PlusJessica Kuitenbrouwer

Hot op de Wallen: het elleboogkapje

Jessica Kuitenbrouwer
Jessica Kuitenbrouwer. Beeld Artur Krynicki
Jessica Kuitenbrouwer.Beeld Artur Krynicki

Een grote groep fitte jongens met opgeschoren kapsels en verbrande nekken loopt over de Kloveniersburgwal. De voorste heeft twee bandjes om zijn arm, een boven zijn elleboog en een eronder. Op het gewricht rust een stukje witte stof – het lijkt wel een verbandje. Ik registreer het en sta er verder niet bij stil (kleine verwonding op vakantie, kan gebeuren), maar dan zie ik dat hij niet de enige is met een verbandje. Vier van de zeven jongens lopen met een identiek accessoire om hun arm. Eerst denk ik nog dat ze matchende tatoeages hebben laten zetten, maar als ik even met ze oploop zie ik dat het geen verband is, maar dat de jongens mondkapjes om hun ellebogen hebben.

In de binnenstad kun je niet meer om het mondkapje heen. Niet alleen ben je verplicht er een te dragen op de Wallen en zijn ze dus definitief deel geworden van ons straatbeeld, ook zijn ze hier in de buurt inmiddels een belangrijk handelsobject. Bijna alle slimme winkeliers en modehuizen hebben in relatief korte tijd de productie of inkoop van het mondkapje flink opgeschaald. Boetieks verkopen ze in mooie prints, vernuftig afgewerkt met knappe stukjes lint, tabakswinkels hebben de wegwerpvariant buiten tussen de ansichtkaarten in het rek hangen – er is bijna geen paspop of buste meer te vinden die géén mondkapje voor heeft.

Maar dat het mondkapje omnipresent is geworden, betekent nog niet dat dat ook op de manier is die het gemeente­bestuur voor ogen had. En dat brengt me terug bij het elleboogkapje. Het overgrote deel van het verkeer op de Wallen heeft inderdaad een mondkapje bij zich, maar vrijwel niemand benut het object daadwerkelijk effectief als aerosolen­barrière. Mensen houden het in hun hand, steken het bij zich in borst- of kontzak en bewegen verder zorgeloos door de stad.

Dat men het mondkapje niet actief gebruikt is niet iets waar ik het mee eens ben, maar wel iets wat ik me voor kan stellen. Wat ik echter niet begrijp is waarom je het mondkapje vervolgens om je elleboog zou dragen als je broekzakken hebt, of er desnoods ook een voorhoofdkapje of een met-één-lus-aan-je-linker-oorkapje van kan maken.

Toch zie ik steeds vaker jongens met die maffe elleboogkapjes over straat lopen. Ik besluit er een aan te spreken en hem te vragen naar het nut van deze dracht.

“Well if I have to sneeze in the inside of my elbow now… it’s gonna catch the germs for me there, innit?” antwoordt de bijdehante twintiger met fonkelende oogjes.

Jessica Kuitenbrouwer (1993) is schrijver, ­columnist en audioproducer. Ze schrijft deze zomer over haar leven in de binnenstad.

Wilt u belangrijke informatie delen met Het Parool?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van Het Parool rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@parool .nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden