PlusNieuws
Onderzoek: kwart Amsterdamse vrouwen heeft niet altijd geld voor tampons of maandverband
Voor het eerst is menstruatiearmoede in kaart gebracht in Amsterdam. Ruim een kwart van de ondervraagde vrouwen heeft niet altijd geld voor producten zoals maandverband, met als gevolg dat deze groep soms thuis moet blijven van werk en school.
Menstruatiearmoede is een wereldwijd probleem dat inhoudt dat niet iedereen altijd genoeg geld heeft voor de benodigde producten, zoals tampons of maandverband. Hoewel dit fenomeen de afgelopen jaren meer aandacht heeft gekregen, is er in Nederland weinig tot geen kwantitatief onderzoek naar gedaan. Met het vandaag uitgekomen onderzoek van non-profitorganisatie Neighborhood Feminists en onderzoeksbureau Opinium is de omvang van menstruatiearmoede voor het eerst in Amsterdam in kaart gebracht.
De onderzoekers ondervroegen 870 mensen uit alle stadsdelen en leeftijdscategorieën en gebruikten daar een enquête voor. “We waren er even stil van,” zegt Anneloes Dijkman, een van de initiatiefnemers, over de resultaten. Ruim een kwart van de ondervraagde vrouwen kon het afgelopen jaar op enig moment niet betalen voor menstruatieproducten zoals tampons en maandverband.
Groeiend probleem
Dat bemoeilijkt het dagelijks leven. Van de vrouwen die het lastig vinden om hun ongesteldheid te bekostigen, zochten er ruim drie op de vijf hun toevlucht tot alternatieven, zoals wc-papier. Ruim 70 procent van deze groep bleef weleens noodgedwongen thuis van school of werk. Ook bezuinigden ze op boodschappen en schoolspullen.
Het onderzoek wekt bovendien de indruk dat menstruatiearmoede een groeiend probleem is in de stad: 41 procent van de respondenten zegt afgelopen halfjaar meer moeite te hebben gehad met het bekostigen van hun ongesteldheid dan het halfjaar daarvoor. Verlies van inkomen en de stijgende prijzen van levensbehoeften worden genoemd als belangrijkste oorzaken.
Wie menstrueert, is daar in een leven zo’n 5520 euro aan kwijt, aldus Neighborhood Feminists. Deze berekening gaat uit van een gemiddelde menstruatie. Wie heviger menstrueert en daardoor meer of andere producten nodig heeft, is nog meer geld kwijt. Ook zijn aanvullende producten in deze berekening buiten beschouwing gelaten, zoals medicijnen tegen buikkrampen.
Gratis producten en verlof
Door het gebrek aan onderzoek zijn de Amsterdamse cijfers lastig af te zetten tegen de rest van Nederland. Hulporganisatie Plan International bracht in 2019 in kaart dat in Nederland 9 procent van de vrouwen tussen de 12 en 25 jaar kampt met menstruatiearmoede. Andere leeftijdscategorieën zijn in dat onderzoek buiten beschouwing gelaten.
Verschillende landen hebben menstruatieproducten de afgelopen jaren gratis gemaakt op scholen, in Schotland hoeven vrouwen niet meer te betalen voor tampons en maandverband. In Frankrijk worden die producten sinds ruim een jaar kosteloos op universiteiten verstrekt. Spanje kondigde eerder dit jaar als eerste land van Europa een menstruatieverlof aan, waarbij vrouwen met ernstige menstruatieklachten maandelijks recht krijgen op drie tot vijf dagen verlof. Ook moeten menstruatieproducten daar gratis worden op onder meer scholen en in gevangenissen.
In Nederland is dat nog niet zo ver, al wordt er op gemeentelijk niveau hier en daar al actie ondernomen om vrouwen met menstruatiearmoede te helpen. Zo is de gemeente Den Haag in 2021 met een pilot gestart om gratis producten aan te bieden op openbare wc’s en kunnen Nieuwegeiners gratis producten ophalen met een stadspas.
Amsterdammers die kampen met menstruatiearmoede moeten het vooralsnog doen met initiatieven vanuit hulporganisaties zoals Neighborhood Feminists, het Armoedefonds of studentenverenigingen. Door hun inspanningen worden er op enkele schoolinstellingen gratis producten aangeboden, ook wordt er weleens wat uitgedeeld bij bijvoorbeeld kerken of de voedselbank.
Neighborhood Feminists pleit voor een structurelere oplossing vanuit de politiek. Op stadsdeelniveau is daar hier en daar al animo voor. “Het zou zo mooi zijn als wij hierin zouden voorlopen,” zegt Dijkman. “Dat past bij Amsterdam, waar we voor onze mensen zorgen en dingen samen doen.”