PlusReportage
Woningen staan langer in de verkoop in Amsterdam: ‘Stukken moeilijker geworden’
Zaterdag was de jaarlijkse Open Huizendag, waar huizenverkopers en potentiële kopers bij elkaar worden gebracht. Dat is nodig, want de woningmarkt lijkt iets af te koelen. ‘Een woning staat gemiddeld drie tot zes maanden te koop.’
Een beetje afwachtend staat Dirk Terhenne (40) in de deuropening van zijn woning aan de Transvaalstraat in Oost. Hij wil de bovenwoning van 42 vierkante meter, vraagprijs 375.000 euro, waar zijn zussen hebben en vervolgens hij heeft gewoond, sinds een paar weken van de hand doen. Als zijn vrouw komt aanlopen met hun tweeling in de kinderwagen, begrijp je waarom; die kinderwagen past niet door het trapgat. Ze gaan verhuizen naar Woerden.
Terhenne doet zaterdag mee aan de jaarlijkse Open Huizendag, die de Nederlandse Vereniging van Makelaars organiseert om kopers en verkopers bij elkaar te brengen. Vier uren lang openen 13.500 huiseigenaren de deuren voor ieder die maar wil kijken, in Amsterdam gaat het om bijna 500 huizen. In heel Nederland trok de Open Huizendag 66.000 bezoekers.
Overbiedingen van 20 procent
Voor het eerst in negen jaar dalen de huizenprijzen: huizen waren in februari 0,8 procent goedkoper dan in dezelfde maand vorig jaar. Overbiedingen van 20 procent boven op de vraagprijs lijken tot het verleden te behoren.
Dat merkt ook makelaar Nick van Delden, die 5 minuten lopen verderop een van ‘zijn’ twintig huizen aan de Tugelaweg binnenwandelt. “Het is stukken moeilijker geworden om te verkopen,” zegt hij. “Mensen hebben door de hoge inflatie minder te besteden dan voorheen en de hypotheekrente is toegenomen.” Vorig jaar betaalde je nog 350 euro per maand voor een hypotheek van een ton, nu 500 euro, rekent hij voor. Woningen staan bij hem tussen de drie en zes maanden te koop, dat was eerst maximaal drie maanden.
Deze woning van 67 vierkante meter, met vraagprijs 525.000 euro, is van Ekaterina Chernysheva (35). Voor haar komt de Open Huizendag goed uit, zij heeft een paar weken terug haar huis te koop gezet omdat ook zij groter wil wonen.
‘Een beetje Ikea’
In een uur tijd komen al zes, zeven mensen langs, onder meer vrienden Fred (54) en Abby (50), die niet met achternaam in de krant willen. Ze kennen elkaar van de woongroep in het centrum waarin Fred al 29 jaar woont. Nu wil hij iets voor zichzelf. Abby: “Ik ben daar al veel langer weg, op een gegeven moment heb je er genoeg van.”
De twee hebben vandaag een hele trits huizen te bezoeken – hun tocht voert ze nog langs de Javastraat, Carillonstraat en Amstelveenseweg. “Dit is wel een vertrouwd buurtje,” zegt Fred. “Ik ben namelijk geboren in de Pretoriusstraat.” Zijn wensen: een licht huis, het liefst met drie kamers, en naar zijn smaak ingericht. Wat die smaak is? “Neutraal. Een beetje Ikea.”
Laagdrempelig
Het huis van Chernysheva, 67 vierkante meter groot, scoort bij Fred wegens het balkon op het zuidwesten en het feit dat je de trein niet hoort, hoewel het spoor vlakbij is. Maar de opslagruimte, waar hij dan zijn werkkamer van zou willen maken, daar twijfelt hij over. “Mezelf kennende ga ik niet verbouwen,” zegt hij.
Terhenne heeft ook als koper eens huizen bezichtigd tijdens een Open Huizendag. “Ik vind het geweldig, want het is lekker laagdrempelig. Normaal moet je opdraven zodra er een kijkdag is, maar dit is gewoon op een zaterdag.” Hij heeft vandaag in een uur tijd vier mensen over de vloer gehad, zegt hij. “Ik merk dat mensen afwachtend zijn. In de hoogtijdagen kwamen ze met tientallen.” Zorgen over de verkoop maakt hij zich echter niet.
Door alle herinneringen vindt hij het ook jammer dat hij het huis moet verkopen. “Het is een fantastisch plekje hier, Oost is ook ontzettend ontwikkeld. Maar mijn zussen en ik hebben nu allemaal grote families, met kinderen. Dan is een klein appartement in Amsterdam niet genoeg.”