Opinie
Opinie: ‘Beter omgaan met burgers begint bij koesteren lokale tegenstem’
De Haagse belofte van een nieuwe bestuursstijl kan niet zonder lokale hulp, vinden Scott Douglas en Arre Zuurmond. Bij herstel van vertrouwen in de overheid is het gemeentehuis nodig.
Naar aanleiding van de toeslagenaffaire wordt op het Binnenhof druk gesproken over het ‘herstel van vertrouwen’ en de terugkeer van ‘de menselijke maat’ in het overheidsbeleid. Nu wordt vooral gekeken naar de rol van de landelijke politiek en landelijke uitvoeringsorganisaties als Belastingdienst, Sociale Verzekeringsbank en UWV. En dat is belangrijk, want op nationaal niveau valt veel te winnen.
Even belangrijk is hoe het Binnenhof zich gedraagt naar lokale overheden. Een belangrijk deel van het beleid – van veiligheid en elektrische laadpaal tot jeugdzorg en uitkering – komt uiteindelijk aan bij de burgers via het gemeentehuis. En veel van de pijn en frustratie die burgers lokaal voelen begint bij besluiten in Den Haag.
Fouten voorkomen
Het Binnenhof kan op verschillende manieren werken aan het herstel van vertrouwen in de overheid via de gemeenten. Koester de gemeenten als tegenmacht. Niet alleen het parlement, maar ook decentrale overheden hebben een cruciale tegenstem in de uitvoering van beleid. Burgemeesters die niet klakkeloos coronamaatregelen overnemen of gemeenten die experimenteren worden weggezet als inconsistent of eigenwijs, maar kunnen juist zorgen dat fouten worden voorkomen.
Bij de toeslagenaffaire gingen verschillende gemeenten niet blind mee met de Belastingdienst in het aanmerken van deze ouders als fraudeurs. Hierdoor bleven deze ouders recht houden op lokale hulp, waardoor de pijn iets verzacht kan worden. Koester die tegenstem.
Laaggeletterdheid
Geef meer geld aan gemeenten, maar vooral meer ruimte. Voor bijvoorbeeld de jeugdzorg hebben gemeenten simpelweg meer geld nodig om het werk goed te doen, maar even belangrijk is dat dit geld zonder kleine lettertjes vanuit Den Haag komt. Voor laaggeletterdheid willen gemeenten bijvoorbeeld hun budgetten slim combineren met de aanpak van gezondheid, arbeid en schulden. Geef hiervoor alle ruimte. En geld voor de aanpak van radicalisering gaat tot nu toe per jaar naar gemeenten, terwijl lokale en landelijke professionals weten dat het probleem niet in twaalf maanden is opgelost. Al die schotten en kortetermijnplanningen leiden tot doorverwijzingen en deadlines voor burgers.
Geef verantwoordelijkheid, maar ook vrijheid aan gemeenten. Net als het geld komen overheidstaken vanuit Den Haag vaak aan bij gemeenten met een bijsluiter vol knellende bepalingen. Hierdoor is er geen ruimte voor de menselijke maat of het lokale oordeel. Zoals bij de kostendelersnorm, die bepaalt hoe hoog een uitkering mag zijn op basis van het aantal volwassenen op een adres. Lokale ambtenaren weten vaak goed welke problemen spelen en welke maatregel passend is voor een huishouden, maar de nationale regels geven geen ruimte. Dat leidt tot onnodige, schrijnende gevallen.
Onbegrijpelijke brief
Ga niet schuiven met schuld. In een formatie wordt vaak gekwartet met overheidstaken. Als lokaal beleid niet werkt gaat het naar de landelijke overheid, en andersom. Maar de burger kan het niet schelen of die onbegrijpelijke brief van een ministerie of uit het stadhuis komt. De Omgevingswet laat bijvoorbeeld zien dat nationaal, regionaal en lokaal bestuur van elkaar afhankelijk zijn. Overheden moeten dus vooral samen aan de bak.
Dit alles betekent dat lokale, regionale en landelijke volksvertegenwoordigers samen moeten werken bij het ontwikkelen van beleid en vooral samen moet volgen hoe de uitvoering loopt. Net zoals wij dat als toezichthouders vaker samen moeten doen. En dan niet om te kijken welke bestuurslaag de schuld moet krijgen, maar om samen het vertrouwen van burgers te verdienen.