PlusNieuwe Lichting
Wanneer is een betere versie van jezelf goed genoeg? Op Instagram lijkt het alsof het altijd beter kan
Elke nieuwe generatie die er woont en werkt, verandert Amsterdam. Journalist Raounak Khaddari (27) onderzoekt in deze serie hoe twintigers en dertigers hun weg zoeken in de stad. Aflevering 1: Cursussen voor een gelukkiger leven zijn ongekend populair, wanneer is een betere versie van jezelf goed genoeg?
‘Het is geen afgunst, maar ik ga toch sommigen ontvolgen om niet elke keer geconfronteerd te worden met wat ik niet heb.’ Dit bericht stuurde een vriendin van bijna dertig mij. Voor haar is het tijd om afstand te nemen van sociale media, en vooral het succes dat daar ongebreideld wordt gedeeld. Mijn vriendin wil trots zijn op haar leven, maar dagelijks posts zien van anderen die carrière maken en een mooi leven leiden geeft haar toch het gevoel ze het niet goed doet. Of in elk geval niet goed genoeg.
En inderdaad, een uurtje scrollen en klikken op Instagram, Twitter en Linkedin is niets anders dan kijken naar een successhow. Een oud-klasgenoot deelt een foto van sleutels in haar hand. Ze heeft net een huis gekocht met haar vriend. Een kennis is van baan gewisseld en nu directeur van een groeiend creatief bedrijf. Een oud-studiegenoot plaatst elke dag een foto of video van hoe ze vroeg uit bed gaat om buiten te sporten voor zij en haar strakke lichaam aan het werk gaan bij haar eigen bedrijf dat al sinds haar afstuderen een succes is. Weer iemand anders uit mijn netwerk plaatst een foto waarop te zien is dat hij een contract tekent. Het bijschrift vertelt me dat het om een vast arbeidscontract gaat. Een ander ‘mag het eindelijk zeggen’: hij gaat meewerken aan een prestigieus fotoproject.
Nederlanders zitten gemiddeld anderhalf uur per dag op sociale media, blijkt uit recent onderzoek van Newcom. Jongvolwassenen tussen de 20 en 39 jaar met zo’n 111 minuten per dag zitten er het meest op, na jongeren tussen de 15 en 19 jaar (160 minuten). Post na post beklijft het idee: het leven is maakbaar en succes een keuze.
Zelfhulpboeken
Een van mijn vrienden vraagt tijdens een brunch of hij niet een online lessenpakket moet kopen om te leren meer uit zijn dag te halen. Hij heeft een eigen onderneming, een vol sociaal leven en traint voor een triatlon. “Iets met beter plannen of productiviteit. Of juist mindfulness, zodat ik gelukkiger word?” Hij was een aanbieding tegengekomen: de cursus was afgeprijsd voor ‘early birds’.
Ik snap zijn behoefte. Als ik het internet en sociale media afstruin, stuit ik op online cursussen, workshops en lezingen om beter te werken of gelukkiger te worden en elke keer slaat de twijfel even toe. Zal ik? De Instagramcursus Leer productief werken à 49 euro kan uitstelgedrag en perfectionisme wegnemen en helpen ‘intuïtief productief’ te zijn – wat dat dan ook mag zijn. Het online programma Vandaag gelukkig, morgen succesvol belooft me inzichten en technieken te geven voor een ‘mooier, positiever en gelukkiger’ leven. ‘Al 1500 mensen’ gingen me voor. Met een paar klikken maak ik mezelf een paar honderd, zo niet vele honderden euro’s afhandig, terwijl: ik bén gelukkig en ik bén productief. Maar kan ik niet nog gelukkiger worden? Hoe kan het allemaal nóg beter?
Ook ‘offline’ – in de boekhandels – zijn de zelfhulpboeken een vaste waarde in het aanbod. Wouter de Jong belooft me met Mindgym Journal ‘meer focus, rust én energie’. Het boek Master Your Mindset van Michael Pilarczyk is uitgelicht, evenals Killerbody Lifestyle van Fajah Lourens. Ernaast liggen de boeken De kracht van rust van Mirjam van der Vegt en De Wim Hof methode, om ‘jezelf te ontstijgen’.
Vergelijkcultuur
Richard Layard, emeritus hoogleraar arbeidseconomie noemt dit de ‘happiness paradox’. In zijn onderzoek naar geluk analyseerde hij de relatie tussen inkomen en geluk en concludeerde dat individuen nooit echt gelukkig kunnen zijn wanneer ze hun eigen geluk vergelijken met wat anderen hebben. Door het maken van een vergelijking hebben ze onvoldoende aandacht voor wat henzelf gelukkig maakt.
De vergelijkcultuur verklaart deels ook de continue honger naar meer. Er zal immers áltijd iemand beter zijn of in ieder geval de beste.
Het vergelijken met anderen is iets van alle tijden, zegt prestatie- en sportpsycholoog Kelly Dekker. “Het lastige nu is dat we ons met iedereen kunnen vergelijken. Vroeger keek je naar je leeftijdsgenoten in hetzelfde dorp of uit dezelfde buurt. Die stonden niet heel ver van je af. Nu zie je door het internet continu hoe iemand uit een heel ander milieu en heel andere omgeving presteert. Dat kan voor onrust zorgen.”
Online zien we louter de uitkomst, benadrukt Dekker. “Je ziet zelden de weg die iemand aflegt om bij een punt te komen. We zien bijvoorbeeld niet dat mensen supergestrest zijn of uitgeput. We plaatsen trots de resultaten, maar de weg er naartoe ontbreekt.”
‘Ingehaald’ worden
Ergens weten we dat sociale media lang niet alles laten zien, toch helpt dat maar weinig. “Als je continu succesvolle mensen ziet, wordt het steeds lastiger dat beeld te relativeren,” zegt Dekker. “We kunnen het idee krijgen dat het leven draait om resultaten behalen en doelen afvinken. Maar voor je iets gaat nastreven, is het goed om je af te vragen wat je zelf wil in het leven. Waar wil je om worden herinnerd? Wil je bijvoorbeeld worden herinnerd als de persoon die er was voor zijn familie en vrienden? Of als de persoon die het perfecte lichaam en een mooie tas had?”
Een oudere vriend adviseerde me ooit het leven te zien als één dag: tot 06.00 uur ben je kind. Vanaf dan tot ongeveer 15.00 uur heb je de tijd om 40 te worden. Om 18.00 ga je met pensioen en de avond is voor de laatste levensfase. “Hoe laat op de dag is het dan nu bij jou? Zie je wel dat je niet hoeft te haasten.”
De 27-jarige freelancer Maaike Schneiders, die als ‘manusje-van-alles’ in de media werkt, ziet zichzelf ook ‘ingehaald’ worden door leeftijdsgenoten. “Ik heb precies dezelfde stage gelopen als een leeftijdsgenoot. Zij heeft nu succes, zie ik op Instagram. Ze heeft een vaste baan en doet er dingen naast. Ik zie dat ze superlekker gaat en ik weet natuurlijk ook dat ze er hard voor werkt. Toch denk ik vaak: waarom ben ik daar niet?
Schneiders noemt online ‘grootheden’ als videomaker en tekenaar Lize Korpershoek en Yara Michels, oud-hoofdredacteur van Linda Meiden en oprichter van blog Chapter Friday. “Zij zijn ouder en toch denk ik: wauw, dat wil ik ook. Dan ga ik harder en meer werken, terwijl ik al hard werk. En de druk om te presteren neemt alsmaar toe. Als ik eerlijk ben, voel ik me daar soms wel ongelukkig door. Het lijkt alsof ik links en rechts word ingehaald.”
Recept voor succes
Wie denkt dezelfde weg te willen volgen moet dus mee, ook als dat wringt met iemands capaciteiten of portemonnee. Schneiders zou graag een cursus volgen om efficiënter te leren werken. “Als ik meer geld had, zou ik zo’n cursus serieus overwegen. Nu lukt het gewoon niet. Soms zijn die dingen wel 1000 euro…”
Alles lijkt te koop, stelt psycholoog Dekker. “Mensen houden van controle. Als zo’n cursus belooft dat je in honderd dagen gelukkiger wordt, denk je dat je dat nodig hebt. Bedrijven maken slim gebruik van onze hang naar controle en ons streven naar zelfvertrouwen.”
Terwijl, wil Dekker toch benadrukken: er is nu eenmaal geen recept voor succes en vooral niet voor geluk. “Als je eenmaal die carrière, dat koophuis of dat getrainde lichaam hebt, wil dat niet zeggen dat je je altijd beter voelt. Zelfvertrouwen en trots zijn gevoelens. Gevoelens komen en gaan. Het is heel normaal dat je het ene moment denkt: ik voel me goed en het andere moment: god, wat ben ik aan het doen?”
Dat zoekende gevoel ontbreekt op sociale media. En hoe leg je écht geluk eigenlijk vast? Moet je dat wel willen vastleggen?
‘Ook ik kijk naar het gras bij de buren’
“De dingen die ik ontdek zijn soms ook waardevol voor mezelf,” zegt verslaggever Raounak Khaddari (27) over haar zoektocht naar wat twintigers en dertigers bezighoudt. “Ik bén gelukkig en heb niets te klagen, maar toch zit ik soms te kijken naar het gras bij de buren.” Lees in dit interview wat ze nog meer gaat onderzoeken in de serie Nieuwe Lichting.
Volgens emeritus hoogleraar Layard, autoriteit op het gebied van onderzoek naar geluk, is een groot deel van de mensen verkeerd bezig in de zoektocht naar geluk. Nog altijd wordt te vaak gefocust op individuele successen die gericht zijn op winnen, beter zijn dan een ander en vrijheid, stelt hij. In zijn boek Can we be happier? Evidence and ethics zet hij een andere definitie uiteen. Volgens Layard zitten de mensen die zich toeleggen op samenwerken met anderen, vertrouwensbanden opbouwen en onderdeel uitmaken van een groter geheel daadwerkelijk op de route naar geluk. Kwalitatieve banden met anderen leveren meer levensvreugde op dan het nastreven van kwantitatieve successen als veel volgers op sociale media.
De afgelopen jaren is de mentale druk bij jongvolwassenen alleen maar toegenomen, ziet Jet Bussemaker, voorzitter van de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving. In 2018 publiceerde de Raad al een essay waarin werd gepleit voor een maatschappelijke aanpak om die druk te verminderen.
“Dat stuk heeft alleen maar aan urgentie gewonnen,” zegt Bussemaker nu. “Jongvolwassenen vergelijken zichzelf met elkaar, maar ook wij als maatschappij hebben nog altijd starre en knellende verwachtingen van de nieuwe lichtingen. We gebruiken te eenzijdige maatstaven: hoge cijfers tijdens de studie, cv’s moeten vol staan met allerlei bijbanen, vrijwilligerswerk en stages. Het is alsof we in een ratrace zitten: alles moet snel, nu en perfect. De druk van buitenaf is groot en leidt behalve tot stress ook tot onrechtvaardigheid: de ene jongere kan bijvoorbeeld bewust kiezen voor allerlei extra functies op het cv, terwijl de ander voor een ziek familielid zorgt. Als je mantelzorger bent, krijg je daar dan ook waardering voor? De levens van mensen zijn pluriform en die van jongvolwassenen ook.”
Er is nadrukkelijk ook een rol weggelegd voor werkgevers, organisaties en onderwijsinstellingen, zegt Bussemaker. “We kunnen jongeren niet oproepen hun eigen pad te tekenen, terwijl de maatschappij op dezelfde manier blijft opereren.” Jongeren zou ze vooral willen zeggen: stop met vergelijken. “We moeten niet vergeten dat je op latere leeftijd ook nog kunt leren en carrière kunt maken. Laten we iets meer ruimte nemen met z’n allen. Je hoeft niet op je twintigste of dertigste al je hele leven te hebben uitgestippeld. Je kan een leven lang nog leren en ontwikkelen.”
Wat doen sociale media met onze psyche? Kijk maandag om 21.00 uur naar het nagesprek met Raounak Khaddari en prestatiepsycholoog Kelly Dekker, via het Instagramkanaal van Het Parool.
Hoe leuk is dat internetleven?
Het individuele succes dat nu centraal staat, staat haaks op het ‘samen de wereld verbeteren’ dat volgens sociaal-geograaf, oud-politica en feminist Hedy d’Ancona (83) haar jaren zestig en zeventig typeerde.
“We moeten ons als samenleving afvragen of we dit wel willen. Dat succes dat we op het internet zien, is maar weggelegd voor een klein groepje mensen. De rest krijgt stress en voelt een druk om hetzelfde te bereiken. Dat is heel vervelend. En hoe leuk is dat leven dat je op internet ziet eigenlijk? Je hoort bijvoorbeeld niemand over het streven naar een bevredigend seksleven of over duurzame relaties. Ik denk dat dat er vaak bij inschiet. Je gaat jezelf eerst suf trainen om je ideale lichaam te krijgen, maar houdt vervolgens geen tijd over om met een ander onder de wol te kruipen.”
“Jongvolwassenen van nu zijn bezig met persoonlijke welvaartsverbetering en via internet ontstaat de beeldvorming daarover. Er wordt gedaan alsof alles mogelijk is als je maar dat ene boek of die ene cursus volgt, maar dat is niet zo. Het vergroot als je het mij vraagt alleen maar de kloof tussen arm en rijk, wel een opleiding, geen opleiding, rijke en niet-rijke ouders.”
“De focus ligt nu op de groei van productiviteit, individuele groei en groei van het BNP, maar net als Jet Bussemaker zegt: je wordt gelukkiger als je je onderdeel voelt van gelijkgestemden. Geluk zit niet zozeer in competitie, maar in samenwerking. In het coöperatieve.”
“Ik ben een oud mens, maar ook een kind van de tijd waarin mijn opvattingen rijp werden: de jaren zestig en zeventig. Wij gingen samen actievoeren, samen de wereld verbeteren. Het was een gemeenschappelijkere tijd dan nu. Wij staken tijd in het feminisme, de seksuele revolutie, studentenprotesten. Ik zat er middenin. Dat individuele succes, dat nu centraal staat in levens, was bij ons niet aan de orde. Een beetje leiderschap was al verdacht in die democratiserende sfeer.”
“Maar laten we niet vergeten dat het kan kantelen. We zien de laatste jaren wel dat de mobilisering van grotere bewegingen weer een beetje op gang komt. Denk aan de #MeToo-beweging en Black Lives Matter. Ik ben optimistisch, want activisten zoals ik worden gevoed door optimisme: we geloven dat het op den duur anders en beter kan.”
Serie
Elke nieuwe generatie die er woont en werkt, verandert Amsterdam. Journalist Raounak Khaddari (27) onderzoekt in deze serie hoe twintigers en dertigers hun weg zoeken in de stad. De vorige afleveringen:
♦ Huisje, boompje, baby: dat ligt voor millennials niet voor de hand
♦ ‘De ware’ vinden anno nu: het moet perfect zijn, anders swipen we verder
♦ Starters krijgen amper voet aan de grond in Amsterdam: ‘Op mijn 32ste wéér op kamers. Dat is toch pijnlijk?’
♦ Niet langer diploma’s, maar vaardigheden zetten de toon op de arbeidsmarkt