Theodor Holman. Beeld Artur Krynicki
Theodor Holman.Beeld Artur Krynicki

‘Ik ben een hart dat klopt, maar dat het klopte heeft geen zin gehad’

PlusTheodor Holman

Theodor Holman

“Grappig,” zei de Russische soldaat tegen zijn kameraad.

“Wat vind je grappig?”

“Dat we weten dat we vandaag doodgaan.”

De kameraad keek hem even verschrikt aan.

“Hoezo?”

“We weten dat we kanonnenvlees zijn. Sterven we vandaag niet, dan morgen, of overmorgen. Maar ik denk vandaag.”

De kameraad zweeg. Hij wist dat het waar was.

“We kunnen vluchten.”

“Dan worden we neergeschoten. En waar zouden we heen moeten?”

“We kunnen ons meteen overgeven.”

“Dat heeft geen zin. We worden door al onze eigen mensen in de gaten gehouden. Die schieten ons ook meteen neer als ze ons met een witte vlag zien.”

“Wat ben je dan van plan te doen?”

De soldaat hield zijn mond. Hij keek naar de lucht en zei toen: “Ik denk de hele tijd: dit was mijn leven. Maar wat was mijn leven? Ik ben een hart dat klopt, maar dat het klopte heeft geen zin gehad, ik kan denken, maar wat heb ik nu aan mijn gedachten, ik heb geleerd... Maar wat heb ik nu aan kennis?”

Z’n kameraad luisterde niet echt. Hij zei alleen maar: “Als ik hier uitkom, ga ik alleen maar neuken.”

“En als je er niet uitkomt?”

“Dan kom ik in de hemel.”

“En wat ga je daar doen?”

“Ik ga naar het eerste bordeel dat ik daar tegenkom!”

De soldaat lachte en knikte. Het geluid van granaten en kogels werd steeds luider.

“Waarom geeft onze president, voor wie wij vechten, die niet onze vijand is, maar onze leider, ons de doodstraf terwijl we onschuldig zijn?”

“Denk dit niet. Je kunt beter aan de hemel denken.”

“De hemel... Daar was ik twee maanden geleden nog.”

“Je weet wel wat ik bedoel. Het moet daar heel mooi zijn.”

“Maar wat als er geen hemel is?”

“Dan is er niets. Is toch ook goed?”

“Vind jij het dan niet erg dat je gaat sterven?” vroeg de soldaat.

“Niet als ik in hemel kom, hahaha...”

Het onweer van de oorlog werd luider en luider. Het zou niet lang meer duren.

“Weet je waar ik zin in heb?” vroeg de kameraad.

“Nee,” zei de soldaat, en hij begon op de vermeende vijand te schieten. Of hij iets raakte kon hij niet eens zien.

“In kersentaart,” zei de kameraad. “Mijn moeder maakte heel vaak kersentaart. Als er tenminste kersen waren, en...”

Toen werd hij getroffen.

“Kersentaart,” dacht de soldaat, waarom zou hij...”

En toen werd hij getroffen.

Theodor Holman (1953) is columnist, schrijver, televisie- en radiomaker. Elke dag, uitgezonderd zondag, lees je hier zijn column. Lees al zijn columns terug in het archief.

Reageren? t.holman@parool.nl.

Wilt u belangrijke informatie delen met Het Parool?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van Het Parool rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@parool .nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden