Opinie
‘Thuisstudie, van mij mag het zo blijven’
Het ‘oude normaal’ van studeren was inefficiënt, langzaam en hard aan vernieuwing toe, stelt student Caroline van Sprang.
Vanuit huis studeren is zo gek nog niet. Ik freelance me tegenwoordig door mijn studie heen. Studeren waar en wanneer ik wil, zoals het mij uitkomt. Opgenomen hoorcolleges en artikelen met wetenschappelijk gebabbel, only on my terms.
Nog nooit eerder was ik zo in charge, leerde ik zo snel. En nog nooit eerder genoot ik zó van mijn studentschap. Niks kuddelopen naar de uni, niks zeurende tussenuren en afleidend geklets in de collegezaal. Doei verspilde en onproductieve uren. Van een student concentratie verwachten tijdens de afterlunchdip is gewoon achterhaald.
En: het hoeft nu niet meer. Daardoor heerst er in mijn kamer ultieme focus. In de ochtend, als heel Amsterdam nog slaapt. Of na een rondje parkslenteren. Geen professor die zijn of haar schema er in de oude situatie op zou aanpassen.
Wel heb ik één verplicht uur in de week. Het gevoelsmatige ‘verantwoording aan je werkgever afleggen’-momentje. 60 minuten lang word ik geacht om naar mijn medestudenten te luisteren, naar presentaties en vragen. Mijn ultieme focus verdwijnt. Tientallen hoofden bewegen in kleine vierkantjes. Gebiologeerd kijk ik naar ze, het liefst zonder geluid. Verveelde blikken, een enkeling ligt in bed. Gisteren spotte ik een neuspeuteraar.
“Maar mis je dan niet het sociale aspect van studeren?” vragen mensen soms. “Nee, eigenlijk niet,” zeg ik dan heel cool. Had ik niet zo veel leuke mensen om me heen, zou ik anders reageren. En leed ik aan een disciplinemangel, schreef ik een ander stuk. Maar mij gaat het gemakkelijk af.
Ga eropuit!
Dat is niet bij iedereen zo. Sommige studenten sluiten zich dagenlang op in hun kamer. Hun mentale gezondheid gaat achteruit door het thuis studeren. Ga eropuit, kamerzitters! En dan bedoel ik niet alleen demonstreren. Zoek ‘het sociale aspect’ van het studeren elders. In studentenverenigingen en sportclubs.
En de discipline, tja, een kwestie van ‘gewoon even doen’. Dat het allemaal ‘even wennen is’ wil ik niet meer horen. Ik ben gewend en als het aan mij ligt, blijft het zo. Het vorige systeem was inefficiënt, langzaam en was nodig aan vernieuwing toe. Dus volgens mij is dat ‘even wennen’ pure projectie.
Caroline van Sprang, student bestuurs- en organisatiewetenschappen aan de Vrije Universiteit.