger die al een respectabele positie had bereikt.

Dat John Constable (1776-1837) op latere leeftijd nog een kopie maakte naar een zeventiende-eeuws voorbeeld, siert hem als een leergierig schilder. Hij was een fan van Ruisdael, vanwege diens overtuigende weergave van het Hollandse landschap met spectaculaire wolkenluchten. Juist die lucht moet hem hebben aangespoord om de kopie te maken, om te doorgronden hoe de atmosfeer in het schilderij getroffen is, hoe de glinstering van een slootje is geschilderd, of de schaduw van een bruggetje in het water.

Dedham Lock & Mill.


 Beeld ©Victoria & Albert Museum, London
Dedham Lock & Mill.Beeld ©Victoria & Albert Museum, London

Welvarende herenboer

Constable had ook bewondering voor andere zeventiende-eeuwse Nederlandse schilders. De Nederlanders waren volgens hem ‘een thuisblijfvolk – vandaar hun oorspronkelijkheid’. Hij zocht zijn onderwerpen zelf ook altijd dicht bij huis, want dat waren de plekken die hij het beste kende en dus het beste kon schilderen. Zijn oeu­vre is het resultaat van scherpe waarnemingen, maar tegelijk hebben zijn schilderijen vaak een persoonlijke en emotionele lading.

Die plekken die hij het beste kende, lagen in de omgeving van zijn geboorteplaats East Bergholt in Suffolk. Constables vader was een welvarende herenboer en eigenaar van enkele watermolens en een scheepswerf. De tentoonstelling in Teylers begint met zijn geboortehuis. Vanuit de bovenverdieping schilderde Constable twee schilderijtjes, waarop onder andere de pastorie van East Bergholt is afgebeeld. Daar woonde de grootvader van zijn geliefde Maria, met wie hij in het geheim moest afspreken omdat diezelfde grootvader tegen een huwelijk was.

Ook andere motieven in zijn geboortestreek waren nauw verbonden met zijn persoonlijke leven. Zo schilderde hij de watermolens van zijn vader, waar hij als jongen had gewerkt. In 1818 tekende hij de kerk van East Bergholt met de graftombe van zijn ouders, die niet lang daarvoor waren overleden. Ook het verlies van andere dierbaren werd in schilderijen verwerkt.

Constable zou Engeland nooit verlaten. Wel maakte hij binnen Engeland reizen. Zo reisde hij in 1806 twee maanden door het Lake District, waar hij aquarellen maakte van het ruige landschap. Liever werkte hij in de glooiende velden in zijn geboortestreek, die nu bekend staat als Constable Country.

Hij zag de schilderkunst als een wetenschap, een manier om de wereld te leren kennen. Daarom trok hij er ook opuit om in de buitenlucht te schilderen, wat voor die tijd hoogst ongebruikelijk was. En plein air schilderen werd pas later in de 19de eeuw gemeengoed, mede door de uitvinding van de verftube. Constable deed het al.

Hij was vooral gefascineerd door de lucht, door de specifieke kleur, vorm en lichtwerking van de wolken. In 1821 en 1822 was het bijna het enige dat hij schilderde. Constable maakte zijn wolkenstudies meestal in het deksel van zijn schilderdoos die hij tijdens het werken op zijn bovenbenen liet rusten. Het waren geen studies om te verkopen, ze waren puur bedoeld om de zichtbare werkelijkheid te doorgronden.

John Constable (1776-1837) Wolkenstudie, ca. 1821-1822. Beeld Collectie David Thomson
John Constable (1776-1837) Wolkenstudie, ca. 1821-1822.Beeld Collectie David Thomson

Perfecte dubbele regenboog

Soms liet hij nog net een strookje land zien, wat het monumentale effect van de lucht spectaculair vergroot. Om een stapelwolk recht van onderen vast te leggen, moet hij zijn hoofd in zijn nek hebben gelegd.

Voor zijn wolkenstudies ging Constable wetenschappelijk te werk. Hij noteerde datum, tijd, windsterkte en andere weercondities. Ook had hij een bijzondere belangstelling voor regenbogen. Een dubbele regenboog is aanvankelijk niet correct weergegeven, omdat de kleuren spiegelbeeldig zijn. Bijna twintig jaar later maakte Constable een aquarel waarin hij niet alleen een dubbele regenboog perfect afbeeldt, maar ook combineert met anticrepusculaire stralen, zo vertelt de catalogus. Meteorologie voor gevorderden dus, en Constable had al precies door hoe het zat.

John Constable, Teylers Museum, t/m 31 januari.

Wilt u belangrijke informatie delen met Het Parool?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van Het Parool rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@parool .nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden