Theodor Holman. Beeld Artur Krynicki
Theodor Holman.Beeld Artur Krynicki

We kijken naar geluk waarvoor ze later zullen worden gestraft

PlusTheodor Holman

Theodor Holman

Stel, wij raken in oorlog.
Jongens en meisjes worden opgeroepen om te dienen.
Elke dag wordt Amsterdam gebombardeerd, de Bijenkorf wordt geraakt en een afzwaaier komt neer op het Rijksmuseum.
Gaat het dan nog over asielzoekers die buiten moeten slapen? Maken we ons dan nog druk of de juf voor de klas ‘hallo jongens en meisjes’ of ‘hallo allemaal’ moet zeggen? Gaan betrokken medeburgers zich dan nog vastlijmen aan de Zonnebloemen van Van Gogh omdat ze zich zorgen maken over het klimaat?

Zo’n oorlog kan in een paar dagen ontstaan door een vergissing of een merkwaardige ideologie die opeens postvat omdat men geen alternatief weet.

Kunnen we dat aan? Geestelijk, bedoel ik. Wij, gewone burgers. Hoe gewoon zijn wij burgers nog?

Zijn we net zo gewoon als tien jaar geleden? Als twintig jaar geleden? We gebruiken het woord ‘gewoon’ omdat ‘normaal’ onbruikbaar is geworden.
Niets en niemand is meer normaal. ‘Gewoon’ mag nog net.
Maar het woord dateert nogal snel.
We proberen onszelf er normaal mee te verklaren. ‘Zo zijn we gewoon.’

Wat als oorlog straks gewoon is?
Is dat gewoon?
Verandert ons denken dan?
Kunnen mijn hersens dan worden gevuld met de problemen die we nu hebben?

Mijn ouders hebben nooit de oorlog uit hun kop gekregen. Psychiaters probeerden tevergeefs hun hoofden te legen. Maar de duistere mist verdween niet.
Ze waren constant bang voor een nieuwe oorlog.
Hebben ze die angst in mij geplant?

Zou best kunnen.

Er kwam een vreemde tegenstrijd aan de oppervlakte; ze waren bereid hun angst voor een oorlog te bestrijden met wapens. Ik moest in dienst om tegen communisten te vechten en uit puberaal verzet werd ik communist.

Via Telegram krijg ik elke dag vele, vele oorlogsbeelden uit Oekraïne en ik probeer de artikelen te lezen in de verschillende buitenlandse kranten. Zeggen ze iets over de toekomst?

Heeft dat zin?
Hoe zag de toekomst van Oekraïne er voor de oorlog uit?
Hoe ziet hun toekomst er nu uit?

Het lot en de toekomst hebben een incestueuze verhouding met elkaar. Het is onvoorspelbaar wat ze baren.

Met de kleinkinderen bekijk ik weleens de paar foto’s die ik bezit van mijn ouders in Indië in 1941. We kijken dan naar geluk waarvoor ze later zullen worden gestraft. De gedachten aan dat geluk maakten mijn ouders verdrietig; de gedachten aan de toekomst maakte angstig. Ze zaten gevangen in de vrede. Dus dan zwijg je.

Theodor Holman (1953) is columnist, schrijver, televisie- en radiomaker. Elke dag, uitgezonderd zondag, lees je hier zijn column. Lees al zijn columns terug in het archief.

Reageren? t.holman@parool.nl.

Wilt u belangrijke informatie delen met Het Parool?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van Het Parool rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@parool .nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden