PlusAchtergrond

De dancescene na de pandemie: ‘Kleinere Amsterdamse dj’s krijgen nu meer main spots’

null Beeld Sterre Kranenburg
Beeld Sterre Kranenburg

Na een ellenlange sluiting is het nachtleven inmiddels weer een jaar open. Tijdens de coronastop klonk een roep om een nieuwe koers, met meer ruimte voor lokaal, Amsterdams talent. Wat hebben nachtclubs en festivals geleerd, en is er ook echt iets veranderd?

Jari Goedegebuure

Het ging er doldwaas aan toe, een jaar geleden, toen de nachtclubs weer van het slot gingen. Tijdens de coronapandemie stond de sector achteraan in de rij, want dicht op elkaar dansen in een zwetende massa terwijl een heftig virus rondwaart? Dat zag de overheid niet zitten.

Dus was de knaldrang groot toen het eindelijk wél weer mocht: clubavonden en feesten waren in een mum van tijd uitverkocht. Welke dj’s achter de draaitafels stonden, maakte een groot deel van het overwegend jonge publiek nauwelijks uit. Dansen wilden ze, eropuit, nieuwe mensen ontmoeten, verdwijnen in een donkere club.

Net als voor ieder ander was corona een harde klap voor de dancescene, maar ook een tijd voor bezinning. Terwijl het nachtleven tot stilstand kwam, klonk een roep om een andere koers voor wanneer alles weer open zou mogen: meer ruimte en aandacht voor Amsterdamse dj’s en talent, bijvoorbeeld, en zou het niet mooi zijn als het geld dat binnen de sector wordt verdiend eerlijker wordt verdeeld? Zoals een betere vergoeding voor zzp’ers, minder exorbitante uitgaven aan bekende artiesten en dus meer geld en ruimte voor experiment.

Ook de Amsterdamse dj Mary Lake sprak destijds die wens uit. Maar is er naar haar idee sinds de heropening ook iets veranderd? “Er is meer ruimte voor lokaal talent, en dan doel ik vooral op kleiner lokaal talent.” Een goed voorbeeld volgens haar is De School, de nachtclub die in september de deuren heropende twee jaar na zijn tumultueuze einde. “Zij zetten echt kleinere namen in de club neer, terwijl die vroeger alleen een kans kregen in de tuin. Nu hebben ze meer main spots.”

De concurrentie is groot

Het is in meer Amsterdamse clubs duidelijk beleid om lokale artiesten een podium te bieden. Zo heeft Radion in Nieuw-West er een heel concept omheen gebouwd, Local Night Radion, en krijgen jonge organisaties die hun oorsprong vinden in het illegale ravecircuit er veelvuldig een plek om stappen te maken in het legale clubleven. En ook in de programma’s van Garage Noord en Skatecafé zijn jonge Nederlandse artiesten goed vertegenwoordigd.

“Er is veel talent hier,” zegt Mary Lake. “Ik denk dat veel clubs hen eigenlijk altijd al wilden boeken, maar dat ze bang waren dat ze dan niet genoeg bezoekers zouden trekken.” De concurrentie in Amsterdam is namelijk hevig: er is momenteel een relatief groot aanbod aan clubs. “Na de pandemie durfden ze dat risico wel te nemen, want mensen kwamen toch wel.”

null Beeld Sterre Kranenburg
Beeld Sterre Kranenburg

Voor Lofi, bij Sloterdijk, was dat niet per se de reden dat lokale dj’s veelvuldig een plek krijgen, zegt Jaap Mutsaers. Voor de programmeur is het simpel: talent moet draaiuren maken, zoals een voetballer moet voetballen. “Daarom geven wij ze een plek. In de veilige omgeving van een club kunnen experimenteren, dat is een belangrijke factor in een carrière.”

Dat andere clubs ook meer Nederlandse artiesten boeken, maakt volgens hem geen verschil. “We zijn niet zo bezig met wat onze collega’s doen. Natuurlijk hou je ze wel in de gaten: wat leeft er in de stad? Maar het limiteert je ook als je je daar te veel op richt. Je moet altijd uitgaan van je eigen kracht. Dat geldt ook voor artiesten: je bent in Amsterdam, dus is je lokale talent ook de kracht van de stad.”

Grote namen

Festivals begeven zich op een heel ander speelveld. Bij Zeezout, dat ieder jaar plaatsvindt in de Tuinen van West, houden ze wel degelijk rekening met het aandeel Nederlandse artiesten, zegt mede-oprichter Stijn Ceelen. “We proberen juist ook kleinere artiesten op goede slots te programmeren om hen de kans te geven meer peaktime te draaien, maar soms verliest die zijn of haar slot uiteindelijk toch. We moeten als festival een bepaalde sterkte van de line-up hebben. Ja, om de kaarten te verkopen.”

Kaartverkoop is belangrijker voor een festival: in één tot hooguit drie dagen moet het geld worden verdiend. Een club is elke week twee avonden open en kan een week later een mindere avond compenseren. Ceelen: “Tienduizend bezoekers trekken, dat is voor een festival niet mogelijk met alleen maar lokale artiesten. Vanwege die financiële belangen hebben we op belangrijke slots toch vaak de grotere, meestal buitenlandse artiesten nodig. Daarbij is een festival veel duurder. Bezoekers betalen flink en verwachten van ons dan ook juist die grote namen. Uiteindelijk gaat het om de juiste balans.”

Bij het grotere DGTL, dat dit jaar weer drie dagen neerstrijkt op de NDSM-werf, is het geen strategie geweest om na de pandemie minder headliners te boeken. “We zijn een groot festival en de programmering moet een goede representatie zijn van verschillende sounds binnen het house- en technospectrum,” zegt directeur Ellen Evers. “Nederlandse artiesten zijn daarbij ook belangrijk: we houden heel goed in de gaten dat ze op onze evenementen staan. Onze podia worden standaard geopend door lokaal talent. Een deel van hen is de afgelopen jaren aangehaakt bij de internationale (sub)top, zoals Carista en Elias Mazian. Zij krijgen nu dan ook prominentere tijdslots.”

De nacht is jong

Misschien wel de grootste verandering in het dancelandschap is het publiek, zo onderschrijft vrijwel iedereen in de sector. Een deel van de ‘oude’ clubbers is afgehaakt: ze kregen kinderen tijdens de pandemie of merkten dat een gezond, regelmatig leven toch wel zijn voordelen heeft. In hun plaats is een hele nieuwe generatie gekomen: jong en gretig, die voor het eerst uitgaat.

Dj Mary Lake voelde zich ineens ‘zo oud’ toen ze bij haar eerste gig na de pandemie aankwam. “Deze mensen waren zestien of achttien toen covid begon. De techno die ze kennen, komt van Tiktok: snoeihard en heel snel. En het heeft een bepaalde fashion: een zonnebrilletje, een bepaalde broek. De ravecultuur waarmee ik ben opgegroeid kennen ze niet.”

Muzikaal moet deze generatie nog een beetje worden opgevoed: de immense verscheidenheid van elektronische muziek kennen ze nog niet. Hoe meer iemand uitgaat, hoe meer verschillende stijlen ze doorgaans leren waarderen. “Veel van die jonge clubbers komen na een set naar me toe: wat vet, dit kende ik nog niet, wat is dit? Dat is wel leuk om te merken: I’m really educating the people.

null Beeld Sterre Kranenburg
Beeld Sterre Kranenburg

Gevolg van het veranderde publiek is dat een deel van de clubs en organisaties van de oude garde moeite heeft met het binden van nieuwe aanhang. En sommige artiesten die voor de pandemie relevant waren, zijn compleet van het toneel verdwenen.

Niels Modderkolk van boekingskantoor Meanwhile wil ook de positieve kant benadrukken. “Tijdens de crisis heeft een groot aantal artiesten hun tijd positief besteed. Zij hebben hard gewerkt in de studio en kansen benut in landen die wel ‘open’ waren, waardoor hun populariteit hard is gegroeid. Bij ons is dat bijvoorbeeld Chris Stussy: hij is in de housescene inmiddels een wereldster.”

Veiligheid en diversiteit op de dansvloer

Ook nieuw sinds de pandemie: er is nu sectorbreed veel meer aandacht voor waarden en normen. “Veel clubs hebben een awarenessteam opgericht (daar kunnen bezoekers terecht als ze iets vervelends overkomt, red.) om de veiligheid op de dansvloer te vergroten,” zegt Modderkolk. “En er is veel meer aandacht voor inclusiviteit.”

Voor de pandemie was het aandeel vrouwen op line-ups al een belangrijk onderwerp, maar nu gaat het ook veel over ruimte voor artiesten van kleur. “De Black Lives Matter-protesten vonden ook tijdens de pandemie plaats, die hebben veel impact gehad op de scene,” beaamt Ceelen van festival Zeezout.

Het thema diversiteit staat daardoor hoog op de agenda van clubs en festivals. “Als je wilt dat er meer kansen voor iedereen komen, moet je zelf beginnen met het creëeren van die kansen. Iedereen is zich daar sinds de BLM-protesten meer bewust van, zowel de bezoekers als de organisaties en artiesten.”

Wilt u belangrijke informatie delen met Het Parool?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van Het Parool rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@parool .nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden