PlusInterview

De radicale keuzes van Deense schrijfster Helle Helle: ‘Ik doe niet aan research’

Met de romans zij en BOB heeft de Deense Helle Helle (57) een groeiend universum gecreëerd. Daarin staat een meisje uit een klein plaatsje in verschillende levensfases centraal. De vorm is experimenteel én cruciaal. ‘Ik wil dat de taal onderdeel is van het verhaal.’

Marjolijn de Cocq
Helle Helle. Beeld Marcus Brandt/Getty Images
Helle Helle.Beeld Marcus Brandt/Getty Images

Ze was deze week voor het eerst sinds 2008 weer in Amsterdam, de Deense schrijfster Helle Helle. Ze draait aan de grote, zeg maar enorme, gouden ring aan haar linkerhand. Die heeft ze destijds bij een juwelier om de hoek van het Ambassade Hotel gekocht, vlak na de scheiding van haar eerste man, vader van haar nu volwassen kinderen. “Het is een kopie van een ring van Cartier, biechtte de juwelier destijds op.” Ze lacht. “Een echte had ik tóch niet kunnen betalen. Maar het is mijn dierbaarste bezit.”

Ze was de ring een keer kwijt. Vlak voor kerst, alleenstaande moeder, ze had de kinderen net van school gehaald toen ze het merkte. Ze had ze meteen weer in de auto gezet, overal gezocht, niet gevonden. Maar toen ze het kerstgebraad dat ze eerder had voorbereid in de oven wilde zetten, lag de ring op de braadslee.

Een vriendin van haar, dichteres, overleden op haar 58ste, schreef er een gedicht over, vrij vertaald: Verloren juwelen. Helles ogen worden vochtig. “Een opsomming van alle sieraden die ze in de loop der jaren was kwijtgeraakt. En het eindigde met: ‘Maar jij hebt je gouden ring teruggevonden in de rollade’. Mijn ring staat ook voor die herinnering aan haar. Maar waarom vertel ik dit eigenlijk?”

In 2019 verscheen zij, de Nederlandse vertaling van Helles roman de. De titel met kleine letter, de stijl opvallend, want geheel in de tegenwoordige tijd geschreven. Het verslag van een jaar waarin een 16-jarig meisje haar moeder moet verliezen. De ‘zij’, dat zijn de moeder en dochter, een eenheid die uiteen gaat vallen. Maar ‘zij’ zijn ook alle mensen in dat stadje waarin het meisje opgroeit, en de nieuwe mensen die ze ontmoet als ze in de grote stad naar school gaat.

Woning boven garage

Het plaatsje Rødby op Lolland, waar Helle opgroeide, stond model. “Ik had er in eerdere boeken al zoveel over geschreven dat ik er niet weer over wilde schrijven. Maar toen deed ik het tóch weer. Het komt uiteindelijk allemaal uit mezelf voort.”

“Ik verloor mijn moeder toen ik bijna 50 was, dat verlies heeft dit boek wel ingegeven. Ik wist eerst niet hoe de cover eruit zou moeten zien. Maar bij het opruimen van mijn moeders kleren, hoe verschrikkelijk is dat toch, vond ik een sjaal die ze in de jaren zeventig aan het Gardameer in Italië had gekocht.”

Ze streelt de kaft met blauwe, witte, rode en zwarte geometrische vormen: het design van de sjaal, zo is het boek als het ware omarmd door haar moeder. Blauwe strepen en een witte cirkel keren terug op het vorig jaar verschenen BOB, waarin we het meisje als 22-jarige terugvinden in Kopenhagen, met Bob van het feest op de boerderij uit zij. In de eerste zin verhuist Bob (‘en ik met hem’) naar een woning boven een garage in de wijk Vanløse.

En ook hier weer een radicale keuze: de ‘ik’ beschrijft Bobs wereld, niet die van haar en amper die van hen samen. Maar alles wat Bob doet en deed is belangrijk, de drie hoofdletters in de titel staat er niet voor niets zó. De onzichtbare vertelster beschrijft gedetailleerd de dagelijkse situaties, in de korte, precieze zinnetjes waarop Helle het patent heeft en waarbij het echte verhaal zich tussen de regels door laat lezen.

“Ik denk voor ik begin heel lang na over de eerste zin en de laatste zin. En dan denk ik uit hóé ik het boek wil schrijven. Dat is wat me drijft. Het is een experiment, als lopen over een brug en niet weten of je de overzijde zult halen. Maar toch ook het geloof hebben dat dat zal lukken. Ik wil dat de taal onderdeel is van het verhaal, dat is de uitdaging waarvoor ik mezelf plaats. Je ziet dat het een constructie is, maar tegelijk ís dat het verhaal.”

Uit het hart

Helle schrijft spaarzaam. “Niet dat ik dat per se zo heb bedacht, maar ik schijn niet veel woorden nodig te hebben. Ik erger me wel al gauw als ik boeken lees met meer woorden. Wat ik merk is dat ik mijn eigen werk steeds strenger redigeer. A hell of a job.

“Als er woorden zijn die ik te vaak gebruik, of die te dicht bij elkaar staan, moeten die eruit. Elk woord moet precies op de juiste plek. Zoals in BOB: de eerste drie woorden zijn ook de laatste drie woorden, maar dan andersom. Net als zij laat het zich circulair lezen, je kunt als je het uit hebt meteen weer terug naar het begin.”

En ze schrijft nadrukkelijk niet over gevoelens, terwijl elke zin toch een wereld van gevoel oproept. “Al ben ik goed in het herinneren van gevoelens, het is onmogelijk voor mij om ze te beschrijven. Maar ik schrijf vanuit het hart, ik denk dat je dat zo kunt stellen. Ik denk dat ook het meisje er al was voor ik over haar begon te schrijven, ik voel me zo met haar verbonden. Ik bén haar niet, maar ik gebruik mijn herinneringen. Ik moest schrijven over iets wat ik goed ken, ik doe niet aan research.”

Begrepen worden

Helle weet dat haar boeken niet voor iedere willekeurige lezer zijn weggelegd. “Love them or hate them, mijn man zegt dat het goed is als er zo over je werk wordt gedacht. Maar zelf vind ik dat niet zo gemakkelijk. Ik schrijf over personages – nee, geen personages, ze betekenen veel meer voor mij – ik schrijf over jonge mensen die bezig zijn hun weg in de wereld te vinden, die aardig gevonden willen worden. Ze willen zo graag begrepen worden terwijl ze níet worden begrepen. Daarom heb ik de lezer nodig als goede verstaander, voor hén.”

Maar zij en BOB werden juichend ontvangen in eigen land en haar boeken worden inmiddels in meer dan vijftien landen vertaald. De twee boeken vormen de opmaat naar een serie waar ze veel langer mee door denkt te kunnen gaan, met altijd een rol voor het meisje – in verschillende levensfases, op verschillende manieren.

Ze heeft het derde deel voltooid, het speelt in 2013. En het meisje, dan van middelbare leeftijd, heeft de rol van toehoorder – het is vriendin Hafni uit zij die haar verhaal doet.

“Het gaat over een scheiding. Zoals de andere boeken eigenlijk ook gaan over verlies en ergens anders heen gaan, een nieuwe weg zoeken.” Helle draait weer aan haar ring, een gewoontegebaar. Dáárom, zegt ze, zal ze daarover begonnen zijn. Zo in Amsterdam opnieuw geconfronteerd met die scheiding van destijds, toen ze in plaats van zilveren sieraden goud begon te dragen als om zichzelf opnieuw uit te vinden.

Met de onderliggende thematiek van haar boeken en het derde deel waarvan de werktitel zich vooralsnog laat vertalen als Hafni vertelt. “En dan hadden we het over hoe die boeken ieder op zich een cirkel vormen. Symboliek, ik ben er helemaal niet goed in. Maar soms is het er gewoon.”

Grote literaire stem

Helle Helle, geboren als Helle Olsen (Nakskov, 14 december 1965) wordt als een van de grote literaire stemmen van Denemarken beschouwd. Voordat ze in 1993 debuteerde als romanschrijfster schreef ze al gedichten en novelles voor kranten en tijdschriften. Ze ontving onder meer de Grote Prijs van de Deense Academie, de Prijs van de Deense Kritiek, de Per Olov Enquist Award en de oeuvreprijs van de Deense Kunstraad.

zij
Helle Helle
vertaald door Kor de Vries
Querido, €20,99
174 blz.

BOB
Helle Helle
vertaald door Kor de Vries
Querido, €20
173 blz.

null Beeld

Wilt u belangrijke informatie delen met Het Parool?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van Het Parool rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@parool .nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden