Marjolijn de Cocq. Beeld Artur Krynicki
Marjolijn de Cocq.Beeld Artur Krynicki

Had meneer Sanders dit maar kunnen lezen

PlusMarjolijn de Cocq

Marjolijn de Cocq

Wat jammer, dacht ik bij het lezen van de histo­rische roman Willem die Madoc maakte, wat jammer dat meneer Sanders dit niet meer kan lezen. Willem die Madoc maakte, de titel is door schrijver Nico Dros ontleend aan de woorden ‘Willem die Madocke maeckete’ waarmee de verder ­anonieme auteur van Van den Vos Reynaerde zich bekend maakte in de beginregel van het dierenepos. In zijn raamvertelling geeft Dros het woord aan de Vlaamse mediëvist Willem

De Reuvere, die een verzamelhandschrift uit de 13de eeuw in handen heeft waarvan hij vermoedt dat het van de bewuste Willem is, en een verborgen kortschrift dat hij niet kan ontraadselen. Het inspireert hem tot het schrijven van een roman waarin hij, met terzijdes over het schrijfproces zelf, het leven van deze Willem herschept.

Ik weet zeker dat meneer Sanders ervan gesmuld zou hebben, mijn oude docent Nederlands in Apeldoorn. Hij overleed in februari van dit jaar op 91-jarige leeftijd. Op 22 september 2018 kreeg ik nog een keer les van hem, ik had me door oud-klasgenoten Teun en Peter laten overhalen naar de reünie te komen ter gelegenheid van het 105-jarig bestaan van het Stedelijk Gymnasium. Nu realiseer ik me dat hij ongeveer mijn leeftijd had in de jaren dat hij ons met on­gebreideld enthousiasme warm wist te maken voor Nederlandse literatuur, aan de hand van de Literatuur geschiedenis en bloemlezing deel I & II van H.J.M.F Lodewick. Zijn aanstekelijkheid was zelfs op hoge leeftijd nog niet verminderd – terwijl ik in een bericht uit de Stentor over zijn overlijden lees dat juist in dat jaar zijn gezondheid begon te verslechteren.

Nooit vergeten, de lessen waarin hij ons Tanchelijn, kroniek van een ketter liet lezen, de toneeltekst van Mulisch uit 1960. Dat deden we met kennelijke gretigheid – in ieder geval ik. ‘Ik had heel even de vrouwelijke rol Gythe,’ schreef ik in 1982 in mijn dagboek, ‘en Tanchelijn werd gelezen door Jan-Maurits, en ik moest telkens zeggen dat ik van hem hield en dat ik een kind verwachtte van hem enzo. Wel leuk dus.’

Bij onze eindexamenstunt in 1985 overvielen we de docenten met een tribunaal. Meneer ­Lodder (Duits) moest verantwoording afleggen voor zijn sandalen en de geitenwollen sokken die hij bij regenachtig weer tijdens de les op de verwarming te drogen legde. Mevrouw Buwalda (Latijn) lieten we in ‘toga’ gehuld rondparaderen met een ‘amfora’ op haar hoofd. Wat lieten we meneer Sanders doen? Ik heb het niet genoteerd, maar hij staat met een grote grijns op de foto achter mevrouw Buwalda.

Wat jammer dat hij Willem die Madoc maakte niet meer kan lezen. Wat jammer, ook, dat ik hem nooit heb verteld hoe belangrijk hij voor me is geweest.

Marjolijn de Cocq schrijft elke week een column voor Het Parool. Lees al haar columns hier terug.

Reageren? m.decocq@parool.nl

Wilt u belangrijke informatie delen met Het Parool?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van Het Parool rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@parool .nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden