Van een minister verwacht je meer, Hugo de Jonge
PlusLale Gül
“Wat vind jij van de ophef?” vroeg ik aan een vriend.
Ik legde hem uit dat op Instagrampagina Politieke Jongeren veel mensen boos waren op Hugo de Jonge vanwege zijn ietwat banale repliek op een jonge vrouw die tijdens een optreden van hem haar grieven uitte over de woningmarkt: “Ik heb geen studieschuld, aardig wat spaargeld en ouders die garant staan en zelfs ik kan niet in m’n eentje een koopwoning krijgen,” beklaagde ze zich bij de minister.
“Heb je al aan een rijke vriend gedacht?” reageerde hij.
Die opmerking had hij beter kunnen inslikken, want de reacties onder deze video liegen er niet om: de meest gelikete comments waren: ‘Besef dat dit de houding is van de mensen die over ons regeren!’ En: ‘Zou hij dit ook tegen z’n eigen dochter zeggen?’ En: ‘Vrouwmens, heeft u al geprobeerd afhankelijk te zijn van een man?’
Ik kon die verontwaardiging goed begrijpen.
“Ah joh, dat is toch gewoon een vaak gemaakte grap? Weet je wel hoe vaak mijn moeder dat soort dingen zegt tegen m’n zus?” zei de vriend.
“Ja, maar jouw moeder is niet de minister van Wonen, het is gewoon misplaatst,” zei ik.
“Dus als je minister bent, mag je geen grappen meer maken die iedereen maakt?”
“Je mag alles, het is alleen misplaatst en bovendien niet grappig.”
“Dat is subjectief.”
“Wat grappig is, is dat iemand uit een christelijke partij in feite een vrouw aanraadt om zich te prostitueren voor geld,” zei ik.
“Ach, iedereen is zo serieus, laat die man een grap maken. Hij is vast daarna serieus op de vraag ingegaan, toch? Daar gaat het toch om?”
“Nee, het is seksistisch. Hij zou dit nooit zeggen als het een man was die de vraag stelde,” zei ik.
“Hoezo niet? Dat weet je niet, hoor. Het is tegenwoordig heel normaal dat mannen ook dit soort grapjes en opmerkingen kunnen maken over het vinden van een rijke vrouw. Het is 2023, genoeg mannen die minder dan hun vrouw verdienen,” zei hij.
“Ik betwijfel het,” zei ik. Met daarna: “Stel dat hij nog minister was van Volksgezondheid en iemand klaagt over te dure diabetesmedicijnen of zo, en dan maakt hij een grap met de strekking: ach, dan amputeer je toch dat been, kun je ook niet meer met het verkeerde been uit bed, dan zou dat toch ook niet kunnen?”
“Nou ja, een grap is een grap, dat brengt luchtigheid in het leven. Het hoeft niet jouw humor te zijn en het is misschien niet helemaal handig in die positie, maar ik blijf erbij: die boosheid is ook misplaatst. Had mijn moeder ook kunnen zeggen. Van mij hoeft hij niet onder de guillotine,” zei hij.
“Je verwacht van een minister meer dan wat normaal is onder het normale volk,” zei ik.
“Ministers zijn ook maar mensen, Hugo de Jonge was een basisschoolmeester, geen filosoof,” zei hij.
Ik zuchtte en keek voor me uit. Dat is nog waar ook.
Lale Gül schrijft elke week een column voor Het Parool. Lees al haar columns hier terug.
Reageren? l.gul@parool.nl