PlusAchtergrond
Inhaalslag om mediakunst op Wikipedia te krijgen
Mediakunst is vrij onbekend bij het grote publiek, mede door beperkte informatie online. Het Amsterdamse platform voor mediakunst Lima organiseert nu schrijfsessies die 500 Wikipediapagina’s moeten opleveren.
Wie online informatie zoekt over een schilder met werk in een Nederlandse museumcollectie komt vrijwel altijd terecht op een Wikipediapagina. Maar wie meer wil weten over een museaal verzamelde mediakunstenaar vangt meestal bot bij de digitale encyclopedie. Dat ondervonden ze bij Lima, het Amsterdamse instituut voor mediakunst dat zo’n beetje alle belangrijke museumcollecties op dat gebied beheert.
“Van de 900 kunstenaars in collectie hebben er 500 geen beschrijving,” stelt Limacurator Sanneke Huisman. “Voor een kunstvorm die zo geworteld is in het digitale domein is dat wel vreemd. Kunstenaars als Tiong Ang, David Maljkovic en zelfs een baanbrekend figuur als Gerry Schum hebben geen Nederlands- of Engelstalige Wikipediapagina. Bij de vrouwelijke kunstenaars ontbreekt nog veel meer. Niet alleen veteranen als Roos Theuws en Barbara Visser maar ook de jongere generatie: Cristina Lucas, Yael Davids, Sara Sejin Chang.”
Blinde vlek in het collectieve geheugen
Lima besloot iets te doen aan deze blinde vlek in het collectieve geheugen – want zo mag Wikipedia toch wel genoemd worden. In samenwerking met Wikimedia Nederland, universiteiten, Van Abbemuseum, Stedelijk Museum Amsterdam, Frans Hals Museum en de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed is een driejarig programma met schrijfsessies opgezet.
De slechte ontsluiting van mediakunst op Wikipedia is misschien een gevalletje ‘bij de loodgieter thuis lekt het altijd’, maar het scheelt dat kunstenaars niet over hun eigen praktijk mogen schrijven. En er is een praktisch probleem, vertelt Huisman. “Mediakunst neemt heel verschillende vormen aan die niet passen binnen één datamodel, waar Wikidata om vraagt.”
Het uniformeren van informatie is een doel van de door Lima geleide inhaalslag. Maar voorop staat het ontsluiten van kennis over deze kunstvorm, die ruim een halve eeuw geleden begon met videokunst en inmiddels is uitgewaaierd in internetkunst, computeranimaties, robotica en nog veel meer.
Pakketjes literatuur
Met hulp van universiteitsstudenten worden pakketjes literatuur samengesteld waarmee per keer 15 tot 30 deelnemers in een schrijfsessie aan de slag kunnen. “Na een paar uur ligt er een basisartikel,” vertelt Huisman. “Maar de Wikipediagemeenschap houdt goed in de gaten of artikelen aan de richtlijnen voldoen en keurt ze zelden in één keer goed. Daarna moeten we dus finetunen. We hebben nu vier sessies gehad en zo’n veertig pagina’s in de wacht staan.”
Vorige week werd de Wikipediapagina gelanceerd van Marja Samsom, een pionier die in de jaren 1970 feministische performances deed in kunstcentrum De Appel. “Zij kwam voor de gelegenheid over uit New York, we lieten haar films zien, er was een lezing en we lanceerden haar nieuwe boek Miss Taken Identities. Zo was de Wikipediapagina aanleiding voor het opnieuw activeren van Samsoms werk, dat vaak over gender gaat en tegenwoordig weer bijzonder actueel is.”
Olievlek
Deze maand beginnen drie VU-stagiairs, masterstudenten kunstgeschiedenis, met het onderzoeken van de collectie van het Stedelijk, waar in het voorjaar van 2022 schrijfsessies aan worden gewijd. Rond die tijd lanceert Lima samen met de partners ook een website om eigen archiefmateriaal te ontsluiten en speciaal afgenomen interviews met kunstenaars te delen. “Wikipedia accepteert namelijk alleen gepubliceerde bronnen,” verklaart Huisman. “Omdat mediakunst relatief jong is, ontbreekt het daaraan. Kunsthistorici hebben nog veel werk te doen.”
Behalve kunstprofessionals wil Lima liefst zoveel mogelijk mensen betrekken bij het Wikipediaproject. “Want er moet niet alleen geschreven worden over kunstwerken en hun makers, maar ook over alle aspecten van mediakunst, bijvoorbeeld technologieën en instellingen. Daarnaast kunnen we de hulp gebruiken van taalkundig onderlegde mensen om de artikelen stilistisch te verbeteren.”
De nieuwe Wikipediapagina’s worden in zowel het Nederlands als het Engels gepubliceerd. Internationale samenwerking is er al met het Flemish Institute for Archives en ZKM Karlsruhe. Huisman: “Door die collecties in Wikidata in te voeren, wordt de zichtbaarheid nog groter. Het is een Europese olievlek die zich langzaam uitbreidt.”