Interseksuele mensen? We weten meestal niet eens van hun bestaan
PlusKarin Spaink
Er zijn allerlei lichamelijke condities die maken dat iemands anatomie, endocriene systeem en chromosomen niet samenvallen. Er zijn mensen die genetisch XXY zijn. Ze zijn anatomisch man, maar reageren niet op testosteron, waardoor hun lichaam zich vrouwelijk ontwikkelt. Je hebt ook mensen met het XX-chromosoom die een overvloed aan testosteron produceren, mensen met een gemengd XX/XX-chromosoom, mensen met XO-chromosomen en mensen met ambivalente geslachtsorganen.
Al die mensen worden ‘interseksueel’ genoemd, hoewel de verschillen groot kunnen zijn. In het ene geval heb je fysiek nergens last van, in het andere moet je je lichaam ondersteunen met hormonen en soms zijn operaties nodig, bijvoorbeeld om goed te kunnen plassen. Bij mensen met het androgeenongevoeligheidssyndroom – genetisch mannelijk, anatomisch vrouwelijk, want ongevoelig voor androgeen – worden de testis, die niet indalen, meestal verwijderd vanwege een verhoogd risico op teelbalkanker.
Wat mij mateloos verbaast is hoe weinig bekend deze gevarieerde groep mensen is. Volgens behoudende berekeningen omvatten de acht meest bekende interseksuele condities bij elkaar zo’n 1,7 procent van alle mensen; brutalere schattingen lopen op tot 4 procent. Maar laten we het op die voorzichtige 1,7 procent houden.
Dat vindt u wellicht niet veel. Maar vergelijk het eens met andere chromosomale of genetische verschijnselen die als afwijking te boek staan, en bedenk hoeveel aandacht daarnaar uitgaat: per miljoen kinderen zijn er 4 Siamese tweelingen, 1000 met down, 1400 met een hazenlip en 17.000, in enigerlei vorm of mate, interseksueel.
Iedereen weet wat een Siamese tweeling is, al zijn die hoogst zeldzaam. Iedereen kent wel iemand met een hazenlip, of met down. Maar interseksuele mensen? We weten meestal niet eens van hun bestaan. Je hoort zelden van hen, je leest amper over hen, zwangerschapsboeken en -cursussen noemen hen nooit. Het besef dat mensenlichamen ambivalenter kunnen zijn dan jongetje of meisje, man of vrouw, lijkt volledig non-existent. Het lijkt warempel een taboe: iets dat de cultuur koste wat kost verzwijgt.
Kinderen die interseksueel zijn, krijgen vaak al vroeg hormonen en worden geopereerd om hun lichaam ‘te corrigeren’. Vaak buiten hun weten om: de Volkskrant had vorige week een gesprek met een vrouw die pas op haar negentiende te horen kreeg dat ze interseksueel was, die al die tijd stiekem hormonen kreeg toegediend (het waren ‘vitaminepillen’), en bij wie, zonder dat ze daarover werd ingelicht, tijdens de teelbalverwijdering op haar 25ste ook haar clitoris werd weggehaald.
Iedereen die hecht aan het recht op lichamelijke integriteit, zou zich op zijn hoofd moeten krabben bij zulke verhalen. Veel volwassenen wier lichaam zonder hun medeweten, laat staan hun instemming, als kind is gecorrigeerd, houden daar de rest van hun leven last van. Ze worden gemangeld door ons taboe.
Karin Spaink schrijft elke week een column voor Het Parool. Lees al haar columns hier terug.