PlusBeeldspraak

In de bioscoop wordt een man van tachtig een jonge god en Dracula een bijrolspeler

Dracula (Nicolas Cage) speelt tweede viool in Renfield. Beeld Universal Pictures
Dracula (Nicolas Cage) speelt tweede viool in Renfield.Beeld Universal Pictures

Het is lente! In Cannes bloeit de filmcultuur weer helemaal op, in de bomen piepen de kuikens en in een donkere bioscoopzaal geeft Nicolas Cage een maffe draai aan Dracula.

Bart van der Put

Er lag een kadaver in de bosjes, op een paar meter van het wandelpad. Het was een dramatisch beeld: de mottige kraai lag op de rug met de poten omhoog. Onmiskenbaar morsdood. Het beest had de geest gegeven op een steenworp afstand van de begraafplaats voor mensen. We waren te laat voor de begrafenis: er waren geen soortgenoten in de directe omgeving van het kadaver. De levenden hadden natuurlijk iets beters te doen. De lente was eindelijk losgebarsten, het grote werk aan het nageslacht was in volle gang.

Het was af en toe lastig manoeuvreren met de rollator op het favoriete stuk van de oude wandelroute. Maar het genoegen was groot na weken van stilstand op tweehoog, al was het allicht jammer dat we de teraardebestelling gemist hadden. Vogels versturen geen rouwkaarten naar tweebenige zoogdieren. Wie geluk heeft, stuit toevallig op een verstilde bijeenkomst van kraaien die een dode soortgenoot observeren. Dat ritueel biedt waarnemers volop stof tot nadenken. Wat doen die beesten? Waarom zijn het er zoveel? Waarom zitten ze stil rond die dode?

The Crippled Masters

Mijn eerste kraaienbegrafenis vond ook hier plaats. Het was de aanleiding voor de studie en de dagelijkse gang naar de begraafplaats en de periferie waar sommigen hun territorium hielden. In de zomerhitte van het afgelopen jaar legden twee hoogbejaarde exemplaren het loodje. Ze leefden jarenlang samen bij een bedrijventerrein en misten beiden een voet. Ik noemde ze The Crippled Masters, naar de Chinese kungfufilm uit 1979 waarin een man zonder armen en een man zonder benen samen onoverwinnelijk worden. Hun gevederde navolgers lieten zich ook niet uit het veld slaan. Ze hielden mij op de been toen dat lastig begon te worden.

In tijden van tegenslag, gebreken en rouw biedt de cyclische vernieuwing van de natuur houvast en troost. Ik mis The Crippled Masters en denk nog weleens aan andere markante exemplaren die het loodje legden, maar weet ook dat er anderen voor in de plaats komen. Het duurt een tijd voordat een onderscheidend karakter een beest tot een herkenbaar individu maakt. Een dood beest kun je echter niet meer op basis van het gedrag of karakter herkennen. Ik peins me suf over het mottige kadaver naast de begraafplaats. Wie lag daar in de bosjes?

Het cinefiele bestaan is overzichtelijker, maar begint ook verwarrend te worden. In Cannes sprak de tachtigjarige Harrison Ford op een persconferentie over de digitale verjonging die hij kreeg om de proloog van de nieuwe film Indiana Jones and the Dial of Destiny geloofwaardig te maken. Die verjonging zagen we eerder in de Marvelfilms en de vraag is altijd waar je dan naar zit te kijken. Is de herboren Indiana Jones honderd procent Harrison Ford of draaien anderen ook nog aan de knoppen? Krijgen die digitale verjongers dan wat schaafsel van de Gouden Palm die Ford voor zijn oeuvre ontving?

Manische strapatsen

Beroepsmafketel Nicolas Cage zaait sinds 1988 op eigen kracht verwarring. Hij had toen al tien filmrollen gespeeld, maar kreeg bij de opnamen van Vampire’s Kiss de vrijheid helemaal los te gaan. Het werd een dolle boel waarin Cage zijn talent voor manische strapatsen en geëxalteerd spel optimaal kon uitbuiten. In het scenario was hij een uitgever die na een avontuurtje begint te vermoeden dat hij het bed met een vampier deelde, maar de oorspronkelijke ambivalentie over een besmetting verdwijnt volledig naar de achtergrond. Vampire’s Kiss werd een onverdund maffe Cageshow.

De nieuwe lente brengt deze week een nieuwe Dracula naar de bioscoop en warempel: het is Nicolas Cage. Dat is allicht goed nieuws voor bleke malloten die zich rond begraafplaatsen ophouden, kadavers bestuderen en tijdens het spookuur vampierfilms verslinden. Maar de film heet Renfield en stelt het getergde hulpje van de graaf centraal. Cage speelt een bijrol in een halfbakken komedie die beter door hem gekaapt had kunnen worden, zoals dat bij Vampire’s Kiss gebeurde. Maar een beetje Cage met slagtanden is beter dan niets en hij doet een amusant gevarieerd rondje Dracula, met een ferme knipoog naar zijn beroemde voorganger Béla Lugosi, die in 1931 volle zalen trok.

Er lag een kadaver in de bosjes. Daar hoef je niet naar te kijken, maar het kan geen kwaad om dat wel te doen. De een vertrekt, de ander komt. Dat is het leven van alle tijden. In de bioscoop wordt een man van tachtig een jonge god en Dracula een bijrolspeler. Dat is nieuwlichterij.

Renfield draait nu in de bioscoop, Indiana Jones keert terug op 28 juni.

Wilt u belangrijke informatie delen met Het Parool?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van Het Parool rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@parool .nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden