Coosje Wijzenbeek (1948-2021): de viooldocent van ontelbare talenten

De lijst met namen van violisten en altviolisten die les van haar kregen is schier eindeloos. Sommigen ervan kwamen terecht in het Concertgebouworkest (Joël Waterman, Annebeth Webb), of bij andere orkesten (Carla Leurs, Hebe Mensinga), weer anderen ontwikkelden een mooie solo-carrière of zijn daar nog volop mee bezig (Rosanne Philippens, Lisanne Soeterbroek, Noa Wildschut), nog weer anderen belandden in een strijkkwartet (Rosa Arnold van het Ragazze Kwartet) en weer een ander haalde zelfs de absolute wereldtop (Janine Jansen).

Allemaal spraken ze met grote liefde over Coosje Wijzenbeek, die donderdag onverwacht op haar 72ste is overleden.

Paplepel

Soms valt de appel inderdaad niet ver van de boom. Wijzenbeek was de dochter van een violiste en vioolpedagoge, de in 2011 overleden Greet Wijzenbeek-Vlietstra, die haar naar Frits Knol stuurde, die les gaf aan het conservatorium in Utrecht en naar Davina van Wely, de beroemde pedagoge in Amsterdam.

Een schitterende solocarrière kwam niet echt van de grond. Die ambieerde ze ook niet. Ze ging vedel spelen in het oudemuziek-ensemble Studio Laren, waarmee ze verschillende platen maakte, en was een jaar onderdeel van het Radio Filharmonisch Orkest, maar ze wist toen al dat haar voorland in de pedagogie lag. Haar specialisatie: jeugdige toptalenten van 4 tot 18 jaar, die ze bijbracht dat een echte loopbaan als violiste pas succesvol kan zijn als je je daar vol overgave in stort.

Panklaar talent

Ze leerde haar pupillen streng voor zichzelf te zijn, en gedisciplineerd, maar altijd vanuit liefde voor de muziek en het instrument. Wie dat niet kon opbrengen, mocht naar een andere leraar op zoek gaan.

Ze liet haar leerlingen behalve solisten ook zo veel mogelijk in ensembles spelen, van strijkkwartet tot haar eigen strijkorkest de Fancy Fiddlers, waar iedereen kon ervaren dat orkestspel betekende dat je naar elkaar (en naar jezelf) luisterde en dat je alleen verder kwam met de juiste zelfkritische houding.

“Ik heb nog nooit een panklaar talent op de stoep gehad,” zei ze een paar jaar geleden in Podium Witteman. Met andere woorden: er moet altijd hard gewerkt worden. “Maar,” onderstreepte ze, “ je moet het altijd doen vanuit het genieten en dan komt de rest vanzelf. Of niet.”